De Bond van Leraren (BvL) en de Alliantie voor Leerkrachten in Suriname moeten donderdag samen met de regering verschijnen voor de rechter in kort geding. De gelaste comparitie van partijen heeft geen positief resultaat mogen bieden. Het blijkt dat volgens de onderhandelaars aan de kant van de regering, het blijft stuiten bij onrealistische eisen en voorstellen van de BvL. Volgens een voorstel van de BvL zou de staat 73% van het loon dat uitbetaald wordt aan alle ambtenaren, aan leerkrachten moeten geven. Dit percentage herinnert volksvertegenwoordiger Raymond Sapoen aan de geruchten dat de BvL al geruime tijd bezig is met een dubbele agenda. Hij denkt dat er hier gepaste maatregelen tegen moeten worden getroffen.
Dit percentage afgewogen tegen de huidige sociaal economische situatie ziet Sapoen ook helemaal niet zitten. Er is een nog groter deel van ambtenaren in het overheidsapparaat dat geen leerkracht is. “Ondanks het gegeven dat leerkrachten een betere financiële positie verdienen, moeten wij afmeten. Er zijn ook andere belangen in de gemeenschap. Die moeten ook in de gaten worden gehouden. Iedereen heeft een toegevoegde waarde aan hetgeen de leerkrachten doen. Leerkrachten zijn niet een eiland op zich. “Je hebt ook andere werkers die bijvoorbeeld belast zijn met de gezondheidszorg van dezelfde kinderen waar de leerkrachten over gaan”, aldus Sapoen.
