Debie (VHP): “Productschappen stimuleren de productie”

Volgens het VHP-Assembleelid Rajindre Debie is het doel van het instellen van productschappen om tot een goede, efficiënte en professionele bedrijfsuitoefening door ondernemingen in een bepaalde sector te komen. Momenteel is de ontwerpwet voor productschappen bij De Nationale Assemblee (DNA) in behandeling.  

Een productschap wordt in de Memorie van Toelichting bij de ontwerpwet omschreven als een vorm van functionele decentralisatie, waarbij de centrale overheid een bepaald deel van haar bestuurlijke taak overdraagt aan deze publiekrechtelijke rechtspersoon, die tot doel heeft middels zelfregulering het algemeen belang te dienen van alle bij de productie tot en met de afzet van een bepaald product of soorten van producten betrokken groepen van ondernemingen. Debie geeft aan dat productschappen ook ingesteld kunnen worden voor de ICT, gezondheid- en de transportsector.

Middels productschappen kunnen bedrijven door overleg en bundeling van kennis en expertise binnen hun productiekolom tot verbeterde resultaten komen. Dit zorgt voor een sterkere sector. Binnen een productschap kan gezamenlijk gewerkt worden aan een betere kwaliteit en hogere volumes. “Binnen het agrarisch beleid is dit een randvoorwaarde voor voedselzekerheid en veiligheid”, laat Debie weten.

Organisatie en orde

Volgens Debie zullen productschappen zorgdragen voor de bevordering van de productie van een product en verdere verwerking tot traditionele en niet traditionele eindproducten. Een ander punt waarop hij wijst is het scheppen van organisatie en orde in de sector middels overlegstructuren, participatie en beleidsvoorbereiding. Dit geldt ook voor het verrichten van onderzoek ter vergroting van de productie, kwaliteit en diversiteit. Debie wijst erop dat ook de consistentie en de kwaliteit van de grondstof en het eindproduct worden verbeterd.  

Productschappen bevorderen ook breedte- en diepte-investeringen in de sector, waarbij introductie van meer efficiënte procedures en processen gestimuleerd worden.

Verder noemt het DNA-lid het bijhouden van ontwikkelingen in de wereld in de productie en aanverwante activiteiten, de bevordering van export naar de traditionele- en niet-traditionele markten en het verlenen van diensten in verband met vergemakkelijking van productie en export. In zijn opsomming wijst hij ook op dataverzameling met betrekking tot de sector, het verstrekken van informatie, het vastleggen van trends en het maken van prognoses en de bevordering van overleg in de sector tussen overheid, producenten, verwerkers en exporteurs.

Debie stelt ook, dat om deze redenen evenals bij de Waterschappen ook bij Productschappen gekozen is voor een raamwet, waardoor bij Staatsbesluit productschappen kunnen worden ingesteld naar gelang de behoefte nodig is. Ter illustratie noemt hij de sub sectoren rijst, melkvee, visserij, groente en fruit en de pluimvee als voorbeeld.

Sectorversterking

“De gedachte van sectorversterking door instelling van productschappen is dus niet alleen van toepassing binnen de agrarische sector”, benadrukt Debie. “Deze publiekrechtelijke organisatie draagt ook bij aan de versterking van de niet-agrarische bedrijvigheid.” Tot slot wordt nog opgemerkt, dat Debie in de Assemblee als een van de voorstellen deed om de gehanteerde term ‘belangenorganisatie’ te vervangen door ‘publiekrechtelijke organisatie’.

RB

error: Kopiëren mag niet!