Staatsmedia in beginfase

In Utrecht is op maandag een aanval gepleegd in een tram, waarbij drie mensen om het leven zijn gekomen. Deze aanval leek te volgen kort na de aanval op 2 moskeeën in Nieuw Zeeland, waar 50 moslims het leven lieten. De dader is inmiddels al opgepakt en blijkt te zijn geboren in Turkije. Op gegeven moment belandt hij in Nederland, krijgt ook de Nederlandse nationaliteit. De man wordt opgenomen in de Nederlandse samenleving en betaalt die samenleving op deze manier. Een trieste zaak, want hiermee wordt meer stof gegeven aan extreem rechtse politici om af te geven op minderheden en vooral de Islam of moslims. De uitdrukking ‘Allah ho akbar’ (Allah is groot) is al goed bekend bij de Europeanen en wel in verband met terroristische aanslagen. Ook nu vertellen getuigen dat de dader deze woorden gebruikte. Deze uitdrukking wordt volgens de Islam gebruikt om barmhartigheid te tonen. Het duidt op de barmhartigheid van God naar de mens. En die barmhartigheid moet de mens, naar het model van de grote God, ook hebben naar de medemens. Dat is volgens de Islam de reden om deze uitdrukking te gebruiken. Nu blijkt dat de man een politiegeschiedenis heeft vanaf 2012. Op gegeven moment werd hij zelfs aangehouden voor verkrachting en voor het rijden, terwijl hij onder invloed was van alcohol. Zo zien we dat mensen die niet leven volgens de Islam, maar wel geboren zijn in moslimfamilies, frustraties op een bepaalde manier uiten. En dan wordt het al gauw aangeduid als een terroristische daad. In de media is al aangeduid door deskundigen dat de dader ‘religieuze perioden’ had, waarbij hij in Islamitische kleding en een baard rondliep. In elk geval is het te betreuren wat in Utrecht is gebeurd, waarbij onschuldigen zijn vermoord.
Opmerkelijk was wel de wijze waarop de ‘publieke omroep’ omgegaan is met een persconferentie belegd door de premier van Nederland. Op NPO1 was voor rond 19.00 uur gepland. Rond deze tijd was ook gepland het goed bekeken programma ‘De Wereld Draait Door’. Aanvankelijk was aangegeven dat de persconferentie van de premier live zou worden uitgezonden. De premier was om 7 over 7 nog niet ter plekke op de plaats van de persconferentie. Toen werd bij de publieke omroep besloten om De Wereld Draait Door maar uit te zenden en de persconferentie te laten. De staatszender heeft dus de premier aan een kant gelaten, samen met de justitieminister. De volgende dag werd op NPO 1 Radio door journalisten gezegd dat het niet erg was dat de Nederlandse staatszender de persconferentie achterwege had gelaten. Want, was de toelichting, de journalisten hadden de gehele dag het belangrijke werk gedaan. De samenleving was al ruim ingelicht, was de opvatting, dus de premier zou niet veel meer inhoudelijk te melden hebben. Opvallend dat ook de premier in Nederland dus laat komt en dat ook de persconferenties van de regering in Nederland laat beginnen. Daarmee zeggen we niet dat het niet erg is als persconferenties en andere officiële evenementen van de regering in Suriname ook laat mogen beginnen. Maar dat het ook wel voorkomt dat in ontwikkelde landen conferenties laat beginnen. Op de staatsradio werd zelfs gemeld dat het vaker voorkomt dat activiteiten van de regering laat beginnen. Heel vaak wordt in Suriname verwezen naar het voorbeeld van Nederland. Vandaag worden in Nederland de Provinciale Statenverkiezingen gehouden. Een klacht van sommige burgers in Nederland is dat de politici beloftes maken die de ze niet nakomen. Ook is een klacht dat het steeds moeilijker is geworden om met het loon rond te komen. Zo blijkt dus dat er toch wel paralellen zijn tussen vraagstukken in ontwikkelde landen en die in de ontwikkelingslanden. Het grootste verschil blijft de corruptie en de kwaliteit van het bestuur en de bestuurders. Terugkomend op de persconferentie van de Nederlandse premier, rijst de vraag of zo een journalistieke vrijheid om een persconferentie bewust niet uit te zenden, op onze staatszenders denkbaar is. Het antwoord is duidelijk neen. Dit heeft te maken met ontwikkeling van de persvrijheid en de rijping van de democratie. Op de staatszenders in Nederland wordt er geen propaganda gemaakt voor de regering. Hooguit wordt er enige voorlichting gegeven, maar ook dat is zeer summier. Veel informatie van de overheid komt via de postbus of is online te halen. Met dit voorval is het dus duidelijk geworden dat Suriname nog een lange weg te gaan heeft wat betreft de ontwikkeling van de democratie en het mediabeleid van de regering. De staatszenders van Nederland en die van Suriname zijn hemelsbreed van elkaar verwijderd.

error: Kopiëren mag niet!