President Desi Bouterse hekelt de manier waarop de Krijgsraad en alle betrokken actoren inconsequent omgaan met de voortgang van het 8 decemberstrafproces. “Wij moeten wel kijken hoe consequent dan wel inconsequent wij zijn. Wij hadden dezelfde grondwet, rechters, advocaten, Openbaar Ministerie en processtukken een jaar terug en men vond dat er sprake was van een machtstaat. Dan gingen zaken wel in het voordeel van bepaalde mensen en was er weer sprake van een rechtstaat. Mocht het zijn dat zaken op 9 februari weer de andere richting opgaan, moet men niet weer gaan schreeuwen dat de rechtstaat is verbroken”, zei het staatshoofd woensdagmiddag op een persconferentie aan journalisten. De Krijgsraad oordeelde maandag dat het strafproces tegen hoofdverdachte Desi Bouterse, nu president, en de 25 andere medeverdachten normaal zal worden voortgezet. Het verzoek van procureur-generaal Roy Baidjnath Panday om het proces op basis van artikel 148 grondwet te beëindigen, is afgewezen. De Krijgsraad heeft bepaald dat in de burgerkamer, waar Bouterse terechtstaat, de auditeur-militair op 9 februari zijn requisitoir houdt. In de militaire kamer zal de auditeur-militair op 17 februari zijn requisitoir houden. Volgens Bouterse zijn de advocaten bezig deze zaak te bekijken. De procesgemachtigde van de nabestaanden, Hugo Essed, heeft maandag reeds aangegeven dat hij een tegenreactie verwacht vanuit het kamp van de hoofdverdachte. Hij hoopt alleen dat deze reactie eentje zal zijn bestaande uit rechtsmiddelen en geen machtsmiddelen.
FR
