Meedoen bedrijfsleven is graadmeter

Het meedoen van het bedrijfsleven aan vreedzame demonstraties tegen de regering, is een graadmeter voor de maatschappelijke ontevredenheid: die heeft een ultieme grens bereikt. Een grote mensenmenigte was gisteren op de been voor de eerste dag van de massale protestdemonstraties. Protestdemonstraties hebben de neiging in Suriname om pas groot te worden, wanneer ook het bedrijfsleven zijn medewerking verleent. In de periode Bouterse 1 en 2, is het voor het eerst dat het bedrijfsleven zijn medewerking verleent. De VSB heeft altijd een excuus bedacht om op het nippertje niet mee te doen aan de protestacties. De laatste keer dat de VSB meedeed aan stakingen, was in 1999. Toen was het tijd voor de politiek om consequenties te trekken en moest Wijdenbosch vroegtijdig verkiezingen uitschrijven. De maatschappelijke groeperingen hebben lang geduld gehouden en de regering het voordeel van de twijfel gegeven. Ergens was er altijd hoop van goede tijden en een ander beleid, zodat het pijnlijke proces van massaprotesten niet hoefde plaats te vinden. Wanneer werknemers staken of wanneer werkgevers zelf besluiten om stakingen te stimuleren, dan staat het vast dat ondernemingen samen miljoenen schade zullen lijden. Dat is een situatie die werkgevers tot het uiterste willen vermijden. Wanneer het bedrijfsleven meedoet, dan is een zeer gevaarlijk punt voor de regering bereikt. De grondoorzaak van de massaprotesten nu is een buiten proporties geraakte arrogantie in de top van de regering. De president heeft zich omringd door kinderen, vrienden en familie die denken dat ze de eigenaren zijn van de passieve slavenbevolking van Suriname. Er is een clan rond de president die bevoegdheden ontleent aan relaties met de president, en die ervan uitgaan dat alles in Suriname mogelijk is. Deze groep gaat ervan uit dat ze boven de wet staan en dat ze alles gedaan kunnen krijgen in het land via manipulaties. Daarbij houden ze geen rekening met mensen die de bus pakken en een minimumloon verdienen. De groep kinderen, vrienden en familie rond de president gaat er kennelijk van uit dat de mensen die een minimumloon verdienen, slechte huisvesting hebben en gebukt gaan onder een slecht gezondheidszorg, dom zijn en/of pech hebben. Deze elite rond de president gaat ervan uit dat het rechtvaardig is dat een elite regeert over de rest en alle middelen van de staat (monetaire reserves, natuurlijke hulpbronnen, contracten) hun toebehoort. Daarbij let men niet op ellende die gepaard gaat met bijvoorbeeld werkloosheid. We zijn in principe terechtgekomen in een stuurloze situatie en gedeeltelijk een dictatuur. Ministers zijn voor baanbrekende maatregelen aangewezen op hun eigen inventiviteit en drive. Er heeft in deze tweede periode geen aansturing plaatsgevonden in het beleid. Suriname is een kleine samenleving en het wordt bekend dat familieleden en vrienden een hand hebben in bijna alles dat verkeerd gaat in Suriname. Er zijn personages die vanwege hun geestelijke bagage alleen positieve figuren aantrekken en anderen die alleen negatieve figuren aantrekken. Bij onze leiders schijnt het laatste het geval te zijn. Opmerkelijk bij de stakingen die vandaag onder een brede basis hun tweede dag ingaan, is dat de maatregel die de druppel deed overlopen, aangekondigd en verdedigd werd door de voormalige voorzitter van de VSB. Hij gaf bij de laatste brandstofverhogingen aan dat de prijzen niet met meer dan 1% zullen stijgen. Deze maatregelen vanuit HI&T doen denken aan de vreemde maatregelen die de voormalige Juspol-minister en jurist moest aankondigen en verdedigen. Als jurist maakte deze minister enorme professionele afbreuk mee. Aan het eind van de dag werd ze geloosd. Na misbruik kan deze minister ook worden geloosd. Opmerkelijk bij de toespraken is dat de huidige regering aangewezen wordt als de grote boosdoener van de huidige malaise. De NF-regering had enorm veel ruimte, expertise en de internationale connecties om de basis van de economie te versterken en te verbreden. Dat is nagelaten door de NF-regering, kennelijk omdat men het gevoel had dat na 10 jaar regeren, men plaats moest maken voor een regering met een andere signatuur. Het verwijt kan het NF worden gemaakt dat men ondanks ruime mogelijkheden, heeft nagelaten om de economie te versterken. Men heeft de corruptie ook niet aangepakt en het grote ambtenarenapparaat gelaten voor wat het is. Het landbouwbeleid en het ondernemerschap zijn onder het NF zwaar verwaarloosd, op instigatie van de NPS en met medewerking van de VHP. Het ging om persoonlijke belangen van enkele leden van de politieke elite binnen de VHP. De malaise waarin we nu zitten is de uitwerking van nalatig beleid van het NF en karakteristieke ‘krabita anu’-beleid van deze regering, een last en kunu die men altijd met zich meedraagt. Dat is voorspelbaar en heeft te maken met onverwerkte zaken uit de jaren ’80 van de vorige eeuw.

error: Kopiëren mag niet!