Import levensmiddelen en input waarborgen

De lang geanticipeerde valutaveiling is eindelijk op 22 maart 2016 gehouden. Op de website van de CBvS staat vermeld dat er een ‘foreign exchange auction’ heeft plaatsgevonden op 22 maart 2016. Daar lezen we dat de opkoopkoers voor de dollar nu 5,068 is en de verkoopkoers 5,158. Voor de euro zijn de vastgestelde koersen voor deze week 5,665 om 5,793. Negen algemene banken konden een bod doen op US$ 10 miljoen voor hun cliënten welke geveild is door de CBvS. Dat is USD 20 per kop van de bevolking voor een week. De koers is bepaald door vraag en aanbod. Afgerond komt de koers op rond de SRD 5,16 voor de US dollar. Inmiddels is het duidelijk aan het worden in de winkels dat de prijzen in veel winkels extreme sprongen aan het maken zijn. De prijzen van veel goederen, zowel die in Suriname geproduceerd als daarbuiten, hebben een sprong gemaakt van ca 50%. De eerdere koerssprong na de devaluatie vorig jaar was van 3,35 naar 4,10. Nu is het rond de 5,20. De devaluatie was eerst rond de 22%. Met de nieuwe koers is er in principe weer een devaluatie gepleegd. Ten opzichte van 4,10 is dat ca 27 % en ten opzichte van de oude 3,35 is dat 55%. Heeft de plotselinge sprong van de prijzen met 50% met deze ‘nieuwe’ koers te maken die min of meer al gold op de informele markt? Er heerst veel onduidelijkheid en willekeur in de Surinaamse winkels. Er zijn goederen waarvan men beweert dat nog de oude koers van 3,35 hanteert. Belangrijk is om te beseffen dat de importeurs door hun duurdere importen, uiteindelijk de prijs in de winkel bepalen. De winkelier moet met de winstmarges werken. In de winstmarges die men hanteert, zijn er in hetzelfde district al behoorlijke verschillen. De verkoop van goederen en levensmiddelen via winkels is niet volledig geliberaliseerd in die zin dat er gewerkt moet worden met vastgestelde winstmarges. Dat betekent dat prijzen in de winkels kunnen verschillen in die mate dat de winkeliers spelen met de winstmarge. Maar geheel vrij is de zaak niet. Het aflopen van winkels is een dure zaak. Burgers moeten kunnen gaan naar een winkel en gericht hun inkopen kunnen doen. Wat de uiteindelijke impact van de valutaveiling zal zijn, zal in de loop van de komende dagen blijken. Winkeliers hebben van een heleboel goederen de prijzen verhoogd en enkelen zullen weer de prijzen aanpassen, terwijl de koers die ze hanteerden eerder niet veel verschilt van de koers die nu na de veiling is vastgesteld. Door de Financiënminister is onlangs in DNA beweerd dat de nieuwe veilingkoers breed zal moeten worden gehanteerd. Die koers zal overal gelden, omdat de CBvS dat heeft vastgesteld. Een andere reden waarom die koers moet werken is niet door de ministers en vroegere governor aangeboden. Deze beredenering van de governor is niet realistisch, tenzij men goed onderbouwt door de link met de koopkracht te leggen dus het vermogen om o.a. levensmiddelen te kopen. Op de valutamarkt is er een stuk vrij spel van de cambio’s en anderen die wel degelijk over dollars beschikken om aan de heersende vraag te voldoen van businessmensen en speculanten. De commerciële banken die voor hun cliënten op de veiling de valuta hebben gekocht, en kennelijk ook voor zichzelf, zullen deze doorsturen naar die vragers van dollars. Deze kunnen dan met deze zogenaamde goedkope dollars hun importen doen. De vrees is dat deze ondernemers de zaak zullen verpesten door met een deel te speculeren op de valutamarkt, maar dat moet nog blijken. Beweerd wordt dat de vraag naar de dollar veel groter is dan het aanbod van de formele en bonafide kanalen (CBvS en de commerciële banken). De vraag rijst wat er zal gebeuren met de businessmensen en de speculanten die bij de banken hun valuta niet zullen kunnen kopen. Die zullen weer terecht zijn bij de informele en illegale praktijken die er zijn op straat en bij de cambio’s. De zullen weer een spel spelen en een koers hoger dan de 5,10 hanteren. De dollars zullen aanwezig zijn in deze kringen, maar men zal zich niet houden aan de CBvS-koers, zolang er geen strafmaatregelen en opsluitingen plaatsvinden. Het wordt interessant wanneer de ondernemers die de levensmiddelen importeren wel volledig of genoeg in aanmerking kunnen komen via de valutaveiling. Dan zal dat een rust betekenen in de winkels en de kunst is dan om op de veiling geen gekke situaties te creëren. De vraag is wel of regulier de veilingen kunnen worden gehouden. De regering dient wel met de importeurs te praten om zodanig in te kopen dat er balans is en geen overdadige verspilling. Wanneer de goederensector en de inputsector voor een belangrijk deel kunnen worden gecoverd, dan rijst de vraag wat er zal gebeuren met de andere personen die ook aan de dollars willen komen, maar geen levensmiddelen of input bestemd voor de interne consumptie importeren. Die zullen dan blijven klagen over een schaarste aan valuta, maar op de koopkracht van de loontrekker, dat is een groot deel van de Surinaamse bevolking, zal het geen impact hebben omdat die kracht voornamelijk blijkt in de winkels waar de inkopen worden gedaan. Het is zaak dat de CBvS het hele spectrum waar de vraag op de dollar wordt uitgeoefend, goed in kaart brengt. De nadruk moet liggen op behoud van de koopkracht van de loontrekkers en daarvoor is de importeur van de levensmiddelen belangrijk. De regering moet de keten van import naar de winkel ook goed kunnen beïnvloeden via de verenigingen waar de winkels zijn gebundeld. Ook de input voor productiebedrijven die voor exportdollars en werkgelegenheid zorgen is belangrijk. Er moet voorts een verbod komen op het afdwingen van transacties in dollars. Men mag dan prijzen in dollars vaststellen, maar de voldoening is na omrekening met CBvS-koers. Als de twee vraagsegmenten van de dollar gecoverd kunnen worden, dan is het mogelijk om de oneigenlijke vraag te isoleren, zonder dat het de samenleving schaadt.

error: Kopiëren mag niet!