Belangensferen

Onze grondwet van 1987 schrijft voor dat iedere burger recht heeft op arbeid. Een recht dat ook beschermd moet worden. Immers, gevoel van veiligheid terugbrengen bij de gemeenschap houdt ook in het veiligstellen van de arbeidsrelatie tussen werkgever en werknemer. Is het niet opmerkelijk dat de overheid thans wetgevingsdrift op het gebied van arbeid in loondienst vertoont, terwijl werknemers in overheidsorganisaties vaak niet weten waar zij als landsdienaar er aan toe zijn? Heeft een goed presterende ambtenaar of bedrijfsmedewerker er geen belang bij dat de continuïteit van het functioneren gewaarborgd is? De traditie van het naar believen ontheffen of op non actief stellen van landsdienaren werpt smet op het imago van de overheid als werkgever. De gemeenschap heeft er enerzijds alle belang bij dat de overheidsadministratie en andere sectoren van de publieke sector naar behoren functioneren. Het is anderzijds niet in het belang van politieke partijen dat overheidsorganisaties met regelmaat worden doorgelicht, noch in preventieve, noch in curatieve zin. Het ene is gericht op het tijdig signaleren van mogelijke disfunctionele verschijnselen of ontwikkelingen terwijl de curatieve doorlichting moet aantonen waaraan de organisatie als ‘patiënt’ lijdt en wat daartegen gedaan moet worden. Maar neen, zeggen onze politiek machtigen reeds tientallen jaren aaneen. Dat is niet in ons belang. Dat is niet in partijbelang. Daarmede is het belang van onze vrienden, kennisen, partijgenoten en famierelaties niet gediend. Want voor politiek invloedrijken is hier de wet van de functionele wanorde interessant. Hoe onoverzichtelijker het overheidsaparaat, hoe beter voor het subjectieve belang. Onze overheden willen geen vermoeienissen rond personeelsplanning, formatiebeleid, organisatieontwikkeling en human resource development. Transparantie in het omgaan met overheisorganisaties is onze machthebbers steeds een gruwel geweest. Dat 80% van ‘s lands inkomsten voor lonen en salarissen bestemd is, zal hen een worst wezen. Geloof het maar: op het domein der belangen gaat het er vaak vreemd aan toe.
De recente vertoningen over het wel of niet verhogen van het inkomen van assembleeleden kunnen niet anders dan als het bekende”oratio pro domo’ worden aangemerkt. Het pleidooi ten eigen bate. Hun schadeloosstelling wordt naar zeggen van de VHP-leider aangewend voor sociale doeleinden, ter leniging van de noden van zoveel arme burgers. Een herderlijke verkondiging die voor de weldenkenden niet meer dan een doorgestoken kaart is. Een sociale bewogenheid bij assembleeleden die ongetwijfeld diepe indruk zal maken op de lichtgelovigen. En opmerkelijk toch, dat recentelijk nog een politiek jonggeborene van coalitiezijde via de media juist de navrante kreet slaakt dat assembleeleden het verschrikkelijk moeilijk hebben. Wie moet je nu geloven? De sociaal werker van de parij of de misdeelde ambtsdrager? Alles wijst erop dat de geest van de aanstaande verkiezingen reeds rondwaart door het land, maar ook door de hoofden van degenen die zich reeds zien zitten op de troon of op de zetel.
De bewoners van het gebied ‘Sunny Point’ in het Wanicadistrict willen meer politie zien in hun woongebied. Zij hebben graag een eigen politiepost. Daardoor zal de rust terugkeren. De mensen aldaar hebben belang bij een veilig woon- en leefgebied. Tussen wonen en leven bestaat immers veschil. Een aangenaam leefklimaat ligt niet onder het dak van de woning. Daarin kan de politie hooguit ondersteunen. De Sunny Point bewoners hebben groot belang bij het goed omgaan met elkaar. Ook daarvoor kan de politiewerker zich deels inzetten. Niet meer dan dat. Het opzetten van een politiepost , voorzien van politiedienders met alle attributen, is immers deel van het formele systeem, van de systeemwereld. Orde en rust hebben vooral te maken met de wijze waarop gebiedsbewoners in al hun relaties met elkaar omgaan. Dit ligt in hun leefwereld. Fatsoen komt uit de binnenwereld van een ieder. In het Sunny Pointgebied zijn veel personen van marron afkomst woonachtig. Beschamend is het dat de beter geschoolden onder de boslandcreolen zich niet merkbaar druk maken over het wel en wee van de mensen in dit woongebied. De transitie van hun woongebied naar een omgeving waar het goed toeven is, is zo te zien geen kopzorg van niemand. Het opzetten van een politiepost ter plaatse draagt geen magische werking in zich. Maar wie maakt zich opvallend druk over het leven van burgers in de volksbuurten? Een lichtpuntje is er nu wel. De machtstrevers in de politiek zullen in de aanloop naar de verkiezingsstrijd hun licht doen schijnen over deze gebieden. Gegarandeerd!
Belangen hebben altijd betrekking op dat waarop wij ons richten. Onze belangen zijn gericht op onze behoeften. Daarom zijn belangen subjectief geladen. Soms gaat het om onze begeerten, mogelijk tot het abnormale toe. Soms zijn onze belangen reëel, soms irreëel. Waar geen belang bestaat, bestaat ook geen doelstelling. Omgekeerd ook niet. Een belangenanalyse leidt tot eindeloze belangensoorten. Wie belang heeft bij een goede maatschappij zal geen jongeling in eigen land belemmeren in diens ontwikkeling. Onder geen beding door ouders, verzorgers en opvoeders, waartoe ook onderwijsgevenden gerekend worden. Vakbondsvrijheid en politieke vrijheid goed doen samengaan is weggelegd voor de geestelijk volwassenen. Van het actuele duel tussen autoritair en dom emotioneel gedrag van partijen worden de scholieren wederom het slachtoffer. Wie zinvol onderzoek wil doen naar de obstakels voor de ontwikkeling van land en volk in Suriname, moet beginnen bij de problemen tussen mensen in de gemeenschap, bij de heersende conflicten en spanningen in de interpersoonlijke sfeer. In de subjectieve belangensferen. Dat onderzoek vereist geen wetenschappelijke onderbouwing.
Stanley Westerborg
Organisatieanalist

error: Kopiëren mag niet!