De Memorandum of Understanding (MoU) met multinational Alcoa heeft volgens president Desi Bouterse geen verstrekkende consequenties in financieel-economische zin voor Suriname. Tijdens een persconferentie woensdag zei het staatshoofd aan journalisten dat het document pas belangrijk wordt, wanneer Suriname een definitief contract tekent met Alcoa/Suralco. Het staatshoofd gaf aan dat hij vanwege zijn afwezigheid een aantal zaken nog moet doornemen. Zover hij weet, was er wel een verschil van mening tussen een lid en een aantal andere leden van de regeringsonderhandelingscommissie die onder leiding staat van Dilip Sardjoe. De resultaten zijn volgens hem vanuit de zijde van Suriname al rond. Begin februari heeft een delegatie van Alcoa bekendgemaakt dat NH-minister Regillio Dodson in opdracht van de president middels een brief kenbaar heeft gemaakt door te willen gaan met de ingetrokken MoU uit 2015. Oppositieparlementariërs vinden dat hiermee een vertrouwenscrisis is ontstaan, omdat deze MoU eerder kamerbreed door het parlement is verworpen. De regering moest opnieuw gaan onderhandelen. De vergadering van De Nationale Assemblee over Alcoa is op 23 februari niet doorgegaan, omdat president Bouterse wederom niet aanwezig was in ’s lands vergaderzaal. Hij was toen naar het binnenland vertrokken om de getroffen gebieden te bezoeken. Vicepresident Ashwin Adhin stelde toen voor dat alvast gewerkt wordt door de deskundigen en de parlementaire commissie voor Alcoa om zaken verder voor te bereiden, zodat alles meegenomen kan worden wanneer Bouterse uiteindelijk naar het parlement komt. Eerder heeft Dodson aangegeven dat uiterlijk maart 2017 vier definitieve voorstellen naar het parlement zullen worden gestuurd, waar de volksvertegenwoordiging uiteindelijk over zal beslissen. Ook de ontbinding van de Brokopondo- overeenkomst en de overname van de Afobaka-stuwdam vallen daaronder. De vergadering is uiteindelijk op voorstel van de diverse leden verdaagd naar een nader te bepalen datum.
FR
