Reactie op artikel: “Zaak Mones” legt erbarmelijk niveau journalistiek bloot

Voornoemd artikel, verschenen in Dagblad Suriname van 9 mei 2022, heeft mij aangezet om, zonder daarop inhoudelijk te willen ingaan, kort samengevat als volgt te reageren; overigens moge het duidelijk zijn dat het niet in mijn aard ligt om op artikelen van derden (inhoudelijk) te reageren en nog minder om aan enige vorm van persoonsverheerlijking dan wel personencultus te doen!

Gelezen de vele artikelen en meningen over de aanhouding en vrijlating van de heer Mones Nazarali, meer bekend als Mones, heb ik gemeend om onderstaande kanttekeningen te moeten plaatsen. Mones, staat erom bekend op geëigende wijze, via zijn medium “Actionnieuws Suriname”, verslag te doen over actuele gebeurtenissen in vooral het district Nickerie en is dezer dagen al een bekende Surinamer geworden; ook staat Mones bekend om zijn sociale bewogenheid en fungeert hij vaak als uitlaatklep voor veel sociaal-zwakke Nickerianen.

Inmiddels is er, door zowel voor- als tegenstanders van Mones, veel gesproken en geschreven over zijn aanhouding en inverzekeringstelling. Samenhangend daarmee zijn er ook al uiteenlopende meningen geventileerd, over zowel het tilapiagebeuren als de kwestie betreffende de beschermde flamingo’s; beide zaken zijn inmiddels buiten proces afgehandeld.

Mones kon niet verteren dat de vijf vissers een boete van SRD 120.000 hadden moeten betalen, terwijl onder meer de flamingo-jagers met veel lagere boetes zijn weggekomen. Toen de politieleiding Mones een onderhoud daarover weigerde, is hij op demonstratieve wijze ertoe overgegaan om, met een tilapia in de hand, nabij het politiebureau Nieuw Nickerie te protesteren dan wel te demonstreren. Deze actie viel weliswaar niet in goede aarde bij de politie, en toen er ook nog kreten werden gelanceerd over politie functionarissen, die gratis boodschappen halen bij bepaalde zaken, heeft dit onmiskenbaar kwaadbloed gezet bij de politietop van Nickerie.

Wat het motief daartoe echter ook moge zijn geweest, er werd door de politie besloten om Mones aan te houden en te doen vervolgen. Frappant is daarbij, dat Mones in Nickerie werd opgehouden voor onderzoek en verhoor, vervolgens daadwerkelijk in Coronie is verhoord en ten slotte in Wageningen in verzekering is gesteld. Deze werkwijze lijkt uniek in Suriname, want eerder en ook in de zaak betreffende de journalist, Jason Pinas (medio december 2021), zijn de lijfwachten van de vicepresident in Paramaribo – plaats delict – verhoord, en niet in het district Marowijne. Voor zover bekend, krijgen zelfs zware criminelen niet een dergelijke behandeling; de algemene indruk is dan ook, dat deze gang van zaken en handelswijze van de politie enkel tot doel kan hebben gehad om Mones persoonlijk te raken en te kleineren. Uiteraard is dit als een aanfluiting voor de rechtstaatgedachte aan te merken; overigens zullen rechtgeaarde burgers nimmer buigen voor arrogantie en (ambtelijk) machtsmisbruik.

Anno 2022 is de retorische vraag, welke waarde nog moet worden gegeven dan wel gehecht aan zowel de realisering van de persvrijheid als de democratische beleving daarvan in onze samenleving, mede gezien de steeds verder groeiende invloed van de (social) media in de wereld; vooral social media – al geruime tijd bij uitstek het medium, voor de vicepresident, om met de gemeenschap te communiceren – blijkt steeds meer voor allerhande doeleinden te worden gebruikt. De vrijheid om eigen meningen en opvattingen te zeggen en te schrijven, met als doel benodigde informatie te ontvangen en te verspreiden, is daarom cruciaal voor elk democratisch land; uiteraard mag dit nimmer de spuigaten uitlopen.

Het recht op vrijheid van meningsuiting is grondwettelijk beschermd; in Nederland is het vastgelegd in artikel 7 van de Grondwet en daarnaast in diverse internationale verdragen opgenomen. Volledigheidshalve en voor een betere oordeelsvorming daarover, verwijs ik graag naar mijn artikel van 19 maart 2022, getiteld: “Recht op vrije meningsuiting en persvrijheid”.

Inmiddels heeft President Santokhi op 9 mei 2022 duidelijk gesteld, dat men bij het handhaven van de normen niet altijd personen hoeft op te sluiten en geen dwangmaatregelen moet toepassen.

Een goed geordend democratische samenleving, met vrijheden en rechtszekerheden, is en blijft te allen tijde één van de basisvoorwaarden om vrije meningsuiting en persvrijheid tot wasdom te brengen, uiteraard binnen de grenzen van redelijkheid en billijkheid.

Roy Harpal.

error: Kopiëren mag niet!