Gedoogbeleid illegale valutahandel de kop indrukken

Geheel in lijn met de verwachtingen die voorzichtig hier waren neergepend, is de valutaveiling enigszins hard aangekomen bij het malafide deel van de actoren die zich bewegen op de valutamarkt. In de media zijn genoemd de cambiohouders en de witwassers. Er is via de media verklaard dat de governor van de CBvS bedreigd is geworden en ook een bankdirecteur. Dat betekent dat het illegale deel van de valutamarkt, door ons aangeduid als de vervuiling op de markt, is getroffen door de valutaveilingen. Een bedreiging van deze aard op dit moment geeft aan dat de valutaveilingen goede maatregelen zijn, niet de perfecte, en dat het ergens toch wel haar doel heeft bereikt. Waaraan het nog wel schort is dat er nog teveel sympathie is voor de vervuilers van de economie. De monetaire autoriteiten hebben een standpunt ingenomen die de gemeenschap moet opvolgen. Autoriteiten in de civil society en ook bij de oppositionele politieke partijen moeten het deel van de gemeenschap dat crimineel bezig is met het kapitaal dat men bezit, oproepen om na te denken over hun acties. De illegale krachten moeten niet aangemoedigd worden om te doen wat zogenaamd ‘vanzelfsprekend’ is, maar ze moeten ontmoedigd worden. Toen de minister van Financien/CBvS-governor samen met de cambio-houders een persconferentie belegde en deed blijken dat de cambiohouders zouden werken aan een verlaging van de koers, was er veel kritiek op de monetaire autoriteit. Die zou zijn wettelijke bevoegdheden willen delen met de cambio’s. Hij zou de cambio’s toestaan om mee te zitten op de stoel van de governor. Er was kritiek, ook van de oppositie. Nu is er een poging die werkt om de zaak weer in balans te brengen. De oppositie heeft dat niet ingezien. Wel blijkt uit de reacties dat men begrip heeft voor de onethische praktijken van de cambio’s, de illegale wisselaars en de burgers die ongewenst druk uitoefenen op de koers, althans men keurt het niet uitdrukkelijk af. Het in disbalans brengen van de koers middels de cambio’s en het ondergronds gaan om de dollarkoers op te drijven moeten in principe strafbaar worden gesteld. De cambio’s beweren vaak dat ze ‘gedwongen’ zijn om de dollar voor een hogere koers op te kopen, omdat men elders het toch voor een hogere koers zal verkopen, bijvoorbeeld bij een supermarket. Er is beweerd dat de klanten ook zeggen waar ze hun valuta voor een hogere koers kunnen verkopen. Moeten de cambio’s deze adressen niet doorgeven aan de politie? Moet de politie c.q. de CBvS niet optreden tegen de supermarkten die valuta (tegen hogere koersen) opkopen? Is het bestaan van illegale opkoopplaatsen, voor de cambio’s een rechtvaardigingsgrond om ook zelf in de illegaliteit te gaan? Is er niet een verbod voor de cambio’s om zaken te doen tegen hogere koersen dan doorgegeven door de CBvS, dus wat betreft opkopen en verkopen? Suriname is klein en alles gebeurt in het stedelijk gebied. Iedereen weet waar de illegale opkoopplaatsen zijn voor dollars. Aan de ene kant moeten deze plaatsen radicaal de kop in worden gedrukt, het is dan gen daad van vijandschap, maar om de samenleving te behoeden van vernietiging. Aan de andere kant moet het alleen toegestaan zijn om valuta in te wisselen bij erkende cambio’s en bij de banken. Andere transacties door toeristen en Surinamers moeten als illegaal bestempeld worden. Dus aan de ene kant duidelijke verkoop- en opkoopkoersen voor bepaalde plaatsen en aan de andere kant een verbod op hogere koersen en illegale opkoop- en verkoopplaatsen. Er zijn genoeg dollars in Suriname ter beschikking, alleen is het systeem niet sterk om afvalligen aan te pakken. Dat het om een maffia gaat die niks te maken heeft met wet en recht en de samenleving, blijkt uit de bedreiging die men heeft geuit richting de CBvS-president. Dat betekent dat het gaat om criminelen. De situatie heeft ertoe geleid dat de governor nu persoonlijke beveiliging althans een verhoging daarvan heeft moeten accepteren. Dat maakt dat de valutasituatie in Suriname niet alleen een zaak is van de minister van Financien en de CBvS, maar ook van Juspol en de Inlichtendiensten. De overtreders en valutacriminelen moeten in kaart worden gebracht en aangemaand en vervolgens aangepakt. Er is begrip vanuit delen van de samenleving voor prijsopdrijving door cambio’s, maar er is geen begrip voor mensen die vanwege bepaalde omstandigheden moeten rekenen op een sociaal zekerheidsstelsel. Er zijn lieden die regelmatig in de media komen en bijna bidden dat Suriname kapot moet gaan, dat de situatie uit de hand moet lopen. Als apolitieke ouderen al concluderen dat bepaalde mensen uit eigen belang aanmoedigen dat de koers uit de pan moet vliegen, dan spreekt dat boekdelen. Er is een groep van valutamaffia in Suriname en deze moet tot bedaren worden gebracht. Daarvoor zijn er twee methoden, die alle twee kunnen werken: je kan ze tot vriend of tot vijand maken. De eerste heeft gewerkt, maar er is nu een ‘veranderd beleidsinzicht’ op dat stuk. De maffia bepaalt niet, maar het besef moet er wel zijn dat de maffia wel geïnfiltreerd kan zijn in onze instituten die moeten optreden. In elk geval is het in het kleine en minder complexe Suriname mogelijk om de valutasituatie in toom te houden. Er moet sprake zijn van een coherente politieke wil.

error: Kopiëren mag niet!