Na een lange rustperiode van stilte moeten we weer de draad oppakken om het district Commewijne wederom haar glans te geven, op elk gebied. Na vele miljoenen in de verschillende sectoren te hebben gepompt en na een lange tijd van glorieperiode als we denken aan Marienburg en de bloeiperiode van de rechteroever van de Commewijnerivier hebben de rijke plantagehouders het gebied uiteindelijk gewoon achtergelaten met alles erop en eraan omdat er op een bepaald moment niets meer te verdienen viel. Inderdaad is het niet leuk om het geheel aan te horen en zo te moeten aanschouwen. Ik denk dan ongetwijfeld aan de bloeiende periode van Constantia, Bakkie, Welgelegen en de vele citrusplantages aan de rechteroever van de Commewijne. Vandaag de dag moeten al de achtergebleven bewoners de kapotte sluizen en verlaten herenhuizen als brandhout en voedsel voor houtluizen met lede ogen aanzien. Denk maar aan Alliance met de citrusplantages en ook nog haar rijke gronden voor meloenen en tomatenteelt.
De bewoners worden niet moe en wachten geduldig. De nieuwe oeververdediging nabij de recreatieplaats en de bekende plaats Dolfhin, ook wel bekend als plek voor plezier en een plek voor de districtsbewoners om ook eens een gok te wagen in een casino, zal bij de eerst komende hoge springvloed in de maanden juli en augustus haar waarde tonen. Het is toch nog heel riskant en ook zeer gevaarlijk, gelet op de zeer labiele plek van de oeververdediging. De ex dc van Commewijne, de heer drs. Kadi Kartokromo, die hier toevallig ook langs reed moest even stoppen en zijn gedachten de vrije loop laten. Ook op het gebied van de watervoorziening moeten deze bewoners rustig wachten tot het de overheid goed uitkomt om het langverwachte signaal te geven. De datum voor definitieve openstelling wordt steeds als de bekende hangende worst voor je neus gehouden. Hetzelfde geldt voor de reeds ontwikkelde bron nabij de waterbron aan de Moricokreek. De reeds jarenlang bestaande waterput van Marienburg wordt nog steeds niet aangepakt. In elk geval wacht de omgeving van Marienburg nu reeds jaren nog steeds op stromend gezond drinkwater. Wat een toestand, als we terugdenken aan het project van het grote regionale landbouwproject, bekend als het veelomvattende Commewijne plan van de jaren ‘60 en het verlaten rijstproject van Slootwijk daterend van de tijd van de landbouwminister Willy Soemita van de jaren 76. Bij een onverhoopte eventuele overstroming zullen gebieden nabij Visserszorg (Bandjaragoong), Leliendaal (Lendar) van de gemeente Leliendaal (scholencomplex) en ook het voorland van de plantage Leliendaal zo goed als zeker onder water komen te liggen. De brief naar de dc zal zeker niet te laat zijn geschreven. Ook de geasfalteerde weg (de Oost-Westverbinding) die deels nog moet worden aangepakt wacht heel geduldig op aanpak. Er moet nog een tweede laag worden aangebracht van Bitterzorg uit naar Meerzorg. De nieuw ontdekte zandputten achter de verlaten plantages van de Orleanakreek bezorgen dit gebied weer een kleine mate van opleving. Pas op, geachte districtscommissaris, dat dit mooie district nu niet nog een keer wordt uitgebuit en uitgehold. De bewoners verdienen immers betere aandacht van hun burgervader. De vraag blijft overeind: wie moet de gang van zaken in het district coördineren en controleren?
Kadi Kartokromo
