Waarom de koers niet te stabiliseren is met een Silver Bullet

Ik heb in Dagblad Suriname in de artikelenserie “monetaire stabiliteit versus ontwikkeling” aangegeven waarom de wisselkoers niet met een enkel middel, een silver bullet,   te stabiliseren is. Voor de mensen van de centrale bank die misschien dagblad Suriname niet lezen het volgende.

In de eerste plaats is er de vaststelling dat we nu een relatie hebben met het IMF. Je belandt alleen bij het IMF als  regeringen een beleid hebben gevoerd van “hand naar de tand”, potverteren, corruptie, patronage, maar niet van vergroting van de verdiencapaciteit van het land. De landbouwer weet dat hij moet snoeien om te kunnen bloeien, dat je moet sparen om te kunnen investeren. Onze geweldige leiders, in oppositie en coalitie, weten dat echter niet. De oplossing is dus aandacht besteden aan datgene wat ontbroken heeft in het beleid namelijk vergroting van de verdiencapaciteit.

Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Omdat daarvoor een geheel ander beleid nodig is en in feite daarvoor een algehele hervorming van de economie en van de publieke sector noodzakelijk is. Maar vandaag zal ik het daarover niet hebben.

Afroming van overliquiditeit door Centrale Bank van Suriname zal de wisselkoers niet stabiliseren

De pogingen van de centrale bank om de wisselkoers te stabiliseren door de maatschappelijke geldhoeveelheid te verminderen door het uitgeven van termijndeposito’s aan banken, is gedoemd te mislukken. De inflatie is toegenomen tezamen met de geldhoeveelheid sinds het aanbreken van de corona virusperiode. Dat is in lijn met wat er gebeurt in met name West-Europa, de Verenigde Staten van Amerika, en in de gehele wereld, alleen het IMF let klaarblijkelijk alleen op Suriname. De inflatie in Suriname en de koersstijgingen zijn niet alleen te wijten aan monetaire financiering dus aan te veel geld in omloop, maar hebben de volgende oorzaken:

  • de negatieve betalingsbalans naar bezit is de voornaamste aanjager van de inflatie en de koersstijgingen;
  • de wisselkoers is daarom dan ook niet te beheersen omdat de hoeveelheid deviezen in omloop merendeels afkomstig zijn van de illegale informele sector; het grootste gedeelte van de importen worden door de particuliere sector gepleegd; de koers is tijdelijk stabiel wanneer veel deviezen in omloop zijn echter de voorziening is zeer onstabiel;
  • afschaffing van quasi subsidies en prijsverhogingen van parastatalen die juridische economische en technische monopolies zijn dragen bij aan inflatie; het IMF gaat er vanuit dat de Surinaamse regering deze bedrijven (EBS TeleSUR et cetera), niet zal verplichten tot gezond management dat wil zeggen het drukken van de kosten en het verhogen van de kwaliteit van de dienstverlening;
  • er zijn twee sluizen in de economie met name de banken en de detailhandel, consumenten in Suriname besteden circa 80% van hun besteedbaar inkomen in de detailhandel; voor de lage inkomensgroepen is dat bijna 100%; nagenoeg de gehele detailhandel is in handen gespeeld van buitenlandse Chinezen die geld overmaken naar China via hun eigen banken die daartoe vergunning hebben gehad van de Surinaamse overheid; er zijn namelijk geen capital controls. Tijdens de Aziatische financiële crisis in de midden jaren 90 van de vorige eeuw is Maleisië als eerste uit de crisis gekomen door capital controls in te stellen, tegenwoordig hebben haast alle Aziatische landen capital controls; er vindt dus bij ons geen kapitaalaccumulatie in deviezen plaats, onze banken zijn de zwaksten in de Caricom;
  • de overheid betaalt circa 150 miljoen Amerikaanse dollars per jaar aan 30.000 ambtenaren die teveel zijn, dit geld leidt tot bestedingsinflatie;
  • De rente betaald door de centrale Bank van Suriname aan de banken voor de termijndepositoveilingen in het jaar 2021 bedragen meer dan 180 miljoen SRD. Alleen al met dit hoge bedrag aan rente betaalt aan de banken maakt dat de centrale Bank van Suriname zelf bezig is enorme liquiditeit te creëren op de geldmarkt. Het is de pot die de ketel verwijt;
  • corruptie, inclusief beloningen welke hoger zijn dan welke die door reële prestaties gerechtvaardigd worden;
  • verstopping in de Supply chain als gevolg van de corona crisis die de prijzen van containervervoer meer dan verdrievoudigd hebben en omdat Suriname een importland dus tot gevolg heeft gestegen prijzen in de detailhandel;
  • Suriname heeft een economie welke georiënteerd is richting consumptie, met relatief hoge kosten en lage productiviteit.

Het lot van de VHP

De VHP zal uit deze crisis zwaar gehavend komen. In de eerste plaats vanwege hun waardeloos economisch management. In de tweede plaats omdat zij hun hersenen op nul hebben gezet en alles van hun afhankelijk hebben gemaakt van de IMF. In de derde en meest belangrijke plaats omdat zij offers van de samenleving vraagt terwijl het zeker is dat de gevraagde offers niet zullen resulteren in vruchten waarvan de samenleving zal kunnen profiteren simpelweg omdat die vruchten er niet zullen zijn.

Zoals ik heb aangegeven in de artikelenserie “monetaire stabiliteit versus ontwikkeling”, zal gelijk met het starten van het aanpassingsprogramma een push gegeven moeten worden aan investeringen in de reële economie met name in de exportsector. De illegale informele sector voorziet een groot deel van de deviezenbehoeften van Suriname echter het is een onzekere bron. Vandaar het accent op de exportsector. De regering beschikt echter niet over de capaciteit om deze omslag te maken. Ze is enerzijds ideologisch gehandicapt, (ze wachten op de meer dan 100 buitenlandse investeerders van minister Albert Ramdin die hier in Marowijne Commewijne Saramacca Coronie Nickerie Para en Brokopondo investeringen gaan plegen) terwijl het anderzijds tijd vergt om de institutionele en andere voorzieningen in orde te maken op dat investeringen in de exportsector kunnen plaatsvinden.

Tegen de tijd dat de regering zo ver is staan de volgende verkiezingen voor de deur. En de VHP moet goed kijken wat in Griekenland gebeurt is. De socialisten die het SAP hadden uitgevoerd zijn weggestemd ten gunste van de conservatieven die Griekenland bankroet hadden gemaakt. Het volk heeft een heel slecht geheugen. Een schip op het strand is een baken in zee.

Richard B Kalloe

error: Kopiëren mag niet!