Dwarka: Er zal altijd wat te bespreken zijn met Nederland

Vakbondsvoorman Dayanand Dwarka stoort zich aan het feit dat de overheid vanwege haar huidige houding enkele mooie kansen uit handen laat glijden. Het gaat bij hem niet alleen om het feit dat er onnodig een strakke en hoogmoedige houding wordt aangenomen tegen Nederland, maar ook om het voorbij lopen aan het vergemakkelijken van prosessen en procedures in personenverkeer. Hij noemt als voorbeeld de visumkwestie, die naar zijn oordeel onlangs in plaats van vergemakkelijkt, juist moeilijk is geworden. De Nederlandse ambassade heeft het aanvraaggedeelte van visa uitbesteed. Hierdoor komen er ook extra kosten bij kijken, waardoor het visum per persoon duurder wordt. Er zijn onlangs pogingen ondernomen in Nederland om dit visumbeleid te bespreken. De discussies zijn ook in de Tweede Kamer gevoerd. Daaruit werd ook de conclusie getrokken dat voor afschaffing van de visumplicht, de stap eerst vanuit Suriname zou moeten komen. Als de minister van Buitenlandse Zaken, Yldiz Pollack- Beighle, nu stelt dat er niets te bespreken valt met haar collega in Nederland, zou die het volgens Dwarka dus glad mis hebben. Er zal altijd wat te bespreken zijn, om het leven van burgers in beide landen tot een ander niveau te tillen.
“De minister moet een onderscheid maken tussen haar zelf en de belangen van de natie. Wij als burgers moeten dat kunnen opeisen. Nederland blijft de poort naar de rest van de wereld. Iedereen zou daar dus gelukkig mee zijn”, stelt Dwarka. Hij is er voorstander van dat de houding van de regering tegenover politiek Den Haag een weerspiegeling moet zijn van de gevoelens die in de Surinaamse samenleving spelen. De mening van het staatshoofd over het buitenlands beleid, die door de minister vertaald wordt, zou ook hier ondergeschikt moeten zijn. De leiders zitten daar om de wensen van het volk te realiseren. Als het volk goede banden met een natie wenst te zien, dient daar ook gehoor aan te worden gegeven.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!