Kaal-pluk-contract bestaat niet

Door een politieke partij die het zwaar te verduren heeft dat ze uit een regeercoalitie is gezet en niet meer gevraagd is om mee te regeren, is de optie van een kaal-pluk-contract voorgehouden aan de kiezers om verloren vertrouwen in hun partijvertegenwoordigers terug te winnen. Deze partij kampt chronisch en aanhoudend met een vertrouwenskwestie en dat kan voor electorale averij gaan zorgen. De partij gaat over het algemeen niet door als een partij die consistent is en zich laat leiden door waarden als loyaliteit en trouw aan politieke partnerschappen. De partij heeft bewezen heel snel van het ene uiterste van het politieke firmament naar het andere uiterste te kunnen bewegen. De leider van de partij heeft deze zelfde karaktertrekken als de partij zelf, door critici wordt hij aangeduid als de partij zelve. In de partij is er geen bewezen cultuur van standvastigheid en trouw, eerder van wispelturigheid en opportunisme, een flexibiliteit die nog niet geëvenaard is. De VHP heeft in deze zelfde positie gestaan toen in 1996 een belangrijk deel van de gekozen DNA-leden op eigen houtje overliepen naar de coalitie die toen door de NDP werd gevormd. Deze partij heeft toen in de volgende parlementaire periode toen zij aan de macht kwam zwaar ingezet op de aanname van de Terugroepwet. De haast en de emotionaliteit waarmee deze wet werd benaderd, maakte dat het een moeilijk uit te voeren wet werd. Deze wet werd heel snel door het parlement gejaagd, de ‘common ground’ werd wel gevonden binnen de NF-coalitie dat het overlopen een onethische en afkeurenswaardige daad was. De VHP reageerde dus op het overlopen van 5 van haar DNA-leden met de Terugroepwet, waarmee men bij wet een proces aannam om DNA-leden die zich eigenaar meenden van een DNA-zetel, hun de zetel te ontnemen. Alhoewel de wet niet perfect was, was het wel goed genoeg om effect te hebben. Rechterlijke besluiten ten spijt is door instanties genoemd in de wet gewoon besloten om de wet naast zich neer te leggen, de wet is zelfs getorpedeerd door het huidig parlement. De VHP is in tegenstelling tot de PL bekritiseerd door personen binnen en buiten de partij voor het vasthouden aan oude partnerschappen en het op de koop toe nemen van het risico om in de oppositiebanken plaats te nemen. Na 1996 heeft de VHP heel zorgvuldig en met offers (kiezen voor de oppositiebanken) het vertrouwen in de partij teruggehaald. De schade die aangericht werd door de 5 DNA-leden in 1996, heeft het imago van de VHP niet blijvend kunnen schaden. De PL daarentegen heeft met het overlopen van 2 DNA-leden in 2015 niet veel imagoschade ondergaan. Bij overlopen gaat het om vertrouwen en de PL heeft niet bekend gestaan als een partij die zich door deze waarden laat leiden. Zo heeft de partij, onder het huidige leiderschap, meegewerkt aan het uitbreiden van de amnestiewet buiten de grenzen van de binnenlandse oorlog. Dat werd gedaan om politiek gewin. De partij gaf eenmaal uit de coalitie gezet, aan een fout te hebben begaan. De PL presenteert nu op het niveau van de partijwetgeving een variant van de Nederlandse ‘pluk-ze-kaal-wetgeving’, met de bedoeling om politici de rijkdommen te ontnemen die ze door het kapen van partijzetels in DNA hebben vergaard. De PL wil het daartoe leiden dat politici een contract tekenen met de partij. Als deze personen als DNA-lid worden gekozen, wil de PL dat het zover komt dat op basis van het contract alle rijkdommen die men op een bepaald moment zou hebben vergaard vanwege het DNA-lidmaatschap, terugvloeien in de kas van de partij of in de staatskas. In de eerste plaats rijst de vraag of men alleen rechtmatig verkregen rijkdommen (DNA-salaris, dubbele salarissen etc..) moet inleveren of ook de onrechtmatig verkregen rijkdommen. Verder rijst de vraag of ook de niet overgelopen DNA-leden hun onrechtmatig verkregen rijkdommen moeten inleveren of mogen ze dat behouden, omdat ze de partij loyaal zijn? Aan wie zouden de teruggewonnen onrechtmatige rijkdommen moeten toekomen? Verder rijst de vraag wat de grens is tussen rechtmatig en onrechtmatig. Het is namelijk zo dat door de uitgangspunten van ‘politieke realiteit’ die door het PL-leiderschap zwaar gepropageerd is in Suriname, de grenzen van het toelaatbare op dit gebied enorm zijn verschoven, wat onrechtmatig is, is rechtmatig gemaakt omdat het strookt met de politieke realiteit die men overigens zelf naar believen creëert. De grootste vraag is echter of een privaat contract tussen twee civielrechtelijke figuren (de politieke partij en de burger/politicus) de mogelijkheid kan bieden dat een schatting of exacte berekening wordt gemaakt wat de rechtmatig en/of onrechtmatig verkregen bezittingen zijn als gevolg van DNA-lidmaatschap en dat daarop beslag wordt gelegd. Een privaat contract zal de middelen ontberen zodat deze berekening wordt gemaakt. Daarvoor zou overigens een lopende administratie van bezittingen en schulden over een langere periode ter beschikking moeten zijn. De vraag rijst ook wanneer deze inning en beslag moeten plaatsvinden, omdat het namelijk tijd kost om noemenswaardige rijkdommen te vergaren. De vraag rijst ook hoe het causaal verband zal worden bewezen dat een verrijking (rechtmatig maar vooral onrechtmatig) het gevolg is van DNA-lidmaatschap, omdat ook niet-DNA-leden op dezelfde wijze zich kunnen verrijken vooral de onrechtmatige vorm. Het contract kan alleen werken wanneer toekomstige DNA-leden een overeenkomst met de partij sluiten dat ze een gefixeerde boete zullen betalen wanneer ze na de verkiezing besluiten om de oversteek te doen. Maar deze constructie zal erop neerkomen dat de PL dan haar zetels aan elke coalitie kan verkopen, waarmee dan de kous af is. Is zo een boetclausule dan in overeenstemming met de goede zeden? Het schijnt dus dat het pluk-ze-kaal-contract juridisch en praktisch onuitvoerbaar en zelfs als onethisch kan worden bestempeld. De realiteit van de dag wil dat vertrouwen dat men door inconsistentie en wispelturigheid heeft verloren, niet met een juridisch foefje is terug te winnen. Daarvoor moet de PL consistent goed politiek gedrag vertonen en meer dan een decennium voor uittrekken, zoals de VHP het heeft gedaan. Tovermiddeltjes bestaan er hier niet.

error: Kopiëren mag niet!