5 vernieuwingen hebben puur historische waarde

In de nacht van 24 op 25 februari heeft de president van de Republiek Suriname, als ‘leider’ van ‘de revolutie’, een select gezelschap direct toegesproken. Het volk luisterde live mee via de staatstelevisie. We hebben eerder gesteld dat Suriname nog geen revolutie heeft meegemaakt, Surinamers weten uit ervaring nog niet wat een revolutie betekent. Door gebrekkige scholing wordt de staatsgreep, een uit de hand gelopen vakbondsstrijd van de militairen in 1980, op advies van enkele intellectuelen aangeduid als een revolutie. Dit gebeurde om de staatsgreep aansluiting te doen vinden bij andere militaire ingrepen in de regio. En dat gebeurde om een ideologische basis te leggen aan de omverwerping van de staatsmacht op 25 februari 1980. Dit allemaal is het werk geweest van intellectuelen die sprongen in het gat om het vacuüm aan hoger kader op te vullen. Het schoeien van de staatsgreep op een ideologische basis leverde een tweedracht op onder de gelederen van de militairen, menigeen verloor daarbij zijn leven. De staatsgreep van 1980 was niet afkomstig van het volk, het volk is later erbij gesleept met volksmilities. De staatsgreep was alleen in dien zin een revolutie omdat het ging om een plotselinge verandering. Onze president heeft een vrij milde redevoering gehouden op deze avond, het was mild naar zowel vrienden als de vijanden. Het was wel opvallend dat hij wellicht voor het eerst bij het nemen van de 1 minuut stilte, deze opdroeg aan een ieder die op en rond 25 februari het leven liet. Dat is een stap, maar het ware beter geweest, en we herhalen hier weer, dat de namen van de gevallenen van 25 februari 1980 (politie, militairen, burgers) uitdrukkelijk en limitatief worden genoemd. Opvallend was dat op de eerste rij plaats was ingeruimd voor ten minste een persoon die ‘in een ander leven’ een gezworen vijand was van de revolutie, de woordvoerder van de stem tegen de revolutie en haar leider in en buiten het parlement. Daarbij liet de mevrouw zich niet inperken, ze werd zelfs persoonlijk naar de toen leider van de oppositie (nu president). Deze dame schaamt zich niet om bij de herdenking van 25 februari nu op de eerste rij te zitten. De NDP lijkt op dit stuk ook de koers kwijt te zijn. Personen die blindelings de zogenaamde ’25 februari beweging’ ondersteunen en formele partijstructuren zitten op de rijen achteraan, terwijl gezworen en schaamteloze vijanden een vipplaats krijgen op de eerste rij. Militairen en ex-militairen krijgen geen plaats op de voorste rijen, terwijl deze mensen grote offers hebben gebracht. Ze zijn getraumatiseerd, hun gezinnen zijn kapot gegaan. De Staat kijkt niet naar deze ondersteuners van de revolutie. Wat dat betreft verschilt de NDP niet van de werkwijze van andere partijen, wanneer het gaat om het eren van plegers van politiek verraad.
De leider van de revolutie heeft de vier vernieuwingen uit 1980 aangehaald en het is duidelijk geworden dat men niet daadwerkelijk in die vernieuwingen gelooft. Bij de politiek-bestuurlijke vernieuwing is het ook deze regering niet gelukt om de openbaarheid van bestuur door te voeren middels aanname van de wet openbaarheid van bestuur. Ook is het niet gelukt om de corruptie binnen de overheid aan te pakken. Bij de vernieuwing van de sociaal-maatschappelijke orde haalde de president een wapenfeit aan uit de jaren ’80 (opheffingen handelingsonbekwaamheid van de vrouw). Waar zijn de nieuwe maatregelen ter versterking van de vrouwen (vb. zwangerschapsverlof, kinderopvang), de kinderen (gezinsondersteuning glo-kinderen) en de mensen met een beperking? Bij de sociaaleconomische orde bleef de revoleider steken bij de bedrijven van weleer uit de jaren ’80. Waar zijn de nieuwe bedrijven vraagt hij zich af, maar is het niet de taak van de politieke leiding van het land om deze bedrijven op te richten om later af te stoten naar particuliere sector? Waar zijn de vele investeerders die in de rij staan? Waarvoor en bij wie staan ze in de rij? Wie handelt deze rij af, zijn het de mensen van kabinet president? Dus ook bij deze derde orde blijft de revo-regering falen. De bedrijven zijn ten onder gegaan door politisering van de leiding van de bedrijven. Er zijn personen in Suriname die allerlei bedrijven aflopen om ze kapot te maken. Toch worden ze steeds ingezet, kijk nu maar naar de leiding van de universiteit. Ook de educatieve orde klinkt mooi, maar na 8 jaren revo-regering merken we nog niets af van modern onderwijs en maatregelen voor onderwijs in het binnenland. Het zijn mensen van de revo-partij zelf, zelfs politici afkomstig vanuit het Nationaal Jongereninstituut (NJP), die door corruptie met gaarkeukens bijvoorbeeld de naschoolse opvang hebben dood gewurgd. Door ondeskundige maar politiek loyale personen op onderwijs te plaatsen, is de vernieuwing van de educatieve orde verder gefrustreerd. Kader bij Minowc wordt niet gebruikt, veel geld wordt opgemaakt door consultants die hun werk nooit afmaken. Vanuit het kabinet van de president is de universiteit verder gepolitiseerd en is het instituut verworden tot een soort ‘werkverschaffing’. Er is een vijfde vernieuwing toegevoegd (milieu), maar dan begrijpen we niet het dan mogelijk is dat deze partij een streep haalt door het ministerie van milieu. Al het gekweekte kader is verspreid, alles rust nu op de schouders van een man die ergens in Rio Branco een diplomatencursus heeft gedaan, maar niet academisch onderlegd is in zaken aangaande het milieu. Het is niet afgezaagd om te blijven verwijzen naar de skalians die onze wateren vervuilen en de vervuiling van het grondwater en rivierwater en Surinaamse vissen door mensen die links hebben naar het kabinet van de president. Daarmee is dus ook duidelijk geworden hoeveel waarde onze revo-partij hecht aan de nieuwe vijfde orde. Ten slotte dus, van de vijf ordes die ooit door een of meerdere intellectuelen zijn bedacht, hebben de militairen niets begrepen. Dat komt gewoon omdat hun focus en hun kennis zwaar tekort schoten. De 4-5 vernieuwingen zijn dus alleen historische waarde, in de praktijk is er niets meer van overgebleven.

error: Kopiëren mag niet!