Politieagent die overtreder lockdown mishandelde, staat terecht

Agent van politie Radjen B. is op erge wijze tekeergegaan tegen een bestuursambtenaar, die omstreeks 2.00 uur in de ochtend nog op straat was voor werkzaamheden. Toen de bestuursambtenaar gestopt werd door het surveillanceteam, gaf hij te kennen dat hij nog werkzaamheden te verrichten had voor het commissariaat. Ook trachtte hij iemand te bellen, die kon verklaren dat hij aan het werk was. Agent Radjen B. had hier geen oor naar. Hij stelde zich op het standpunt dat de bestuursambtenaar geen dispensatiebrief bij zich had en geen dienstrooster. De bestuursambtenaar legde uit dat hij nog een nieuwe dispensatiebrief moest krijgen. De verdachte luisterde naar niets. Het slachtoffer werd met kracht geduwd in het voertuig.  Hierna bracht hij het slachtoffer een ferme klap toe in het gezicht. De valhelm van het slachtoffer viel hierdoor. Het slachtoffer wilde dat oprapen. Gelijk daarna trok de verdachte zijn dienstwapen en bracht hem nog meer klappen toe. Het slachtoffer werd afgevoerd naar bureau Nieuwe Haven en niet naar Politie Opleidingscentrum (POC), zoals gebruikelijk bij lockdown-overtreders. De bestuursambtenaar moest daar de nacht verder doorbrengen. De volgende dag probeerde hij zijn beklag te doen bij de inspecteur, maar hij werd afgesnauwd. Na enkele uren werd hij weggestuurd, nadat de districtscommissaris voor hem heeft gebeld.

In deze zaak zijn er ook 2 getuigen gehoord, die beiden verklaren dan de agent van politie het slachtoffer zeker 3 keren heeft geklapt in het gezicht. De verdachte bekent het slachtoffer een klap te hebben toegebracht. Hij geeft aan dat hij het slachtoffer staande heeft gehouden, maar dat het slachtoffer zich verzette. Hij verklaart slechts het verzet te hebben gebroken. Deze verklaring vond de officier van justitie niet erg geloofwaardig, vooral omdat het slachtoffer en de getuigen anders verklaren. De officier achtte bewijs voor mishandeling en misbruik van macht en gelegenheid geschonken door zijn ambt aanwezig. Zij eiste een straf van 12 weken, waarvan 10 weken voorwaardelijk, en een proeftijd 2 jaar. Met dit strafvoorstel blijft de verdachte op vrije voeten. Advocaat Veira vroeg kantonrechter Duncan Nanhoe uitstel om zijn pleidooi te kunnen voorbereiden. Op 27 april komt de verdediging aan het woord.

error: Kopiëren mag niet!