Paramaribo is erfgoed en product

Paramaribo moet als stad veel meer opbrengen dan het nu al zou doen. We zien dat in de begroting van TCT ‘de stad Paramaribo’ niet eens 1 keer wordt genoemd en dat is ten onrechte. Onze hoofdstad is oud en er is vernieuwing. Het besef moet er bij de regering en de bevolking komen dat Paramaribo nog steeds het gezicht is van Suriname. Bij de activiteiten rond Carifesta, waar wij behalve cultuur ook ons land showcasen, is het in ons nadeel dat Paramaribo een lange tijd is verwaarloosd.  De stad heeft een eeuwenlange geschiedenis, waar de westerse wereld zich mee kan associëren. Dan hebben wij het over de koloniale geschiedenis met de vele (successie)oorlogen tussen de Europese mogendheden (te land en zee), de rol van rijke Europese steden zoals Amsterdam in relatie tot de West (en Oost) Indische Compagnie, de stichting van de Verenigde Staten, de afschaffing van de slavernij en de immigratie van Aziatische groepen, de twee wereldoorlogen en onze eigen onafhankelijkheid en twee staatsgrepen. Veel gebouwen en straten van Suriname kennen een boeiende geschiedenis, evenals veel kerkelijke gebouwen en woningen. Het jammerlijke bij deze is wel dat de Gravenstraat een naamsverandering heeft ondergaan, waarmee regeerders duidelijk hebben aangetoond geen waarde te hechten aan de heiligheid van onze stad. In het centrum van Paramaribo komt zelfs een aantal musea voor, die nauwelijks (kerkelijk museum voormalig Gravenstraat nabij Combe, numismatisch museum, museum Zeelandia) worden ingezet. De directe aanleiding waarmee wij dit stuk schrijven, is het ontbreken van een toerismebeleid in Suriname. Dat merkt men als men door de binnenstad en omstreken van Paramaribo loopt. Heel jammer is dat thuis- en daklozen op plekken waar binnenlandse en buitenlandse toeristen van het land moeten genieten, een push-factor vormen. Deze groep burgers ontsiert mooie plekken van Suriname, en stoot bezoekers af. Het geld dat besteed wordt aan het upgraden van delen van de stad wordt door deze personen vergooid geld. Wat opvalt in Paramaribo is de slordigheid van aannemers, die straten en bermen aanleggen. Heel vaak toont men geen zelfrespect naar het eigen beroep en het eigen bedrijf toe. Opmerkelijk is bijvoorbeeld dat men wel goed materiaal en goed werk aflevert, bijvoorbeeld rond het kabinet van de president. Vastzittend water, losse tegels en zand op bestrate en geasfalteerde wegen ontsieren Paramaribo en geven het een vies gezicht. Wat Paramaribo ook ontsiert, zijn de straatventers die gewoon voor een bank of een historische kerk hun waar uitstallen op de omheining of langslopende personen lastig vallen met hun goudopkooppraktijken. Het probleem is decennialang en de politie heeft geen antwoord hierop. Straatventers hebben geen grote impact wanneer de stad goed is ingericht, schoon is en uitmuntende plekken kent voor bezoekers. Bij ons maken ze de slordigheid alleen maar erger. Want dan heb je geasfalteerde straten die vol zitten met zand en waterplassen en ook nog lastige opdringerige straatventers. Respect voor Paramaribo is een vreemd concept voor vele Surinamers, ook voor vele onderwijzers. Vandaar dat men zonder schroom ertoe over kan gaan als aannemer, opdrachtgever, burger en straatventer of van de stad een minder aangename plaats te maken. Opvallend is dat in de begroting van 2013 weer de nadruk komt te liggen op overwegend het binnenland. In welke mate Paramaribo kan profiteren van het bestaan van werkarmen van TCT als de Suriname Tourism Board en de Stichting Toerisme Suriname, is onduidelijk. De STS heeft als doel het duurzaam ontwikkelen en bevorderen van het toerisme in en naar Suriname. Vanuit STS moeten activiteiten worden ontplooid op het gebied van productontwikkeling, kwaliteitscontrole, marketing, promotie, onderzoek, educatie en informatievoorziening om uitvoering te geven aan het beleid van TCT met betrekking tot toerisme. We zien dat deze stichting hoegenaamd niets doet voor het ‘branden’ van Paramaribo en om alle toerismewaardige objecten in de stad te promoten. De indruk ontstaat dat TCT geen raad weet en voor zichzelf niet de moeite neemt om concreet vast te stellen wat het voor toerisme moet doen. Men ontstijgt het algemene en het vage niet. Zo staat in de begroting vermeld dat ‘ter bevordering van het toerisme als exportproduct…naast de traditionele markten endoelgroepen, uitgekeken’ dient te worden naar ‘nieuwe markten en nieuwe doelgroepen voor onstoerismeproduct. Verder dan deze vage intentie komt men niet, men wordt niet concreet. Men zegt alleen dat men naast de gebruikelijke marketinginstrumenten (brochuresen bezoeken van beurzen) ook de moderne ICT-middelen zal gebruiken. TCT is van plan een Toerismemasterplan (nu pas) te laten schrijven en daarvoor is SRD 1.6 miljoen SRD uitgetrokken. Wie zal het plan schrijven en zal het toevallig betreffen een politieke vriend of familie? Wanneer zal het rapport aan de samenleving worden gepresenteerd? En dan willen we weten of men het blindstaren op het binnenland heeft verlaten en ook een masterplan voor Paramaribo heeft opgenomen. Voor een niet nader gespecificeerd ‘onderzoek’ is 100.000 SRD opgebracht op de begroting. Opmerkelijk is ook dat de ‘afdeling’ Toerisme maar 7 personeelsleden telt. Dat is veels te weinig om een goed toerismebeleid te ontvouwen, omdat het bijvoorbeeld ook veel gaat om het persoonlijk ervaren van Suriname. Ten aanzien van de beleidsprogramma’s zien wij dat geld opgebracht is voor STS, aankoop van een pand, de vakschool SHTTC en promotiekosten toerisme. In de begroting wordt verder uiteengezet wat deze 4 punten zullen behelzen. We zien dat bij STS het voornamelijk gaat om het aanwezig zijn op beurzen, dus met wat er al is, en enkele onderzoeken en scans gericht op de natuur buiten Paramaribo. Uitdieping en verfijning van het toerismeproduct is er niet bij, evenmin aandacht voor onze stad Paramaribo. Opmerkelijk is dat een uitkomst van de verrichtingen van STS dit jaar moet zijn dat Suriname gepromoot wordt via billboard, videoscreens en tijdschriften in landen als Frankrijk, Duitsland, Nederland, Engeland en België. Vooralsnog wordt daarvan nog niet veel gemerkt. De STS heeft Paramaribo niet als focus en krijgt in 2013 een subsidie van SRD 3 miljoen. SRD 2 miljoen is begroot voor ‘Promotiekosten Toerisme’. Wat precies zal worden gepromoot, is niet duidelijk. Al met al is het noodzakelijk dat voor Paramaribo iets als een ‘burgemeester’ wordt ingesteld en dat Paramaribo als ‘de stad Paramaribo’ wordt aangeduid. Deze autoriteit moet zorgen voor het verbeteren van het aangezicht van Paramaribo, niet in de laatste plaats in het kader van het toerisme.

error: Kopiëren mag niet!