Het deviezenprobleem

Wij worden wederom geconfronteerd met een deviezen probleem. Voor velen is dit een nieuw fenomeen. Immers zij hebben een situatie gekend waarbij deviezen schijnbaar geen problemen waren als we kijken naar het gemak waarmee in het recente verleden miljarden aan Amerikaanse dollars over de balk zijn gesmeten. Nu zoeken wij 100 miljoen USD. Maar het deviezenprobleem is een probleem welke even oud is als Suriname. Toen de plantage-economie floreerde was er geen gebrek aan deviezen. Als voorbeeld moge dienen dat tussen 1751 en 1773 meer dan 60 miljoen Nederlandse guldens in Suriname geïnvesteerd werd.
Het deviezenprobleem is een probleem welke haar oorsprong vindt in de structuur van de economie en in de politiek. Met name het feit dat onze deviezen verdiencapaciteit volledig geconcentreerd is in de niet duurzame sector, de roofbouwsector, de mijnbouwsector. Dit is het resultaat van het moedwillig saboteren van elke poging tot diversificatie van de economie sinds 1975. Doordat de functies van president/governor van de Centrale bank, minister van Financiën en President haast altijd in handen waren van partijen welke verslaafd waren aan de mijnbouwcultuur werd er nooit geld beschikbaar gesteld voor projecten in de duurzame sector waaronder de groene sector. Er was wel geld voor ISO certificatie (20 miljoen Euro) en voor decentralisatie projecten werd er zelfs geld geleend (samen voor meer dan 50 miljoen USD), allemaal projecten met een te verwaarlozen bijdrage aan de betalingsbalans en aan het nationaal inkomen. Als al het geld, meer dan 12 miljard US dollar, waarover de overheid sinds 1975 ter beschikking had voor kapitaal investeringen, goed besteed was geworden dan hadden wij heden ten dage geen deviezenprobleem. Voor politici met een laag ontwikkelingsbewustzijn is ‘de juiste prioriteiten stellen’ een groot probleem, en helaas haast alle politici beschikken over een laag ontwikkelingsbewustzijn. Ik heb altijd gepleit voor een op export gerichte ontwikkelingsbeleid. Daarom had ik het IFONS ook zo gestructureerd dat het primair bedoeld was voor deviezen verdienende bedrijven. Zonder deviezen kun je geen medicijnen kopen, ook geen brandstof (Staatsolie gaat trouwens nooit in staat zijn om onze behoefte aan benzine en diesel te kunnen dekken) en ook geen voedsel (wij importeren meer dan 80% van ons voedsel).
Een laag ontwikkelingsbewustzijn in combinatie met etnische afgunst heeft gemaakt dat we nu het resultaat oogsten van een falend ontwikkelingsbeleid, een ontwikkelingsbeleid welke in werkelijkheid een vreet na pot beleid is geweest. De corruptie is enorm toegenomen. Maar ook de uitbuiting van Suriname is gigantisch geweest sinds 1975. Wat mensen niet weten is dat Nederland sinds het einde van de plantage-economie omstreeks 1880 meer geld in Suriname gestopt heeft dan er uit Suriname weg is gegaan naar Nederland. De illustratie van de recente uitbuiting van Suriname onder leiding van onze eigen nationalisten de volgende cijfers. Tussen 1999 en 2014 is er aan minerale rijkdommen ter waarde van 22 miljard Amerikaanse dollars geëxporteerd. U leest het goed 22 miljard Amerikaanse dollars. Wat wij ontvangen hebben als natie in diezelfde periode is 3 miljard Amerikaanse dollars uit de export van mineralen rijkdommen.
Het Nieuw Front heeft in de periode 2000 2010 aan inkomsten uit de mijnbouw, andere exporten, leningen en ontwikkelingshulp in totaal 3 miljard Amerikaanse dollars ontvangen. In de periode 2010 2014 heeft de NDP regering aan inkomsten uit de mijnbouw, andere exporten, leningen, centrale bank reserve, ontvangen eveneens 3 miljard Amerikaanse dollars in vier jaren. Dit zijn gigantische bedragen die verdampt zijn terwijl bij een goed beleid wij nu een paradijs zouden moeten zijn. Iedereen zou een huis en een goedbetaalde baan moeten hebben. Echter incompetentie en corruptie heerst alom bij de overheid.
Daarom zitten we weer met een deviezenprobleem en zijn alle andere problemen nooit opgelost. Opgemerkt moet worden dat de andere politieke partijen er nooit werk van gemaakt hebben om een andere houding af te dwingen en nooit concrete voorstellen hebben gedaan voor investeringen in de duurzame sector ten behoeve van de nationale ondernemers. Trouwens de rode loper werd altijd uitgerold voor buitenlandse investeerders terwijl het eigen ondernemerschap het spijkerbed kreeg aangeboden. Stimulering van het eigen ondernemerschap was als het ware een non-issue en dat om etnische redenen. Bovendien luisterde men maar al te graag naar buitenlandse consultants met hun mantra van het neoliberale denken. Deze kwamen ons de zegeningen van de markt en van liberalisatie bijbrengen, allemaal zaken die de landen die over marktmacht beschikken en die voordeel hebben aan een ongehinderde toegang tot jouw markt, ten voordeel komen. Onze politici hebben zich nooit afgevraagd hoe het komt dat de Aziatische landen zo succesvol zijn geweest. Men vertikt het ook om te kijken naar de voorbeelden van bijvoorbeeld Barbados in de regio of die van Botswana en van Mauritius om van Singapore maar te zwijgen. Men bestuurt het land met oogkleppen op. De neoliberale economie heeft ervoor gezorgd dat de sociale problemen met name het verdwijnen van de middenklasse in West-Europa en in Amerika zijn toegenomen. Geen recept dus om zomaar in te nemen.
Als ik het voor het zeggen had gehad dan had ik er voor gezorgd dat minimaal 30% van de inhoud van een supermarkt afkomstig was van eigen lokale productie. U heeft geen idee hoeveel producten we zelf lokaal zouden kunnen produceren met een goed beleid. Voor wat betreft dagverse producten zoals zuivel, vis, vlees, rijst, fruit en groenten daar kunnen we met een goed beleid zelfvoorzienend in zijn. Papierproducten als wc-papier, schrijfpapier, towels, etc is geen probleem het is eigenlijk hier verpakken. Detergenten en zepen daar hebben we ervaring mee en uitbreiding van al deze sectoren is mogelijk. De ruimte voor introductie van nieuwe agrarische producten is zeer groot denk maar aan bio materialen en aan bio brandstoffen. Evenzo geldt voor de manufacturing sector. Met een goed industrie- en landbouwbeleid kunnen we in samenhang met een energiebeleid, loon en prijsbeleid, en een concurrentie beleid, de exportmarkt opgaan en deviezen gaan verdienen. Het is allemaal een kwestie van management, organisatie en planning, zaken waarin achtereenvolgende regeringen zwak zijn geweest. In de door mij geschreven beleidsnota’s inzake het landbouwbeleid en het industriebeleid wordt de nadruk gelegd op de noodzaak van innovatie en vooral van institutionele structurering, hervormingen en institutionele herstructurering. We hebben ervaren dat geld alleen geen ontwikkeling brengt. Het is een kwestie van het implementeren van een goed beleid.
Voor diegenen die denken met de mijnbouw als basis een easy living te hebben verwijs ik naar wat de rijke landen in het Midden-Oosten nu meemaken, zij moeten zwaar saneren en herstructureren anders redden zij het niet. De verleiding van snel geld verdienen is groot, maar we zien dat daardoor de cultuur van het goed besteden van het verdiende geld niet ontwikkeld wordt. Landen en volken zonder natuurlijke rijkdommen hebben daarentegen een langere en succesvoller weg gevolgd naar ontwikkeling omdat zij geleerd hebben om te sparen, te investeren in onderwijs gezondheid landbouw en industrie-ontwikkeling en hebben daardoor een cultuur en mentale instelling verkregen die gemaakt heeft dat hun ontwikkeling een permanente en stabiele basis heeft bereikt. Er is geen substituut voor hard werken. De mentale ontwikkeling is belangrijker dan de materiële ontwikkeling. En mentale ontwikkeling krijgen we niet met toevallige overwinsten die we bovendien niet goed weten te besteden. De weg omhoog uit de huidige crisis zal lang en pijnlijk zijn zonder hoop op een succesvol resultaat. Omdat de weg omhoog alleen kort en succesvol kan zijn met de inzet van deskundigheid van ervaring en van visie en niet met de inzet van dure nep consultants. De wijze waarop de regering hoopt de crisis aan te pakken laat zien dat zij niets geleerd heeft van het verleden.
Richard B. Kalloe

error: Kopiëren mag niet!