Surinaamse vluchtelingenproblematiek

Er zijn twee zaken die opvallend zijn de laatste dagen in de dichtbevolkte gebieden van de twee grote districten Paramaribo en Wanica. Ten eerste is er een verhoogde aanwezigheid te merken van Haïtianen in het land. Daarna is er een opvallende afwezigheid van de politie op de wegen, kennelijk omdat er geen benzine is om de patrouilles op straat te houden. Niet dat de patrouilles altijd hielpen. Met de oorlog en de mensenrechtensituatie in Haïti, kregen wij in de jaren ’90 een extra toestroom van Haïtianen naar Suriname. Toen werd duidelijk dat Suriname geen ervaring en wetgeving had om in het nieuwe tijdperk vluchtelingen op te vangen. Suriname heeft in het begin van zijn geschiedenis vluchtelingen opgevangen eeuwen terug. We denken aan de Joodse vluchtelingen die zich in Suriname vestigden en aan landbouw deden en daarbij slaven gebruikten. De tweede groep vluchtelingen waren deze Haïtianen die zelfs in vluchtelingenkampen tijdelijk moesten worden ondergebracht. Toen deze Haïtianen naar Suriname kwamen, waren er al landgenoten hier. Zij waren werkzaam in de landbouw voor zichzelf en bij bacovenbedrijf Surland. Ze liepen de straten af om werk te zoeken op het land om bij te verdienen. Deze Haïtianen zijn gebleven en hebben hun moeite gedaan om in de Surinaamse samenleving te integreren. De tweede generatie integreerde feilloos en ging direct op in de Surinaamse samenleving. De Haïtianen hebben hun bijdrage geleverd in de landbouw, in de ‘traditional medicin’ en in de geestelijke wereld. Ze hebben via hun eigen kerken en gewoonten zoals hanengevechten de lokale cultuur beïnvloed en zijn als groep geaccepteerd. De Surinaamse samenleving heeft geen overlast gehad van Haïtianen. Ze hebben hun bijdrage geleverd en doen dat nog steeds. Er is nu een visumplicht ingevoerd voor Haïtiaanse staatsburgers onder druk van de Franse regering. Grote groepen Haïtianen kwamen onder het Caricom regiem naar Suriname en staken de grens over naar Frans Guyana vanwege de gemeenschappelijke Franse taal. De Franse regering wil geen grote groepen Haïtianen meer in Frans Guyana, dus moest Suriname ook maatregelen treffen. Frans Guyana is bezig geweest om Haïtianen te deporteren naar hun land. Nu zit een aantal Haïtianen tussen wal en schip in Suriname. De Haïtianen die in de overgangsperiode met een ticket in de hand geconfronteerd werden met de barrière van de visumplicht zouden een bedreiging hebben gevormd voor de Surinaamse ambassade in Haïti, waarvoor nu maatregelen zijn getroffen. De vraag rijst wat er met de groepen Haïtianen die nu werkloos gestrand zijn in Suriname, zal gebeuren. Zullen ze na het verstrijken van hun visum worden gedeporteerd naar Haïti? Zullen ze shiften naar Guyana, een land waarvan de burgers zelf bij de vleet vertrekken naar de USA, Canada, Engeland en de meer welvarende Caraïbisch eilanden? De Surinaamse regering is naarstig op zoek naar geld en daarbij zien ze ook een kans bij illegalen en vluchtelingen. Deze kunnen tegen betaling van dollars, hun illegale status gelegaliseerd krijgen. Als het gaat om echte asielzoekers, dus burgers die in hun land vanwege de politiek of anderszins worden vervolgd, dan behoren ze tot een groep die niet uit te zetten is volgens onze wetgeving en het internationaal recht. De groep Haïtianen die nu tussen wal en schip zit, doet denken aan de Syrische vluchtelingen die ook op weg naar hun land van bestemming verzand zitten in onvriendelijke landen die in deze vluchtelingen geen kansen zien en hen weg willen hebben. Tegelijkertijd weten ze niet hoe ze met deze vluchtelingen om moeten gaan. Die onzekerheid brengt gevoelens van hulpeloosheid en irritatie met zich mee en dat ontbrandt wel eens in onderlinge ruzies of protesten tegen de regering van de ontvangende staten. De Haitianen houden ons een spiegel. Ook in Suriname gaat het nu opeens heel slecht, jongeren die in de periode 2000 – 2012 zijn groot geworden, hadden hun dromen geprojecteerd in Suriname en ze hadden geloof in het land. De blikken van het jonge kader en de opkomende jongeren zijn weer gericht naar buiten. De manier waarop de toekomst van Suriname wordt geportretteerd, is in overeenstemming met de realiteit en dus somber. De Surinaamse regering weet niet wanneer de economie van Suriname bijvoorbeeld met 1 of 2% zal groeien. Dat betekent dat Surinamers straks net als de Haïtianen hun land zullen verlaten en naar andere oorden zal trekken. Surinamers waaronder het jonge kader vertrekt al naar de traditionele gebieden op zoek naar betere banen. Een land dat straks veel kansen zal bieden ook aan het bedrijfsleven is Guyana. De Surinaamse regering en met name Justitie en Politie moet nu al naar een oplossing zoeken hoe om te gaan met de Haïtianen die hier gevangen zitten. Ze moeten geen slachtoffer worden van gewetenloze mensenhandelaren die ook in Suriname zitten. Ze moeten niet terecht komen in dwangarbeid wat ook in Suriname voorkomt.

error: Kopiëren mag niet!