Dreigbrief rode kaart

Malala Yousufsai is een 15-jarige activiste in Pakistan, een land waar het levensgevaarlijk is wanneer men ‘maar’ zegt.  Het schoolgaande meisje is bekend geworden vanwege haar strijd voor het recht van meisjes om naar school te gaan. Iets waartegen de bebaarde Taliban streng tegen is. Malala begon op 11-jarige leeftijd een weblog, die de vorm van een dagboek had, bij te houden op de website van nieuwszender BBC. Ze schreef over de gewelddadigheden van de Taliban in de Swatvallei. Daar zijn sinds de machtsovername door de Taliban in 2007 meisjes uitgesloten van school. Voorts worden nog andere mensenrechten geschonden, zoals die op gezondheidszorg en werkgelegenheid. Een Taliban-terrorist viel haar in oktober 2012 in de bus aan toen de tiener terugkeerde van school. Uiteindelijk moest het meisje haar land verlaten; in Engeland had ze immers minder te vrezen voor haar leven. Een Taliban hebben wij niet en evenmin groepen die terreur zaaien met wetten uit de middeleeuwen. Wat wij sinds recent wel hebben, is een iets ouder meisje dat eveneens voor haar meningsuiting een dreigbrief met een kogel heeft ontvangen. Het verschil tussen Suriname en Afghanistan is hemelsbreed. De verschillen zijn zo talrijk en de overeenkomsten zo schaars dat een vergelijking mank loopt. Maar hoe heeft een dreigbrief met een kogel gekund? Toen de jongedame achter de beweging ‘Jongeren tegen Amnestie’ op de televisie verscheen, was door velen voorspeld dat de politiek haar handen niet van haar af zal kunnen houden. Tot nu toe is die voorspelling niet uitgekomen, omdat niet vaststaat dat haar actie politiek gedirigeerd was of nu haar dreigbrief gefingeerd is op instructie van politieke partijen. Vanwege haar verzet zal men altijd in de hoek van de NDP kijken als naar schuldigen wordt gezocht. Maar het kan evengoed zo zijn dat de dreigbrief er is om deze partij zwart te maken. Evengoed kan de brief daadwerkelijk afkomstig zijn van aanhangers en/of gestoorde persoonlijkheden die de aandacht op een actie van hun hebben willen vestigen. In elk geval merken we dus dat partijen elkaar al de vinger wijzen. De trekker van de jongerenbeweging staat daar in het midden en heeft kennelijk een moeilijke tijd. De timing van de brief doet wel de wenkbrauwen fronsen. De eerste week van december staat heel vaak in het teken van de zogenaamde 8 decembermoorden. Dat is dus weer over pakweg 2 weken. Er zou een activiteit zijn voorgenomen van de jongerenbeweging die nu niet meer doorgaat. Er zou geprotesteerd worden tegen de Amnestiewet die in april 2012 werd aangenomen. Dit jaar wordt de herdenking van de 8 decembermoorden een heel bijzondere. Het zal voor het eerst zijn dat deze zwarte dag wordt herdacht, terwijl de daders al amnestie hebben gehad. De herdenking van 8 december 2011 was ook bijzonder, omdat de maatschappelijke druk mede door de politiek en de nabestaanden verhoogd werd. De Amnestiewet kan als een reactie van die verhoogde druk worden gezien.
Wat opmerkelijk is, is dat honderden vertegenwoordigers uit bijna de hele wereld hier aanwezig zijn tot eind van de maand. Hun business doen ze in de faciliteiten van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. Er zouden plannen bestaan om met een groep zich te begeven naar het KKF-terrein waarschijnlijk met borden om vreedzaam te protesteren. President Bouterse heeft in het verleden ook momenten meegemaakt, waarbij hij te kijk werd gezet voor buitenlandse gasten. In een democratisch land hebben ontevreden personen het recht om vreedzaam te demonstreren. De politie en het Bureau Nationale Veiligheid zouden met deze actie van de ‘Jongeren tegen Amnestie’ geen bezwaar hebben. Evenwel moet het besef wel bestaan dat dit soort acties een impact kunnen gaan hebben op internationale verbanden. De ontwikkelingssamenwerking is drastisch verschillend met die van de vorige regering. Alhoewel bevoegde en geïnteresseerde politici allang over de amnestie en protesten op de hoogte zijn, moet toch omzichtig met de nieuwe situatie worden omgegaan door de initiatiefnemers van de actie.
Van de kant van de coalitie wordt nu beweerd dat de oppositie achter deze actie van de jongerenbeweging zit. Inzet zou zijn het beschadigen van de huidige regering. Een parlementariër dringt nu aan op een grondig onderzoek. De lange rij van onderzoeken waarvan steeds gezegd is ‘laten wij het onderzoek rustig afwachten’ die nooit zijn afgerond, wordt nu dus aangevuld met nog een grondig onderzoek. De rij is lang en de onderzoeken waarop wij hebben gewacht, zijn we allang vergeten. In elk geval is het voorval geen aanmoediging aan het adres van jongeren om vanuit een op rechten gebaseerde achtergrond verantwoordelijkheid te nemen. Waarop door de regering wel gelet moet worden, is dat in het land geen krachtige bewegingen ontstaan die een bedreiging gaan vormen voor de beleving van de democratie in het land. In landen die komen uit een militaire dictatuur zijn dreigacties residuen uit een vervlogen tijd die soms hardnekkig kunnen zijn. Onder bepaalde omstandigheden vindt er dan een opleving plaats. Een milieu is niet altijd onder controle te houden als er andere aandachtsgebieden veel aandacht beginnen op te eisen. De president van het land moet waakzaam zijn dat onder zijn bewind geen erosie van de democratiebeleving plaatsvindt. Een dreigbrief met een kogel is zeer ernstig.
 

error: Kopiëren mag niet!