Eetbare wilde en verwilderde planten genoeg

eetbare wilde en verwilderde planten (2)
eetbare wilde en verwilderde planten (3)
eetbare wilde en verwilderde planten (4)
eetbare wilde en verwilderde planten (1)Regelmatig klaagt men in de gemeenschap over de prijs van groenten op de markt. Echter, op de markt wordt eigenlijk maar een beperkt aantal van onze schat aan groente en fruit verkocht, omdat veel boeren hetzelfde verbouwen. Wie niet langer de hoge prijzen wil betalen of wat meer variatie wil, kan even rondkijken op het eigen erf of misschien wel een ander deel van een bekende plant gebruiken.
Gron posren en dagublad
Tijdens de opening van het vierde Heritage Festival was het ministerie van LVV aanwezig met een eigen kraam. Eline Troenokarijo is werkzaam op het ministerie en was aldaar aanwezig om geïnteresseerden te vertellen en ook te laten proeven. “We willen laten zien dat er meer mogelijk is. Zo hebben we hier ook gevlochten manden die niet zijn gemaakt van bamboe, maar van een sierpalm. Maar het draait natuurlijk vooral om dat wat gegeten kan worden. Dat doen we om landbouwers te inspireren, maar ook de mensen thuis.” Er is een aantal voorbeelden van verwilderde groenten die gebruikt kunnen worden in gerechten zoals pitjel of gewoon in een salade. De eetbare verwilderde groenten zijn bijvoorbeeld ‘gron posren’, wilde postelein, wilde sopropo en dagublad (“dit groeit overal en erg snel!”), maar ook eetbaar zijn bijvoorbeeld de bladen van de verschillende tayersoorten.
Sambeng en brandnetel
“Van verschillende bekende planten zijn ook de toppen, dus de jonge blaadjes, eetbaar en erg lekker. Denk bijvoorbeeld aan pompoenblad of jonge peperblaadjes. Wat we ook kunnen gebruiken is iets wat de Javanen ‘sambeng’ noemen. Erg lekker in pitjel of goedangan!” De witte bloemen van een plant die in het wild groeit en familie is van de anthurium wordt ‘sambeng’ genoemd. Het lijkt op tayerblad. De diversiteit is groot want ook de brandnetel, waar men tevens thee van kan zetten, schijnt lekker te zijn als groente. “Men moet wel goed opletten. De brandnetel met de paarse steel jeukt. Als het een groene steel heeft, kan men het dus eten, ook weer de jonge blaadjes, maar eerst moet wel het vliesje van het blad worden afgehaald. Het vliesje heeft de fijne haartjes erop. Dat is wel een werk, hoor!”
Kongsaka w’wirie
Als laatste laat Troenokarijo ons de kongsaka w’wirie zien en proeven. “Dit groeit op vochtige plekken op het erf of tussen tegels. Men gebruikt het als osodresi bij oogaandoeningen, maar het is ook geschikt om te gebruiken bij het maken van salades of pitjel.” Kongsaka w’wirie heeft een citrusachtige smaak waardoor het een frisse toon aan een gerecht kan geven. Voor sommigen lijkt het een beetje onnatuurlijk om ‘onkruid’ te eten maar toen de Nederlanders in contact kwamen met de aardappel wilde men het eerst ook niet eten en wie is nu niet groot geworden met aardappelpuree, patat met mayonaise of aardappel anders?
Krishan Vinodsingh

error: Kopiëren mag niet!