Afhankelijkheid

Geen enkel land, arm of rijk, kan geheel zelfstandig functioneren. Er gebeuren vaak natuurrampen en elk land kan daardoor worden geraakt dus hebben ze elkaar nodig. Naast natuurrampen kan een volk ook te lijden hebben onder het wanbeleid van zijn eigen leider. Een volk kan dit lijdzaam ondergaan of zijn heil zoeken in een ander land. Vandaar de vele vluchtelingen de laatste tijd. 

Elk land hoort erop voorbereid te zijn om zijn volk in nood te kunnen opvangen. We zien echter steeds meer, dat leiders van arme en rijke landen zichzelf verrijken en daardoor geen financieel vangnet voor hun volk kunnen creëren. Dat geeft een volk geen veilig gevoel. 

Suriname is sinds 1975 op papier zelfstandig, maar het gros van het volk stelt zich nog steeds afhankelijk op. Het volk heeft jarenlang geteerd op subsidies (water, EBS) en is eraan gewend geraakt om haar handje op te houden en dat is door sommige leiders gestimuleerd en misbruikt. Het volk is, zo langzamerhand, gaan geloven dat de leider die het meest geeft, met geld strooit en pakketten uitdeelt de beste president is. Some people will only show that they care as long as they can use you. Daarom was de vorige regering zo populair. Het volk heeft zich nooit afgevraagd waar het geld vandaan kwam. Men focuste zich alleen op hebben en krijgen. Zelfstandigheid werd niet gestimuleerd. Het volk besefte niet dat ze eigenlijk geketend was, niet vrij was. Vrij zijn is niet alleen iemands ketenen afwerpen maar de mogelijkheid voor ze scheppen om onafhankelijk te leven. 

Toen werd geopenbaard dat ons land was opgescheept met enorme nationale en internationale schulden, besefte het volk pas dat ze jarenlang hebben geleefd in een schijnzekerheid, in nep vrijheid.  Er zijn nog steeds mensen die niet willen geloven dat het land failliet is en de gemaakte schulden niet kan terug betalen. Ze blijven trekken en eisen en hun handje ophouden in plaats van te proberen om zichzelf uit die afhankelijke situatie te halen. The first step to getting anywhere is deciding you’re not willing to stay where you are.

De huidige regering kon ervoor kiezen om ook voor popie jopie te spelen  en het volk onwetend, dom en afhankelijk te houden. Of ze te confronteren met de realiteit en te dwingen om niet meer afhankelijk te zijn van de staat. De gang naar het IMF heeft de regering als ‘t ware gedwongen om zijn volk te leiden naar onafhankelijkheid. Dat is een zware taak.

Natuurlijk protesteert een volk, die zo lang afhankelijk is geweest, hiertegen. Velen zijn niet sterk genoeg om het oude leventje los te laten en niet wijs genoeg om op te komen voor een leven dat ze verdienen. De maatregelen die de huidige regering heeft genomen, komen angstaanjagend over. Velen willen zich blijven koesteren in de roes van hebben en krijgen. It takes nothing to join a foolish crowd, it takes everything to stand independent.

Deze regering heeft de zware taak op zich genomen om het volk op te voeden van afhankelijk naar onafhankelijk, om ze te doen inzien dat  het verkeerd is om terug te gaan naar datgene wat ze kapot en afhankelijk heeft gemaakt. De regering krijgt echter veel weerstand en tegenwerking. Het gros van het volk durft niet mee te gaan in het beleid van onafhankelijk functioneren en klampt zich daarom angstig vast aan het oude en bekende (protestacties). 

Deze taak wordt nog verzwaard door mensen die het volk perse onwetend en afhankelijk willen houden. 

Er staan dus twee groepen tegenover elkaar die aan het volk trekken. De ene groep wil het volk afhankelijk houden en in schijnveiligheid laten leven door ze ziende blind te houden en geld en pakketten uit te delen en de andere groep duwt het volk richting zelfredzaamheid en echte veiligheid door heel transparant de echte situatie te schetsen en niet populaire maatregelen te nemen. Als de eerste groep wint zal het Surinaamse volk nooit zelfredzaam worden en als de laatste groep wint, zal ons volk niet meer hoeven leunen en handje ophouden maar zichzelf kunnen redden. Dat betekent dat het land tot ontwikkeling kan komen. Het land zou dan niet alleen in staat zijn om de sociaal zwakkeren meer hulp te bieden, maar ook om land en volk in crisistijd financieel op te vangen. Dan pas zouden we oprecht kunnen zeggen dat Suriname een zelfstandig en onafhankelijk land is.

Dit kunnen we echter alleen bereiken als onze leefregel zal zijn:” Wat kan ik voor mijn land en landgenoten doen.” Elke Surinamer, arm en rijk, heeft een taak te vervullen.    

Our job isn’t to judge or to figure out if someone deserves something also not to decide if someone is right or wrong. Our job is to lift the fallen, restore the broken and heal the hurting.”

Josta Vaseur 

error: Kopiëren mag niet!