Betrekken Nederland in agrarische sector goede eerste stap

Binda: “Waarom komt gemalen peper uit het buitenland?”

Het VHP-Assembleelid Sham Binda noemt de gedane oproep in Nederland tijdens het werkbezoek van de presidentiële delegatie om de mensen in de agrarische sector te interesseren voor Suriname, een goede ontwikkeling. Er zijn genoeg fondsen en investeerders in de wereld, waarbij ook andere landen dan Nederland een rol van betekenis spelen, merkt het Assembleelid op. Technologie speelt daarbij een belangrijke rol. Besproeiingsmethodes, het telen in kassen, en drogingstechnieken voor de houdbaarheid zijn daarbij enkele voorbeelden.

Suriname heeft een goed klimaat en Nederland is in staat geweest om het afgelopen jaar onder veel minder goede weersomstandigheden een productie te halen van 94 miljard euro, onderbouwt Binda het verschil. Ook verdiende het land nog aan aanverwante zaken als kunstmest nog eens 9 miljard euro.  

Vandaar dat Binda, namens de VHP, voorstander is van meer bewustwording voor de agrarische sector.

Juist deze sector is voor de hand liggend om geld te genereren. Vandaar dat Binda het faciliteren van buitenlandse krachten als een mogelijkheid ziet. Om ondernemers inkomsten te garanderen noemt Binda het centraal opkopen van producten als een van de mogelijkheden. Het benutten van het eigen potentieel aan gewassen en producten is van groot belang.     

Landbouwonderwijs

Voor een dergelijke ontwikkeling is kennis nodig. Een universiteits faculteit voor de landbouw zou een stap in de goede richting zijn. Binda kijkt ook terug naar initiatieven die in het verleden zijn genomen waarbij het de bedoeling was dat scholen vanaf de lagere leerjaren gestimuleerd zouden worden voor de kassenteelt. Deze initiatieven hebben echter nooit voeten in de aarde gekregen.

Status

Een ander nog belangrijkere reden waarom de landbouw niet floreert zoals het zou moeten is volgens de volksvertegenwoordiger de wijze waarop naar het werken op de velden wordt gekeken.

“Je bent landbouwer dus dan ben je maar niks”, is de huidige heersende gedachte bij de gemiddelde burger. Deze wijze van kijken naar het beroep moet veranderen bepleit Binda. “Er wordt alleen maar opgekeken naar personen met een universitaire graad en daar moeten wij vanaf stappen.” Hij stelt dat kinderen vanaf de lagere school verschillende opties moeten worden geboden om zich voor te bereiden op hun toekomst. “Want er zijn andere beroepen dan advocaat en arts waarmee je goed kan verdienen”, verduidelijkt Binda. Vandaar dat er opleidingsinstituten nodig zijn die gedifferentieerde opleidingen kunnen aanbieden. “In Japan worden kinderen de eerste tien jaar van hun leven voorbereid op verschillende vaardigheden. Hierdoor hebben zij de discipline om zich verder bezig te houden met de opleidingen en de verschillende processen die zij daarna tegenkomen. Hij merkt op dat nu pas het besef doordringt hoeveel geld mensen in de landbouw kunnen verdienen. “Daarom zeg ik dat de overheid de mensen moet stimuleren om te produceren.”

Enkele jaren terug bezocht hij foodbeurzen in Zuid Korea en Thailand. De mensen daar spannen zich in om de producten en de productieprocessen te verduurzamen. “Men probeert daarmee te voorkomen, dat men aan het eind van de dag, wanneer producten overblijven, verliezen lijdt.”

Binda: “Waarom komt gemalen peper uit het buitenland? En waarom kunnen wij geen specerijen maken?” vraagt hij zich af.

De volksvertegenwoordiger geeft aan, dat een land als India op zoek is naar kruiden. Ook is de vraag naar cassave enorm groot. “Maar wij kunnen geen cassavemeel leveren”, constateert Binda. Een verandering van arbeidsdiscipline en betere betaling spelen daarbij ook een rol. De keus om Nederland te benaderen is logisch, zo merkt Binda op, vanwege de verbondenheid met het land. onder andere door de taal. “Een eye opener”, noemt hij de besprekingen in Nederland. “Het is daarom de eerste stap”, licht hij verder toe terwijl hij ook opmerkt dat Suriname een actievere deelname aan beurzen in de wereld moet hebben.

Aan de andere kant stelt de volksvertegenwoordiger tot slot de vraag waarom Suriname nooit een internationale beurs organiseert, juist vanwege het feit dat in veel landen onze producten en gewassen onbekend zijn.

RB

error: Kopiëren mag niet!