De “S “ van Surinamer!

Quote

Laten wij met zijn allen streven naar een samenleving, waarin geen onderscheid wordt gemaakt. Een samenleving waar wij elkaar niet nodeloos kwetsen met woorden om aan te geven, dat de persoon van een bepaald ras is bijvoorbeeld: Joe Koelie ( Hindoestaan) of Joe Blaka Mang (Creool). De personen, die zulke woorden bezigen, zeggen altijd: “ Ik bedoel het niet slecht, zo praten wij in Suriname”. In Nederland heeft een deel van de eerste generatie Surinamers deze slechte gewoonte voortgezet. Vele mensen keuren deze slechte gewoonte af.

 Neen, dat is anno 2021 niet nodig. ………………… Dan gaan wij in Suriname eindelijk over naar de eenheid: Wij zijn Surinamers. Unquote

In de afgelopen weken is er veel gif in de Surinaamse samenleving gespoten.

Sommige personen brengen zaken naar voren bij radiostations, dagbladen en social media waar jij als luisteraar of lezer niet vrolijk van wordt. Het is jammer, dat er lukraak zaken naar voren worden gebracht, die niet op waarheid berusten.

Voorbeeld: Er wordt gezegd, dat zeker drie Surinaamse ministers racistisch zijn, daar zij mensen in dienst nemen, die op hen lijken. Mijns inziens is dat niet waar. Ik heb de website van het ministerie van BIBIS doorgenomen en zie in het managementteam van dit ministerie maar 1 persoon, die op de minister van BIBIS lijkt. De namen van de minister en zijn staf zijn: de heer Albert Ramdin, mevrouw Miriam Mac Intosh, de heer Luziano Truideman, mevrouw Sachi Soekhoe, mevrouw Vanessa Rijkland, mevrouw Elisabeth Bradley, de heer Roy Eudoxie en mevrouw Dina Westfa. In het managementteam van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking Suriname zijn er 2 mannen en 5 vrouwen (de minister tel ik niet mee). De persoon, die op de radio loopt te brullen, dat de minister van BIBIS racistisch is, moet met feiten komen. De programmamakers van de radiostations moeten de mensen, die zulke zaken naar voren brengen, vragen met bewijzen te komen. Populistisch gepraat is gif in de samenleving spuiten. De personen, die gefrustreerd zijn, moeten met de feiten geconfronteerd worden.

In Suriname moeten wij de kwaliteit, de kunde en integriteit van de personen gaan beoordelen respectievelijk onderzoeken/testen.

Vanaf 1975 wordt er in Suriname mijns inziens nooit gesproken over een Creoolse president of een Creoolse minister. Waarom wordt er nu in de Surinaamse media gesproken over een Hindostaanse president of een Hindostaanse minister? Laten wij met zijn allen praten over de Surinaamse president en over de Surinaamse minister.

Anno 2021 moeten wij met zijn allen de “S”van Surinamer nadrukkelijk in woord en geschrift promoten.

Dennis Lapar

Directeur van Stichting FinanceSuriname

error: Kopiëren mag niet!