Moeder die verdacht werd van weggooien kind vrijgesproken

G.R. werd vrijdag, na het aanhoren van het pleidooi van haar advocaat Chandra Algoe, door de Kantonrechter vrijgesproken van het uit de auto gooien van haar 2-jarig dochtertje. Het Openbaar Ministerie (OM) 6 maanden gevangenisstraf waarvan 2 maanden voorwaardelijk en een proeftijd van 2 jaren geëist. G.R. werd eerder en vrijheid gesteld en zou met dit strafvoorstel niet meer naar de gevangenis hoeven te gaan.

De vrouw werd verweten dat zij op 30 mei haar 2-jarige dochtertje uit de auto zou hebben gegooid, waarbij het kind letsel zou hebben opgelopen.

G.R. heeft een kind dat zij samen met haar ex-vriend tracht op te voeden. De man echter is zeer nalatig in het nakomen van zijn financiële verplichtingen naar het kind toe. Op die betrokken dag heeft de verdachte de man geappt, dat zij het kind voor hem zou brengen. De man, die weer trachtte van zijn verantwoordelijkheid af te komen, had leugenachtig aangegeven dat hij in Nickerie wad. G.R. wist echter, dat hij in Saramacca was en bracht het kind voor hem. Zijn woning was gesloten, maar aan de overzijde bij zijn zus zag G.R. het voertuig van haar ex-vriend.

G.R heeft geen goede band met haar schoonmoeder die de relatie met haar zoon afkeurt.  G.R. zette het kind gehaast af op straat en reed weg, toen zij haar schoonmoeder naar haar toe zag lopen. Ze zag dat het kind op straat viel in haar achteruitkijkspiegel, maar verkerende in de zegenrijke veronderstelling dat de grootmoeder het kind naar de vader zou brengen en in haar streven om confrontatie te voorkomen, is zij weggereden, stelde Algoe in haar pleidooi.

Algoe gaf aan, dat opzet voor het toebrengen van letsel aan het kind nergens uit is gebleken. Zij wees op de tegenstrijdige verklaringen van de schoonmoeder en een nichtje van de ex-man die trachten G.R te bezwaren. Nu het element van opzet ontbreekt, kan het feit niet bewezen worden geacht en vroeg Algoe de rechter om G.R. te willen vrijspreken en haar de mogelijkheid te bieden voor haar kind te zorgen.

Kantonrechter Lydia Ravenberg was het eens met de advocaat en wees ook op de tegenstrijdige verklaringen van de getuigen. Nergens uit is gebleken, dat G.R. de bedoeling had om haar kind enig pijn of letsel toe te brengen. Zij sprak G.R. vrij van de gehele dagvaarding.

error: Kopiëren mag niet!