Centrale Bankwet nog steeds niet bekrachtigd

De Centrale Bankwet 2022 die in juni dit jaar door de Nationale Assemblee is goedgekeurd, is nog steeds niet bekrachtigd door de president. De Centrale Bankwet 2022 vervangt de oude Bankwet van 1956 en bevat wettelijke regelingen en procedures die de onafhankelijkheid van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) moeten waarborgen.

De oude Bankwet bood onvoldoende institutionele onafhankelijkheid van de Centrale Bank, omdat de regering aanwijzingen kon geven aan de Bank en functionarissen benoemen om zitting te nemen in het toezichtorgaan van de Bank. 

In de nieuwe Bankwet is expliciet het verbod opgenomen voor de staat en elke andere instantie of instelling om de Bank te beïnvloeden of te instrueren. Teneinde de onafhankelijkheid van de Centrale Bank te waarborgen mogen er geen vertegenwoordigers van regeringszijde  zitting hebben in de Raad van Commissarissen. 

De goedkeuring van de nieuwe Bankwet is één van de actiepunten in het kader van het lopend IMF-programma. In de nieuwe Bankwet zijn noodzakelijke aanpassingen opgenomen die voornamelijk betrekking hebben tot het mandaat, de onafhankelijkheid en het bestuur van de bank.

In het kader van het IMF-programma heeft het International Monetair Fonds (IMF) een evaluatie uitgevoerd van de governance en het beheersingskader van de Centrale Bank van Suriname. De bevindingen en aanbevelingen van deze evaluatie zijn vastgelegd in een Safeguards Assessment Report (het Rapport). 

Het opvolgen van de aanbevelingen uit het Rapport is op zijn minst even belangrijk als het doorvoeren van de voorgestelde macro-economische hervormingen. 

De redenen van het nog niet bekrachtigen van de nieuwe Bankwet zijn  vooralsnog niet bekend. Duidelijk is wel dat bij de inwerkingtreding van de nieuwe Bankwet de (politieke) invloed van de regering op de Centrale Bank niet meer mogelijk zal zijn.

SS 

error: Kopiëren mag niet!