Juspol-minister overtreedt fundamentele taak

De minister van Justitie en Politie treedt zijn meest principale taken met de voeten als gekeken wordt naar zijn handelswijze in de zaak van de pa-bondsvoorzitter. De minister is conform het Besluit Taakomschrijving Departementen verantwoordelijk voor de zorg van de handhaving van de fundamentele mensenrechten en vrijheden. Daartoe behoort ongetwijfeld de vrijheid van vakvereniging, waarover de minister naar verluidt zou hebben gezegd dat hij niet daarmee bemoeit. De buitenfunctiestelling en nog eens een smaad en lasterzaak betekenen dus dat de minister, die moet zorgen voor de handhaving van fundamentele mensenrechten en vrijheden, deze juist aan het schenden is geweest. Het is in een democratische samenleving ondenkbaar dat uitgerekend een minister van Justitie en Politie daden stelt die duidelijk een inbreuk zijn op de beleving van essentiële burgerrechten in Suriname. Het ambt van minister van Justitie en Politie moet heel zorgvuldig worden ingevuld. Het moet gaan om een overtuigde jurist, het moet gaan om iemand die beseft wat voor een rechtsstaat wij zijn. De actie van de vorige minister tegenover dezelfde vakbondsman was ook helemaal af te keuren en ook in strijd met de Grondwet. De zaak van de buitenfunctiestelling – die nota bene volgens onze wetgeving nietig is (zie hieronder) – is één. Maar daarmee is de bewindsman niet voldaan. Hij heeft ervoor gekozen om verder te gaan en de vakbondsman nu met een rechtszaak zodanig te bejegenen, hetgeen internationaal aangeduid wordt als ‘harassment’, vrij vertaald ‘molest van een vakbondsman’. Soortgelijke zaken worden vrij regelmatig gerapporteerd aan de VN. Ons land heeft dan mooi een zaak aan zijn broek. Men moet niet vergeten dat rechtszaken van regeringsleden tegen de vrije pers, vakbondsfunctionarissen, milieuorganisaties en ander activisten uit de civil society, volgens de internationale standaarden heel vaak aangeduid wordt als ‘harassment’, een manier om deze activisten het werk onmogelijk te maken. Een dergelijke houding zou men in Suriname misschien eerder van bepaalde werkgevers in de private sector verwachten, niet van een minister van Justitie en Politie. De minister zou, als uitgegaan wordt van wat in de krant staat, gezegd hebben dat hij zich niet bemoeit met vakbondstaken. Daarmee geeft de minister aan dat hij er uiteindelijk nu niet veel meer van snapt. Deze vermeende houding is ook het negeren van een deel van de Grondwet en een minister niet waardig. De burgerrechten staan in Suriname onder druk. Beweerd wordt dat er tegelijk teveel elementen aan zet zijn die een antipathie hebben tegen de democratische waarden. De internationale rangschikkingen op dit stuk liegen er niet om. Waar Venetiaan zijn eigen manier had om om te gaan met harde kritiek, elke dag geuit vanuit op bepaalde stations, zien wij dat men hier repressief de zaak wil onderdrukken. Een mediaman van de regering zei onlangs dat hij enorm veel had gehad aan een interview met een zogenaamde mediadeskundige, die aangaf dat journalisten in dienst behoren te zijn van de regering. Het programma is gemaakt en uren later uitgezonden. De mediaman heeft zich over de inhoud van het programma met vergaande uitspraken nagedacht en het nodig gevonden het programma toch uit te zenden, overigens een programma van de overheid. Nu is het zo dat er vrijheid van meningsuiting is, dus men zou in principe ook kunnen verklaren op de tv dat men tegen de Grondwet is. Hiermee bevindt zich men wel op glad ijs, want daarmee kan men ook zeggen dat men tegen de democratie is en of tegen de rechtstaat of tegen de burgerrechten. Maar dat een regeringsprogramma daar achter staat, is behoorlijk gevaarlijk. Er zijn toch genoeg wijze mannen aanwezig op het kabinet die weten dat in de Suriname van nu men niet alles kan wat men wil en wat men o zo graag zou willen. Maar dat binnen een week tijd de minister van Justitie en Politie een enorme uitglijder maakt door een vertegenwoordiger van werknemers op zijn ministerie buiten functie te stellen, is onvoorstelbaar. De minister is dus helemaal buiten de orde met zijn maatregel tegen de vakbondsman. Deze bondsvoorzitter heeft alleen gezegd wat de minister zelf heeft beaamd later. Om de man af te zetten, is een of meerdere dagen vrijaf gegeven aan een aantal pa’s. Er is vervoer ter beschikking gesteld naar Nickerie, waar de vergadering is gehouden. Beweerd wordt dus dat de minister het afzetten van de bondsvoorzitter mogelijk heeft gemaakt en wellicht het zelf in elkaar heeft gezet. We denken des te meer aan het laatste omdat iemand uit de fraternity van de vakbeweging zelf, de brandweervoorzitter, zich in alle bochten wringt om het boetekleed te dragen, dus om de minister schotvrij te houden. Overigens moet de houding van deze vakbondsman wel aangemerkt worden als verraad en is het tekenend voor de mannen die nu bezig zijn om wat nog over is van de vakbeweging, kapot te slaan. De minister moet weten dat er decreten in december 1983 zijn geslagen, die uitvoering geven aan regels die werknemersvertegenwoordigers beschermen. Die geven aan dat elke disciplinaire maatregel tegen een werknemersvertegenwoordiger vanwege zijn hoedanigheid of de uitoefening van de rechten uit zijn hoedanigheid (waaronder zeker de vrijheid van meningsuiting valt) verboden is. De minister van Juspol heeft dus tegen dit verbod gehandeld. Ook wordt in dit decreet aangegeven dat elke maatregel (nu dus de buitenfunctiestelling) nietig is. Het is overduidelijk dat onze bewindsman grovelijk in de fout is gegaan, kennelijk zoals is beweerd om een oude vete nu vanuit zijn nieuwe positie te beslechten. Niet iedereen kan met macht omgaan wordt daarbij gezegd. Het laatste woord zal zijn aan de rechter en de president. Er is veel schade berokkend aan onze rechtstaat door de maatregelen die in dit geval zijn toegepast tegen de vakbondsman. Met dit stuk is geenszins een uitspraak gedaan over het interne functioneren van de betreffende vakbondsman en over een noodzaak om hem wel of niet af te zetten. Het gaat puur om de normen en waarden die met pijn en moeite zijn verankerd in onze grondwet en in internationale verdragen.
 

error: Kopiëren mag niet!