Oppositie wil dinsdag concrete zaken vernemen van de regering in kwestie IMF en koerssituatie

De oppositionele fracties van de NDP en de BEP in de Nationale Assemblee verwachten dinsdag 28 maart tijdens de openbare vergadering concrete zaken te vernemen van de regering inzake de kwestie van voortgang van het IMF-programma en de huidige sociaal-economische situatie in het land, met name de ontwikkelingen op het koersenfront. 

Vorige week donderdag hebben beide fracties hierover een brief gericht aan president Santokhi. Dit hebben zij gedaan naar aanleiding van wat zij  zorgwekkende berichtgeving noemt dat Suriname ook de IMF beoordeling van maart 2023 niet heeft gehaald. Daags daarvoor heeft de president de samenleving nog voorgehouden dat er verlichting komt na de IMF-tranche.

Koers op hol geslagen

Onmiddellijk nadat berichten over het eerder genoemde in de media waren verschenen, is de wisselkoers op hol geslagen. In een toelichting op het schrijven aan de president zegt NDP-fractieleider Rabin Parmessar, dat de op hol geslagen wisselkoers met zich meebrengt dat de toch al onbetaalbare prijzen van goederen en diensten verder de lucht in zullen gaan, de koopkracht verder zal afnemen en de verarming grovere vorm zal aannemen. De gevolgen van de steeds toenemende criminaliteit zullen niet te overzien zijn. 

Volgens de NDP-fractieleider komen bedrijven en ondernemingen door de koersontwikkelingen en de verder eroderende koopkracht ook steeds meer onder druk. De kans dat ze daardoor noodgedwongen tot sluiting zullen overgaan is groot. Velen zullen daardoor zonder werk en inkomen komen te zitten met alle negatieve gevolgen op de reeds bestaande zeer slechte sociaal- economische situatie.

Geen vage verhalen

“De sociale en economische situatie in het land is zeer ernstig en de president moet dinsdag in het parlement niet met vage verhalen komen. Die hebben wij in de voorbije periode al genoeg van hem gehoord. Hij dient concreet aan te geven waar de schoen precies wringt bij de besprekingen  over de voortgang van het IMF-programma. Welke zijn de specifieke punten die Suriname heeft moeten volbrengen om beoordeeld te worden.”

Parmessar wijst erop dat hij tijdens de begrotingsbehandeling gevraagd heeft naar wat plan-B van de regering is, indien er geen akkoord wordt bereikt met het IMF. Ruim een derde van de staatsbegroting voor dit jaar is namelijk opgehangen aan een akkoord met het IMF. Financiën-minister Stanley Raghoebarsing reageerde toen daarop met te zeggen, dat er geen plan-B is, maar wel een plan-D. Dat staat voor “Disaster” (ramp), en daar lijken we naar te koersen, zegt de NDP-fractieleider. Hij vraagt opnieuw naar wat plan-B voor het geval de volgende beoordeling in juni ook niet gehaald wordt.

Oprecht informeren

Aan de president wordt gevraagd de samenleving oprecht te informeren over welke maatregelen in aantocht zijn. De regering dient concreet aan te geven welke maatregelen worden getroffen om de wisselkoers te beteugelen. “Of zullen burgers moeten wachten tot de volgende beoordeling van het IMF in juni”, staat in de brief van de NDP- en de BEP-fracties aan president Santokhi. 

Beide oppositionele fractie maken zich ook zorgen over de implementatie van de aanbevelingen gedaan door Caribbean Financial Action Task Force (CFATF). Ze willen weten aan welke aspecten Suriname nog moet voldoen om de NRA (National Risico Analyse) beoordeling te halen, gelet op de ernstige gevolgen op het internationaal financieel bij een ongunstige beoordeling.

Het IMF-akkoord

Het akkoord met het IMF voor financiële ondersteuning in ruil voor uitvoering van een economisch hervormingsprogramma is in december 2021 getekend. Het gaat om financiële ondersteuning van ruim USD 688 miljoen, verdeeld over 12 gelijke kwartaaltranches van ruim USD 57 miljoen. Bij de ondertekening van het IMF-akkoord, nadat Suriname een aantal “prior actions” maatregelen heeft doorgevoerd, is gelijk het eerste tranchebedrag overgemaakt. De eerste kwartaal beoordeling in 2022 heeft erin geresulteerd. dat in maart 2022 de tweede tranche is overgemaakt. De tweede kwartaal beoordeling in juni 2022 is niet gehaald. Invoering van btw, dat per 1 juli moest worden ingevoerd en niet werd gehaald, vormde de bottleneck. De derde kwartaalbeoordeling in september 2022 werd ook niet gehaald. Gewijzigde economische omstandigheden als gevolg van de ontwikkelingen van de oorlog in Oekraïne, althans zo luidde het argument. 

Verhoogde overheidsuitgaven zorgden ervoor, dat de overheidsbegroting ontspoord raakte, met koersstijgingen en toenemende inflatie ten gevolge. De regering besloot te heronderhandelen met het IMF. Sedert toen zijn de besprekingen gaande. De IMF beoordeling over het derde en vierde kwartaal 2022 zouden samengetrokken worden. 

Nu blijkt, dat ook kwartaalbeoordeling van maart 2023 ook zal worden gemist. In totaal zijn dus vier IMF-kwartevaluaties gemist. Met deze vier kwartaalbeoordelingen gaat een bedrag gemoeid van ruim USD 228 miljoen. Het gaat deels om betalingssteun (monetaire reserve Centrale Bank)  en deels om begrotingssteun.   

SS

error: Kopiëren mag niet!