Surinaams diaspora bestaat niet

Tijdens een seminar welke in Nederland is gehouden is de conclusie getrokken dat Suriname (de achtereenvolgende Surinaamse regeringen) heel weinig doet om investeringen uit Nederland aan te trekken. Potentiële investeerders zouden ook nauwelijks worden gefaliciteerd. Het Nederlandse en Surinaamse bankwezen zouden ook geen beleid hebben om investeringen in Suriname te stimuleren. Deze conclusies zijn correct en terecht getrokken. Het bedrijfsleven in Nederland heeft zeker de potentie om te investeren in sectoren in Suriname. Het gaat dan hier om de grote bedrijven in Nederland en authentieke investeerders die overal in de wereld investeren. Maar het seminar doelde op de Surinaamse diaspora in Nederland die zogenaamd over veel kennis en kapitaal zou beschikken die men graag zou willen inzetten voor de ontwikkeling van het land. Deze laatste focus is wel verkeerd en gebaseerd op een aantal assumpties (veronderstellingen) die niet zo vanzelfsprekend zijn als men wel zou willen aannemen. Bij diaspora denken we aan mensen die in Suriname zijn geboren of van wie tenminste 1 ouder in Suriname is geboren. Ten eerste is het nooit echt hard gemaakt dat de Surinaamse diapora over veel kennis beschikt, ook is nooit hard gemaakt dat deze mensen over veel kapitaal beschikken. Deze veronderstellingen worden niet ondersteund door keiharde cijfers. Er zijn wel enkele geschoolde mensen onder deze groep, maar de indruk bestaat eerder dat de groep niet geweldig ontwikkeld is. Ook zijn de indicaties er niet dat de groep beschikt over veel kapitaal, er zijn wel enkele rijke mensen onder de groep.Voor het geval enkelen over kennis en/of kapitaal beschikken, dan rijst de vraag of het zonder meer gesteld kan worden dat men het wil inzetten in Suriname ‘voor de ontwikkeling van het land’. Met vooral deze laatste zinsnede zouden wij moeite moeten hebben. De diaspora van Suriname blinkt niet uit in het brengen van offers ‘voor de ontwikkeling van het land’. Men is diaspora omdat men niet gelooft in de ontwikkeling van het land Suriname. De logica gaat dus hier niet op. Men zou het wel kunnen willen inzetten primair om er als ondernemer beter van te worden, precies zoals de allochtone Nederlander dat zou willen doen. Dat achten wij veel aannemelijker, dus dat er enkele mensen met Surinaams bloed in Nederland zijn die wensen dat de rode loper voor ze wordt uitgerold. Nu is het zo dat Suriname als ontwikkelingsland met een enorm finacieringsvraagstuk zit, de rode loper moet uitrollen voor elke ondernemer, ongeacht of hij zwart of wit is en welk bloed hij ook door de aderen heeft stromen. Ondernemers investeren niet omdat ze houden van een land, maar omdat ze winst willen maken. Onernemers zouden hooguit in het bijzonder in een land willen investeren omdat ze naast zakelijke ook persoonlijke voordelen hebben, zoals een nauwer contact met de achtergebleven familie, een prachtig klimaat het hele jaar door en voordelen qua levensstijl zoals de beschikbaarheid van authentieke consumptieproducten die alleen in Suriname vers verkrijgbaar zijn. De mensen aan ‘de overkant’ moeten eerlijk en oprecht voor de dag komen en niet gaan schuilen achter de veronderstellingen over ‘diaspora’ die niet kloppen. De Surinaamse diaspora bestaat in principe niet, omdat er geen droom bestaat ergens in de wereld om terug te keren naar Suriname. Evenmin bestaat de filantropische investeerder uit de diaspora. De ervaring leert dat de personen met Surinaamse roots bepaalde verwachtingen hebben als investeerder die niet door de Surinaamse regering kunnen worden gehonoreerd. De ervaring leert dat deze personen denken dat alles in Suriname te koop is. Verder wil men niet dat aanvragen en andere zaken die te maken hebben met het runnen van een bedrijf, die volgens de regels plaatsvinden. Deze zogenaamde diaspora investeerders zijn constant op zoek naar boropasi’s en opties om het systeem te omzeilen en om voordelen te behalen. De bereidwilligheid om steekpenningen te betalen is hoog bij deze groep, maar men blijft over corruptie klagen. Verder komt men met een verkeerde en onrealitische kijk op de Surinamer naar Suriname. Binnen de kortste keren ontstaan er ook conflicten met toeleveranciers van diensten en goederen, ambtenaren en werknemers die men in dienst moet nemen. In principe zit de Surinaamse regering, nu noch eerder, te wachten op investeerders uit de zogenaamde Surinaamse diaspora. Surinaamse regeringen zijn wel ontvankelijk geweest voor de echte investeerders en die komen niet uit de zogenaamde diapora. Waar het aan de Surinaamse regeringen (lees: ministeries en hun hogere beleidsambtenaren en -adviseurs) heeft ontbroken, is om plannen van investeerders te begrijpen en op basis daarvan groen licht te geven. De Surinaamse regering begrijpt de reikwijdte van investeringsplannen niet en uit vrees voor verwijten dat men het land heeft verkocht aan buitenlanders (inclusief Nederlanders) worden investeringsverzoeken geparkeerd, op de lange baan verschoven en zelfs afgewezen. Het probleem is dus het niet kunnen beoordelen van investeringen en daardoor ziet men spoken bij dag. Een heleboel ambtenaren en beleidsmakers denken dat het hun werk is om investeringsplannen die ze niet begrijpen af te wijzen. De regering heeft een probleem omdat er geen instituut is dat bemenst is om investeringsplannen te begrijpen en investeerders groen licht te geven. De bezwaren die door de zogenaamde diaspora worden aangehaald zijn niet nieuw en in beginsel overbodig om aan te halen. De Surinaamse regering moet zich door investeerders die zich als diaspora voordoen niet onder druk laten zetten om aan extra voorwaarden te voldoen die niet gangbaar zijn voor investeringen. Het is zaak dat de Surinaamse regering rapporteert hoe zij binnen enkele maanden de capaciteit om groen licht (niet alleen rood licht) te geven aan investeringen, zal versterken. Het is te doen, het is niet moeilijk. En laten we ons focussen op de echte en zakelijke investeerders die heel moeilijk te vinden zullen zijn in zogenaamde diaspora.

error: Kopiëren mag niet!