Boosdoener(s) van de slechte examenresultaten

Elk jaar rond deze tijd staan de kranten vol van kritiek op de slechte examenresultaten. Met het ingaan van de schoolvakanties gaat deze storm van kritiek liggen en beginnen de scholen in het nieuwe schooljaar zonder dat er daadwerkelijk iets is gedaan of zal worden gedaan om herhaling van slechte examenresultaten te voorkomen. Afgelopen tien jaren is er door Minowc geen beleid gemaakt ter verbetering van de lage slagingspercentages. Middels diverse krantenartikelen heb ik de aandacht van de beleidsmakers gevraagd voor brandende vraagstukken m.b.t . ons basis- en voortgezet onderwijs junioren en senioren. Afgelopen vier jaren schreef ik o.a. de volgende artikelen over ons basis- en voortgezet onderwijs:
1. Begeleiding van onervaren leraren is bittere noodzaak
2. Onderwijsminister zegt veel, doet weinig
3. Factoren die het eindcijfer voor een proefwerk kunnen beïnvloeden
4. Hoe betrouwbaar zijn onze eindexamens?
5. Minister Peneux met zijn bezem
6. Minov laat onervaren leraren aan hun lot over
7. Proefwerkbespreking is meer dan een cijfer
8. Studenten verliezen soms een hele punt doordat leraren proefwerken slordig nakijken
9. Onvoldoende beheersing specifieke vaardigheden door leraren
10. Obsessief gebruik smartphone drukt studieprestatie omlaag
11. Wat doen Minov en scholen tegen pesten ?
12. Miljoenen euro’s vergooid met aanschaf schoolboeken.
13. Onderwijsvisie van DNA voorzitter onder de loep
Ik heb mijn diensten gratis aangeboden aan Minowc om voj en vos leraren te trainen in diverse onderwerpen zoals toets constructie, correctie en evaluatie; opzetten van leerlingvolgsysteem; proefwerkbespreking; oudercontacten. Al mijn inspanningen ten spijt. Uiteindelijk verzorg ik sinds 2015 op eigen initiatief kosteloos trainingen aan leraren voj en vosscholen.
Van de diverse reacties op de slechte examenresultaten wil ik die van Wilgo Valies (voorzitter BVL/ AlS ) en DNA lid Rossellie Cotino in ogenschouw nemen. Volgens Valies :
1. Is de overheid de grote boosdoener; zij stelt weinig middelen ter beschikking. Scholen worden onder armoedige omstandigheden gedraaid.
2. Doet de neerwaartse trend zich al zes tot zeven jaar voor.
3. Krijgen zorgleerlingen onvoldoende begeleiding, hetgeen bijdraagt tot slechte prestaties.
4. Kan elke onderbreking hebben bijgedragen aan het slechte resultaat
5. Kan het slechte resultaat niet volledig worden toegeschreven aan de lerarenacties
Volgens DNA lid R. Cotino:
1. Is het hele schooljaar door de samenleving in de ban geweest van de acties gevoerd door de ALS/BvL en hun leden.
2. Hebben wij gemerkt dat deze bonden steeds weer hun leden op straat hadden op de meest cruciale momenten in het schooljaar: vlak vóór of tijdens repetitieweken en/of examenronden.
3. Moesten sommige ouders noodgedwongen zelf extra onkosten maken voor bijlessen voor hun kind. De inzet van deze ouders om de achterstanden in te halen is prijzenswaardig.
4. De onderwijsstakingen in de afgelopen periode hebben wel degelijk een invloed gehad op de examenresultaten.
5. Het ministerie van Onderwijs heeft op verschillende momenten getracht deze tegenvallende resultaten te voorkomen.
6. Resultaat van een school waar de leraren niet hebben gestaakt ligt hoger dan resultaten waar ze wel hebben gestaakt.
7. De regering is de toezegging en toekenning van financiele herwaardering nagekomen.
De heer Valies stelt dat de slechte resultaten niet alleen van dit schooljaar zijn, maar doen zich ruim zes jaren voor. Hij stelt de overheid verantwoordelijk voor de aanhoudende lage slagingspercentages. Anderzijds geeft hij toe dat de lesonderbrekingen bijgedragen kunnen hebben aan het slechte resultaat, maar niet helemaal. Ook zouden de stakingen van de schoolbushouders hebben bijgedragen.
Mevrouw R. Cotino is de mening toegedaan dat de regering alles aan heeft gedaan om de leraren tegemoet te komen en dat het Minowc op verschillende momenten getracht heeft deze tegenvallende resultaten te voorkomen. Zij vindt dat de actievoerders hun verantwoordelijkheid niet nemen en de slechte resultaten schuiven in de schoenen van anderen.
De heer Valies heeft zeker gelijk dat de overheid verantwoordelijk is voor de slechte examenresultaten van de afgelopen jaren. Maar hij geeft toe dat het slechte resultaat dit jaar ook gelegen kan hebben aan de lesonderbrekingen. Mevrouw R. Cotino zegt dan onterecht dat de actievoerders hun verantwoordelijkheid niet nemen.
Het Minowc heeft niet of nauwelijks beleid ontwikkeld voor cruciale vraagstukken ( zie mijn artikelen ). Maar het is ook de verantwoordelijkheid van de onderwijsbonden om het onderwijs inhoudelijk naar grotere hoogten te helpen brengen. De vakbonden vragen al lang de aandacht van het Minowc voor zaken anders dan financiele waardering voor leraren, maar hebben nooit kracht bij hun eisen gezet. Waarom geen acties gevoerd om die zaken (o.a. werkomstandigheden van leerkrachten en onderwijsinnovaties ) af te dwingen?
Als voorzitter vaste commissie Onderwijs, Wetenschap en Cultuur zou mevrouw R. Cotino op de hoogte moeten zijn van de vele gebieden waar er hardnekkige roestvorming is in ons onderwijs. Lage slagingspercentages dateren van veel eerder dan de heer Valies het aangeeft. Weliswaar minder slecht dan dit schooljaar. Wie zijn debet aan de lage examenresultaten van de voorgaande jaren? Toen waren er geen lerarenacties.
Het volgen van bijlessen is geen uitvloeisel van de lerarenstaking; het is in Suriname een fenomeen/iets structureels. Wie doet daar wat aan ?
Elke nieuwe onderwijsbaas belooft bij zijn aantreden veel, maar presteert weinig. Is mevrouw R. Cotino op de hoogte van de volgende knelpunten in ons onderwijs?
1. Het examenreglement Havo/Vwo dateert uit de vorige eeuw ( bijkans 40 jaar oud ).
2. Opstellen van toetsen ( schoolonderzoeken en eindexamens ) vereist specifieke kennis en vaardigheden; velen van onze toets opstellers ( vakleraren ) hebben nooit een opleiding gevolgd ( gekregen ) in het opstellen toetsen.
3. Op de meeste muloscholen worden schoolonderzoeken opgesteld zonder vooraf een toets matrijs te maken. Dat is onverantwoord.
4. Gecommitteerden bij de eindexamens voj en vos zijn vaak mensen die uit het bedrijfsleven komen. Zij kennen de fijne kneepjes van het nakijken niet, met alle ellende van dien ( lees mijn artikel: “studenten verliezen soms een hele punt doordat leraren proefwerken slordig nakijken “). Men zou, zoals het in Nederland gebeurt, geen gecommitteerden van het bedrijfsleven aantrekken, maar leraren van andere scholen.
5. Ons onderwijs kent veel jonge, onervaren leraren. Niemand bekommert zich over hun functioneren. Minister Peneux zei een jaar geleden dat het hoogtijd is dat leerkrachten moeten worden bijgeschoold. Wanneer komt hun bijscholing?
6. Er zijn sterk verouderde boeken/ methoden op onze mulo en vos scholen. Het mulo natuurkundeboek is gebaseerd op “leren door zien”. Geen enkele muloschool beschikt over natuurkunde practicummateriaal. Voorts zijn er voor scheikunde en biologie op de vosscholen ook niet voldoende practicummaterialen aanwezig.
7. Beroepsprofiel en opleidingsprofiel van leerkrachten sluiten niet goed op elkaar aan. Dit constateert dr. J. Sitaram, jarenlang verbonden als docent op het IOL en ADEK.
Het Minowc voert al tientallen jaren een brandblusbeleid uit. Diverse onderwerpen, die van belang zijn voor goede onderwijsresultaten, en die gekwalificeerde krachten voor de maatschappij moeten leveren, blijven onaangeroerd. Daarvoor zou de top van het Minowc worden bemand met personen met onderwijsontwikkelingsvisie. Een masteropleiding alleen biedt geen garantie voor een goed onderwijsbeleid. Zolang er een gebrek bestaat aan onderwijsvisie bij de top van het Minowc, zullen wij elk jaar weer in de maanden juli en augustus klagen over slechte schoolprestaties.
Jack Mohanlal

error: Kopiëren mag niet!