Onduidelijkheid over MoU met Alcoa

Suriname koopt nog steeds 80 Megawatt energie vanuit het stuwmeer met een uitbreidingsmogelijkheid tot 110 Megawatt. Er is een intentieverklaring (MoU) getekend tussen Suriname en de Alcoa. Dit zei de president tijdens zijn laatstgehouden persconferentie. In het verleden subsidieerde Suriname de Alcoa. Er is afgesproken dat men de Afobakadam 4 jaren zou beheersen. Daarna zou de dam eigendom worden van Suriname. Er is toen een hele situatie ontstaan met een zekere Monaco waardoor er veel vertraging in de zaak is gekomen. “Het is tijd om de zaak weer op te ‘speeden’, waardoor wij groter gebruik kunnen maken van energie”, zei de president.
Er werd hierop door een journalist gevraagd als Suriname nog een rekening betaalt op grond van de oude overeenkomst met Suralco voor geleverde energie. “Eigenlijk was de stroomrekening verhoogd”, reageerde de president. De oude energieprijs werd in 1999 afgesproken, terwijl er in juni 2014 een nieuwe prijs werd geïntroduceerd. Volgens Dilip Sardjoe, voorzitter van de onderhandelingscommissie, wordt de nieuwe prijs nog niet gehanteerd.
“Dat zal de regering in een naslag inhalen waar Suralco een situatie gecreëerd heeft voor de regering. Op 31 december 2019 kom dit volledig in handen van Suriname. Wanneer de MoU weer in werking is, betalen wij voor de komende 5 jaren een ander tarief”, stelde Sardjoe.
Suriname betaalt nu een lagere prijs op basis van een contract van voor 1999. Het verschil zal nadat de MOU in werking treedt, weggemaakt worden. Op dit moment is dat volgens Sardjoe een lening aan Suriname. “Wij betalen de oude prijs. De oude prijs heeft te maken met het nieuwe contract dat moet komen”, aldus Sardjoe.
Het is vooralsnog niet duidelijk over welke MoU de president sprak. De regering had vorig jaar een vrij technische MoU in het parlement gepresenteerd, om die daarna weer in te trekken. Het was voor veel mensen niet duidelijk of de intentieverklaring goed of slecht zou uitpakken voor Suriname.
Assembleelid Riad Nurmohamed stelt dat geen enkel regering in Suriname in staat zal zijn om de Afobaka-krachtcentrale in stand te houden. “De overheid is een miniwaterkrachtcentrale van 5 KW niet in staat te betalen. Daar ligt het harde bewijs. Laat staan een groot ding als de Afobaka-krachtcentrale”, stelt Nurmohamed. Hij is daarom een voorstander van het gebruiken van ondersteuning van buitenlandse ondernemingen als Monaco die wel thuis zijn in het vak.
Er is volgens de politicus nooit een gewijzigde versie van de MoU naar het parlement toe gekomen. Indien het een nieuw MoU is, zou naar zijn mening het parlement in zo een zwaarwichtige zaak moeten worden geconsulteerd. Uitvoering van de oude versie betekent dat de bauxietindustrie in Suriname ophoudt te bestaan. Tegelijkertijd zal Suriname niet zonder medewerking van Alcoa een nieuwe industrie kunnen opzetten. Daarbovenop verdient Alcoa gedurende 4 jaar een bedrag van 200 miljoen USD door verkoop van hydrostroom uit Afobaka die eigenlijk aan Suriname zelf toebehoort. Dit bedrag wordt verdiend door de verhoging van de stroomprijs, hetgeen echter volgens de regering nog niet het geval is.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!