Kleine clubs SVB in problemen

Onlangs is in de DNA tijdens de behandeling van de suppletoire begrotingen, het beroep gedaan door een assembleelid om de vermakelijkheidsbelasting bij kaarten die verkocht worden door de sportbonden en de verenigingen in de Topsectie op te heffen. Het lid vreest dat wanneer de situatie in het land voortduurt, verenigingen niet gaan kunnen bolwerken en over de kop zullen gaan. Het bestuur van de SVB weet al geruime tijd dat hij vroeg of laat zal moeten voldoen aan de voorwaarden die Fifa stelt aan de competitie die op het hoogste niveau wordt afgewerkt, in deze dus de Hoofdklasse en de Eersteklasse, die samen de Topsectie vormen. De SVB had al maanden terug licentieformulieren gevraagd aan de clubs in de Topsectie om in te vullen en het was een deel van de clubs niet gelukt in eerste instantie om zelfs deze formulieren in te vullen. De beweging die vanuit de Fifa via de Caribbean Football Union op gang wordt gebracht, is dat de clubs op het hoogste niveau volgens bepaalde standaarden functioneren. Deze standaarden heeft de SVB tot het laatste moment uitgesteld, maar komt er nu niet onder uit. De SVB zit nu aan de uiterste deadline. Aan de clubs in de Topsectie is medegedeeld wat de situatie nu is. Er wordt aan de top een grote klasse gevormd, met alleen teams die een licentie halen. Niemand zal in principe dit jaar van de Topsectie degraderen. Uit het Lidbondentoernooi klimt een aantal teams naar boven. Om een licentie te halen, moet een club volgens hoge standaarden functioneren. Zo moeten de clubs in de Topsectie in de eerste plaats rechtspersoonlijkheid hebben, zodat men geloofwaardig ook donaties en ondersteuning van Fifa kan ontvangen. Clubs moeten over een eigen accommodatie beschikken, die ingericht is volgens minimale standaarden als het gaat om verlichting, dug-outs, kleedkamers, arbitersruimtes, persruimtes en gescheiden vakken voor supporters. Clubs moeten beschikken over twee A-trainers. De slechtst betaalde A-trainers verdienen minimaal SRD 1000 thans in Suriname. Verder moeten aan de spelers, spelerscontracten worden aangeboden en bewaakt. Ook moeten de clubs in de Topsectie beschikken over minimaal twee jeugdafdelingen die logischerwijs meedoen aan de jeugdcompetitie van de SVB (u-15, u-17). Deze jeugdafdelingen moeten ook door gekwalificeerde jeugdtrainers worden getraind. Clubs moeten ook beschikken over juridische en persfunctionarissen. Voor een heleboel bestuurders was het de afgelopen jaren heel moeilijk geweest om lang bestaande clubs in stand te houden. Er zijn buurten waar de voetbalsport door gebrekkige stimulatie van huis uit, aan het doodbloeden is. Toch zijn er bestuurders die vanuit een erfenis, een bepaalde traditie willen voortzetten. Deze clubs accommoderen dan jongeren die niet direct afkomstig zijn van de buurt. De jongeren die bij deze clubs ingeschreven zijn, hebben geen binding met de buurt waar ze trainen en met de club. Ze zijn blij dat ze in competitieverband kunnen voetballen, maar er is geen loyaliteit naar de clubs en naar de bestuurders toe. Onder deze omstandigheden slaat het materialisme in de hogere jeugdklassen en in de seniorenklasse toe. Het was voor bestuurders financieel moeilijk om onder deze omstandigheden clubs te runnen. Met de verdubbeling van de koers is sportmateriaal onbetaalbaar geworden. In de Topsectie moeten clubs daarbovenop nog hun eigen thuiswedstrijden draaien. Een hoge kostenpost zijn de arbitragekosten die de clubs aan de arbiters moeten betalen bij thuiswedstrijden, hetgeen dichtbij de SRD 600 was voor de clubs even buiten Paramaribo en hoger in de verder afgelegen districten. Een aantal clubs moet voor thuiswedstrijden nog een accommodatie afhuren. Bij uitwedstrijden komen transportkosten bij kijken. Met een 10 tot 20 kaarten per wedstrijd zijn bestuurders van met name minder presterende teams constant in hun zak gegaan om alleen de arbiters en voor het veld te betalen. Clubs hebben moeite gehad om zelfs een brandstofvergoeding aan spelers te geven en soms zelfs drinken na de wedstrijden. En inderdaad, een deel van de inkomsten gaat al naar de fiscus. Deze neemt zijn geld voor het afstempelen van de toegangskaarten, voor deze kaarten dus nog zijn verkocht. Lonen van bestuurders zijn met de huidige economische situatie gehalveerd en de onkosten zijn verdubbeld. Het is niet onmogelijk dat een aantal clubs dat niet over sponsoren en middelen beschikt, bij de huidige competitie over de kop gaat. Met de afschaffing van de vermakelijkheidsbelasting voor sportclubs zijn de verenigingen niet geholpen. De SVB moet met een plan komen om clubs die over de kop zullen gaan te helpen. Desnoods moet men als oplossing kunnen aanbieden dat deze clubs terug gaan naar de lidbond waar ze vandaan komen en dan meedoen in de hoogste sectie aldaar van waar ze promoveerden. De noodkreet van het DNA-lid wordt bij deze herhaald.

error: Kopiëren mag niet!