Girjasing roept minister ter verantwoording kwestie medische blunder SZN

Girjasing roept Vder SZNVHP-parlementariër Sheilendra Girjasing heeft de minister van Volksgezondheid Michael Blokland ter verantwoording geroepen over de medische blunder begaan in het Streekziekenhuis Nickerie. Tijdens een operatie zou een gaascompres van 30 cm zijn achtergebleven in de buikholte van een patiënt. In een brief stelt hij de minister vragen over deze kwestie, omdat het volgens Girjasing belangrijk is dat aandacht wordt besteed aan het vertrouwen van patiënten in het ziekenhuis. ‘Is het juist dat een jonge vrouw gedurende de periode 17 januari 2013 – 24 juni 2013 acht (8) keren in haar buik is geopereerd in het LMSZN? Is het juist dat de patiënt  direct na de eerste operatie door twee (2) specialisten op 17 januari 2013 reeds  had aangegeven hevige pijnen te hebben in de buik, een toenemend gezwel boven de navel voelde en na 9 dagen werd ontslagen met de mededeling dat zij gestrest was en in familieomgeving moest vertoeven? Is het juist dat ondanks de operatie de pijn heviger werd, het gezwel steeds groter en het een samentrekkend gevoel gaf? Is het juist dat de patiënt op 8 februari 2013 opnieuw is geopereerd, omdat het vermoeden bestond dat een abces was ontstaan in de buikwand die operatief werd gedraind en een verblijf drain werd achtergelaten om constant pus af te voeren?’
De VHP’er vraagt ook of het klopt dat de patiënt op 21 februari 2013 met spoed is geopereerd omdat het gezwel heel hard aanvoelde. Hij vraagt in de brief verder of het klopt dat de patiënt wederom op 25 februari 2013 voor de 4de keer in haar buik is geopereerd om het abces te ledigen, om een normale genezing mogelijk te maken, het gezwel niet verdreven werd, terwijl de pijn bleef aanhouden en de patiënt op 8 maart 2013, na 16 dagen, werd ontslagen. Hierna zou er op 12 maart 2013 in Paramaribo een MRI-scan gemaakt zijn van de onder- en bovenbuik van de patiënt en het resultaat van dit onderzoek zou onduidelijk zijn geweest. ‘Is het juist dat de familie van de patiënt op 19 maart 2013 deze kwestie schriftelijk onder de aandacht van de Geneeskundige Commissie van het ministerie van Volksgezondheid heeft gebracht, met het verzoek ter zake een diepgaand onderzoek in te stellen?  Wat is het resultaat hiervan? Is het juist dat de patiënt op 27 april 2013 door een uit Nederland afkomstige chirurg, die waarnam,  werd geopereerd waarbij wederom pus werd weg gehaald en ondanks verzoek van de patiënt, weer niet gekeken werd naar mogelijke gaascompres? Is het juist dat op 4 juni 2013 een groot gezwel rondom de navel zichtbaar was, er wederom pus werd verwijderd en drains werden geplaatst’, vraagt het DNA-lid aan de minister.
Gedurende de periode 4 – 20 juni 2013 zou de pijn ondraaglijk zijn geworden en zou de patiënt dagelijks via de beide drains, 60 om 60 ml. peroxide toegediend krijgen om het abces schoon te wassen. Girjasing wil ook weten hoeveel artsen de patiënt gedurende de periode 17 januari – 24 juni 2013 in het LMSZN hebben behandeld. ‘Is het juist dat de familie van de patiënt de directie van het LMSZN regelmatig heeft geïnformeerd over de slecht uitgevoerde medische ingrepen door volgens hen onbekwame artsen? Zo ja, zijn er maatregelen getroffen? Zijn de artsen die de patiënt hebben behandeld, daartoe bevoegd en zijn ze ingeschreven in het specialistenregister in Suriname? Is er antecedentenonderzoek in het buitenland ingesteld? Is het juist dat op uitdrukkelijk verzoek van de patiënt en haar echtgenoot, de patiënt op 21 juni 2013 met spoed voor de 7de keer is geopereerd ’, vraagt Girjasing in de brief aan de minister.
Aan de minister vraagt Girjasing of hij op de hoogte is dat tijdens de operatie een gaascompres van 30 cm in de buikholte van de patiënt is gevonden. De gebruikte gaascompres was bovendien ook niet voorzien van röntgenstrips waardoor het niet herkend is op röntgenfoto’s. Enkele dagen daarna en wel op 24 juni 2013 werd de patiënt voor de 8ste keer geopereerd, omdat voedseldelen te zien waren in de drain. ‘Is het juist dat uiteindelijk op uitdrukkelijk verzoek van de familie van de patiënt, zij op 26 juni 2013 met spoed is overgebracht naar het AZP en dat de behandelende arts daarbij aan de familie van de patiënt zou hebben medegedeeld dat hij deze patiënt na terugkeer uit Paramaribo niet meer zal behandelen?’
Uit de antwoorden van de directeur van het LMSZN op een persconferentie blijkt dat hij deze kwestie heeft afgedaan door aan te geven dat het een incident betrof en dat waar er gewerkt wordt, er fouten worden gemaakt. ‘Bent u het eens dat er sprake is van grove nalatigheid, ondeskundige aanpak en mishandeling c.q. marteling van de patiënt en welke maatregelen zijn getroffen om herhaling in LMSZN en andere ziekenhuizen te voorkomen?’, vraagt Girjasing. Hij meent dat door deze medische blunder het vertrouwen in het LMSZN ernstig geschaad is en er grote onrust en onzekerheid heerst in de gemeenschap. Hij vraagt zich af wat hiertegen is gedaan. Ook vraagt de parlementariër zich af of er ter zake een diepgaand onderzoek is ingesteld en wat het resultaat hiervan is en of er in afwachting van dit resultaat maatregelen getroffen zijn tegen de verantwoordelijken. Girjasing zal deze kwestie in DNA aanhalen.
Seshma Bissesar

error: Kopiëren mag niet!