Familie hekelt slechte medische zorg Corneliskondre en wil herstel bemensing poli

Het drama te Corneliskondre, waarbij een oud-kapitein overleed, had voorkomen kunnen worden, als er tijdig medische hulp was geweest. De oud-kapitein, Franklin Janomo, overleed in de nacht van woensdag op donderdag na een slangenbeet op zijn kostgrond, dat heeft de familie laten weten. Nicht Audrey Christiaan zegt, dat het vermoeden bestaat dat haar oom door een ‘baby labaria’ is gebeten. “Het vermoeden is dat het gif van de baby labaria sneller werkt”, voegt zij toe. Haar oom werd met de ambulanceboot een dag later naar Boskamp vervoerd voor medische hulp, maar daarover is de familie niet te spreken.

Onbemand

Kleinzoon G. Janomo zegt, dat het dorp al tijden zit met een onbemande poli in het dorp. “De bewoners vragen al een hele poos wanneer de poli bemand wordt, maar we krijgen geen antwoord en kijk wat er nu is gebeurd”, zegt hij. Bovendien duurt het varen vanuit Corneliskondre naar Donderskamp voor hulp 2 tot 3 uren. Te Donderskamp is er wel een verpleegkundige die permanent aanwezig is.  Om daar te komen moet je met de ambulanceboot vervoerd worden. De procedure is dat je eerst moet bellen voordat de boot arriveert. Daarna duurt het 2 uren varen naar Donderskamp. “Ook op de ambulanceboot bleken er geen medicamenten aanwezig”, laat de kleinzoon weten. “En wanneer het om iets ernstigs gaat, moet je 6 uren varen naar Coppenamepunt.” De patiënt moet dan weer doorvaren. De kleinzoon hekelt het gebrek aan medicamenten. “Volgens mij hebben ze zelfs op Donderskamp geen medicijnen.” Hij voegt eraan toe dat het erop lijkt alsof er geen mensen leven in het binnenland. “Het lijkt erop alsof men zich om niets druk maakt”, benadrukt hij fel. “Wij hebben onze vader, onze opa, verloren omdat er niemand in het dorp is gestationeerd”, verduidelijkt hij.

Hij merkt ook op dat de dood van zijn opa voorkomen had kunnen worden als er eerder was gehandeld. Nicht Audrey Christiaan spreekt van een “kwalijke zaak, want als er een poli aanwezig was dan kon een serum worden toegediend”. Zij merkt op, dat het van groot belang is om in zulke gevallen zo snel mogelijk tegengif toegediend te krijgen. “En dat is nu niet gebeurd”, zegt Christiaan.

Ook vraagt de kleinzoon zich af wat er met iemand gebeurt in het dorp wanneer deze een of ander groot ongeluk krijgt. Hij zegt, dat de familie het daarom op prijs zou stellen wanneer de overheid een gebaar maakt naar de familie door een tegemoetkoming in de kosten, die nu op de schouders van de familie rusten.

Christiaan roept verder op, dat de Medische Zending weer zo spoedig mogelijk in het dorp actief is. “Het dorp is momenteel volledig geïsoleerd, de mensen moeten de bootkosten zelf betalen. “Ik heb SRD 15.000 (vijftienduizend) moeten betalen voor de boottocht van Boskamp naar Corneliskondre”, deelt zij mee. Zij pleit daarom voor overheidssubsidie op brandstof voor het dorp en een betere medische voorziening. Ook vraagt zij zich af waarom mensen naar Donderskamp moeten gaan als er daar geen medicijnen zijn. Tot slot merkt zij op, dat de overheid de kosten zou moeten dekken voor dit bijzonder geval, waarbij de oud-kapitein “door niet adequate medische zorg het leven liet.”

Reactie districtscommissaris Linga

Districtscommissaris (dc) Erwin Linga van Boven Saramacca zegt het voorval te betreuren. “Het gaat om een mensenleven”. De dc laat weten, dat op een bepaald moment de poli te Corneliskondre is overgeheveld naar het Mungra Medisch Centrum in Nieuw Nickerie. “En vanaf dat moment hebben de mensen geen permanente verpleegkundige meer in het Wayambogebied. De dc bevestigt, dat de bewoners hebben gevraagd om de poli weer in beheer van de Medische Zending te brengen. “Daarmee is de minister van Volksgezondheid bezig. Er is een commissie samengesteld waar de kapitein van Donderskamp en de kapitein van Apoera zitting in hebben.” Dit allemaal om voorbereidingen te treffen zodat de poli weer in handen komt van Medische Zending, laat de dc weten.

Linga bevestigt de hoge kosten voor brandstof naar het gebied. De burgervader noemt zelfs een bedrag van SRD 30.000 aan brandstofkosten wat hij moet maken voor een bezoek aan het gebied. Over het feit, dat de familie zoekt naar financiële compensatie toont Linga zich begripvol en merkt op dat het commissariaat in zulke gevallen nagaat waar zij kunnen inspringen.  Dc Linga: “Ik kan niet praten voor de overheid, maar als er een beroep op het commissariaat wordt gedaan dan kijken we hoe we verder kunnen, want dat hebben we eerder gedaan bij overlijdensgevallen.”

Recentelijk doneerde het commissariaat nog 3 vaten benzine om een familie tegemoet te komen om het stoffelijk overschot van hun dierbare te vervoeren naar de stad. In elk vat zit 600 liter benzine. “Als men een verzoek doet en de middelen zijn aanwezig dan spring ik in”, licht de districtscommissaris toe.

RB

error: Kopiëren mag niet!