Verdediging niet eens met vonnis

Radjiswerkoemar R. is tot een gevangenisstraf van 10 jaar met aftrek veroordeeld. De veroordeelde heeft op 26 juli 2010 zijn buurman, Jagnarain, met een hooivork bewerkt waardoor deze kwam te overlijden. Jagnarain ontdekte op vrijdag 23 juli 2010 bij thuiskomst dat zijn doksen waren gestolen. Hij had het vermoeden dat Radjiswerkoemar de schuldige was. Vanaf toen leefden de twee buren met elkaar in onmin. Op 26 juli ontstond er een woordenwisseling tussen Jagnarain en Radjiswerkoemar. De politie moest eraan te pas komen. Nadat die was vertrokken, liep de zaak uit de hand. Radjiswerkoemar en zijn twee zonen mishandelden Jagnarain met een hooivork en een tjap. De volgende morgen kwam het slachtoffer te overlijden. De magistraat achtte zware mishandeling de dood ten gevolge hebbende wettig en overtuigend bewezen.
Advocaat Raoul Lobo heeft een verzoek ingediend bij het Hof van Justitie. Volgens de verdediging had het slachtoffer zich gewapend met een houwer op het erf van Radjiswerkoemar begeven. Naar zeggen van de raadsman heeft zijn cliënt zich verdedigd. De verdediger concludeert dat de beslissing van de rechter ‘ten zeerste beschamend en belachelijk’ is. De advocaat heeft in overleg met de veroordeelde hoger beroep aangetekend. Hij heeft het verzoek gedaan bij het Hof om de hechtenis op te heffen. Naar de mening van de verdediging heeft zijn cliënt in noodweer dan wel noodweerexces gehandeld. Lobo benadrukte dat hij zich niet kan terugvinden in het vonnis.
Saskia Bandhan

error: Kopiëren mag niet!