Dat de wet Nationaal Ontwikkelingsfonds Agribusiness (NOFA) vorige week is aangenomen door de Assemblee zien velen als een goede kans op vooruitgang voor de agrarische sector. Het verschil is dat voorheen organisaties als NOFA bij staatsbesluit ontstonden, maar door aanpassingen in de comptabiliteitswet is dat nu bij wet, zei minister Parmanand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) eerder. Het NOFA zal de financieringsmogelijkheden voor de sector moeten helpen vergroten. Boeren, vooral de startende, hebben meestal grote moeite met de forse rentetarieven.
SRD 100 miljoen is beschikbaar. De minister van LVV liet eerder weten, dat er een Agrarisch Kredietfonds bestond, maar dat door wanbeleid de doelen voor de doelgroep niet volledig konden worden gerealiseerd. De sector kampt nog altijd met een grote vraag naar investeringskapitaal. De hoge rentevoet is volgens Reinier Taus, Senior coördinator van The Eastern Caribbean Trading Agriculture Development Organization (ECTAD) in Suriname, een groot minpunt tot nu toe voor de landbouwers. âAls we verliezen lijden dan hangen weâ, zeggen de agrariĂ«rs, zo laat Taus in een reactie weten.
Het kunnen afbetalen van de leningen is een uitdaging. Taus wijst op de behoefte die er is bij de landbouwers om begeleiding te krijgen van de overheid om gewassen succesvol te kunnen oogsten. Hij wijst ook op de risicoâs die er zijn bij situaties als wateroverlast wanneer aanplanten verloren gaan.
Modernisering
Hendrik Comvalius, directeur van de stichting duurzame Ontwikkeling Nederland Suriname (d’ONS) wijst erop, dat Suriname al jaren zoân fonds nodig heeft. Niet alleen kennis en ervaring, maar ook financiĂ«n zijn nodig. âDaarnaast zijn ook capabele mensen nodig die onze boeren op een duurzame manier begeleiden.â Comvalius noemt ook de noodzakelijke modernisering vanwege het feit dat veel boeren hun kennis hebben van overlevering van generatie op generatie. De tijden zijn echter veranderd en de technologie is niet blijven stilstaan. Bovendien spelen ook klimatologische veranderingen een grote rol van betekenis. âHet hele landbouwproces en de filosofie zijn gewijzigdâ, benadrukt Comvalius. De manier van oogsten en telen, maar ook het selecteren van kwalitatief goede zaden, zijn niet meer dezelfde.
De randvoorwaarden voor het fonds acht Comvalius goed. âDe wijze van inkleden moet wel op een transparante manier gebeurenâ, laat hij weten. âEen dergelijk fonds moet voor alle boeren zijnâ, licht hij toe. âLetterlijk alle boerenâ, onderstreept de directeur van dâOns. Dit komt overeen met de opmerking van volksvertegenwoordiger Edgar Sampie die namens de ABOP in De Nationale Assemblee (DNA) erop wees dat boeren van alle districten een beroep op dit fonds moeten kunnen doen. Comvalius is het eens met de volksvertegenwoordiger.
âWe zijn al jaren bezig in Suriname op het gebied van de transparantie en boeren naar een hoger niveau te helpen.â FinanciĂ«n spelen daarbij wel een rol. Zoals voor de aanschaf van de noodzakelijke productiemiddelen om niet afhankelijk te zijn van de overheid. Ten aanzien van de fouten uit het verleden hoopt Comvalius dat er daaruit lering wordt getrokken. âWant NOFA is slechts het begin.â
Objectiviteit
Een andere opmerking van de directeur van dâOns is de factor âobjectiviteitâ. âHet moet geleid worden door objectieve mensen.â Hierover merkte de minister van LVV kortgeleden op, dat juist om de objectiviteit voor de totstandkoming van NOFA gekozen is voor de gang naar de volksvertegenwoordiging. Comvalius reageert, door op te merken dat het daarom dan ook de taak is van het de Assemblee om het proces te volgen of de gelden op een goede manier worden uitgegeven.
RB