De olie en de schulden

Twee recente berichten over Suriname brengen de toekomst van het land in perspectief. Er is ten eerste bericht, dat Total samen met andere partners midden dit jaar zover zal zijn om een besluit voor investeringen om gevonden olie naar boven te halen, bekend te maken. Dan zou je als Suriname positief gestemd van raken, maar word maar niet al te gauw enthousiast. Een ander bericht internationaal gepubliceerd, meldt dat de oliedollars Suriname niet uit zijn schuldencrisis gaan brengen. We menen ons te herinneren dat we dit al eerder hadden gesteld. Het zou te maken hebben met de omvang van de schulden van Suriname en ook de omvang van de olie die in ons land is gevonden, maar niet in de laatste plaats ook de prijs van olie zoals die zal liggen in de toekomst, onder andere gelet op de ontwikkeling van duurzame energie. 

We kijken straks naar het internationaal gelanceerd tweede bericht, maar als het waar zou zijn, dan betekent het dat de vorige regering door gebrek aan visie, het land totaal naar de verdoemenis heeft geholpen. Het lijkt erop dat de vorige regering, aanvoelende dat men de verkiezing zou verliezen, het land opzettelijk zodanig heeft verpest en onbestuurbaar gemaakt, dat het voor geen enkele politieke partij meer te regeren is. Het is die regering en de politieke partij NDP dan wel gelukt om dat te doen. Je kan het vergelijken met het verminken van een partner die de relatie met een man verbreekt, zodanig dat ze onaantrekkelijk is voor andere partners. Het kan niet anders dan dat Suriname met opzet kapot is gemaakt, zodat zo een land ongewild is voor alle politieke partijen. De NPS is duidelijk daar zo een partij van. 

Alhoewel Suriname niet te besturen valt door een regering, is het niet zo dat Suriname geen inkomsten heeft of niet meer bezit. Er zijn genoeg natuurlijke hulpbronnen. De enige incentive die er zou zijn voor politici om dit land te besturen, is om haar persoonlijk te beroven van haar natuurlijke hulpbronnen: het goud, de bomen, de vissen etcetera… Alles wordt dan geoogst, verkocht en op een aantal bankrekeningen gezet. Daarna kunnen deze politici zich onvindbaar maken en ergens gaan rentenieren op een of andere plek. We denken dan aan politici die gewend zijn aan concessies, zoals de vp die we nu in de top van het land hebben. 

Intussen is iedereen die denkt dat hij over enig verstand beschikt, alles uit de kast aan het halen om Chan de schuld te geven, maar het moet wel voor alle partijen duidelijk zijn: niet Chan heeft gezorgd voor de schuldencrisis en het land vernietigd, maar het is Bouta. Dat is gedaan volgens het principe ‘de hele stad mag branden en ik slaap als een roos’, het principe van de ‘slapeloze nacht’, van ‘na mij kome de zondvloed’. De NDP heeft het land met zijn regering vernietigd, maar het volk heeft het niet door. Alle ‘fury’ is gericht op de regering die na de vernietiging is aangetreden. De UNDP heeft niet zomaar aangegeven dat 54 landen, waaronder Suriname, niet te regeren zullen zijn zonder kwijtschelding van schuld. De UNDP heeft deze conclusie getrokken met alle verdienmodellen die er in de toekomst voor Suriname en de andere landen in het verschiet liggen. 

Op 20 maart verscheen een bericht bij World Politics Review met als kop dat de schuldencrisis van Suriname de huidige president in zware problemen heeft gebracht.

Het bericht kijkt terug naar de rellen van 17 februari 2023. Het bericht vermeldt, dat de ontevreden mensen verwachtingen zouden hebben van een “aanstaande olieboom” maar dat zou naar onze mening niet zo zijn. Het volk is nuchter en verwacht niets van de olieboom omdat er geen inkomsten zijn offshore, ook geen spin off als zodanig.  Het bericht maakt melding van het geweld. Dat geweld zou het resultaat zijn van een politiek besluit van de huidige president. Dat zou het besluit zijn eerder dit jaar om te voldoen aan de voorwaarden van de leningsovereenkomst van het IMF. Dat betekende at de regering geleidelijke aan alle staatssubsidies voor brandstof en elektriciteit zou moeten afschaffen.

Er wordt gesproken over een ‘invoering van een nieuwe belasting op geïmporteerde goederen’. Ook worden genoemd de krimp van de economie en in sommige jaren wel een groei, maar dan wel zeer laag. Daarop kwam de groeiende schuldenlast van het land in combinatie met de slinkende schatkist van de overheid, waardoor die schuld steeds moeilijker af te lossen was. In 2020 volgde een herstructureringsproces met de schuldeisers van Suriname. Na ontvangst van een eerste uitbetaling van een kleine USD 55,1 miljoen in december 2021, blijkt dat Suriname de vereiste bezuinigingen op de overheidsuitgaven niet volledig kan doorvoeren. Daardoor zou het IMF verdere uitbetalingen hebben stopgezet.

In het artikel is een projectie gemaakt van de olie die eventueel uit zee kan worden gepompt en hoe die zich verhoudt tot de schulden die Suriname heeft. 

De eerste inkomsten en jaren zou Suriname niets van de olie profiteren en alleen bezig zijn om schulden en rente te betalen. Suriname is terecht gekomen in een positie van schuldhorigheid oftewel ‘debt bondage’. Surinamers missen de potentie, de wil en het inzicht, zowel hier als in Nederland en de USA, om de Surinaamse potentie om te zetten in een sterkere economie. De eerstvolgende optie voor Suriname, als het zo is dat de natuurlijke hulpbronnen de schuld niet kunnen aflossen, is om zijn autonomie op te geven. Dat betekent dat een schuldeiser de schuld betaalt en het land in pacht krijgt. De vraag rijst wat de bevolking daarbij heeft gewonnen. 

In principe heeft de vorige regering de hele autonomie van Suriname en het bestaansrecht van Suriname in gevaar gebracht. We herhalen weer dat we na het bericht van de UNDP geen handelingen zien vanuit de Surinaamse regering zien die zegt het licht te zien, licht dat door UNDP niet is gezien. We zien ook geen handelingen op het internationale front. Het plaatse ziet er steeds minder rooskleurig uit voor Suriname.

error: Kopiëren mag niet!