Cenasu doodgeboren kind

Het Centrum voor Nascholing in Suriname (Cenasu) blijkt een doodgeboren kind te zijn. Ongeveer een jaar terug werd in de maand november dit instituut feestelijk onthuld door ex-minister Raymond Sapoen. De doelstelling van het Cenasu is het professionaliseren van de mensen die betrokken zijn bij het onderwijs, echter zijn er tot heden geen acties ondernomen om het doel te bereiken. Dat zegt de voorzitter van de Bond van Leraren, Wilgo Valies. Hij zegt dat de huidige minister van Onderwijs, Shirley Sitaldin, gauw actie moet ondernemen en invulling moet geven aan deze doelstelling. “De minister heeft zelf aangegeven dat ze de kwaliteit van het onderwijs wil verbeteren, maar ik zie nog niets gebeuren. Het is tijd geworden dat er acties komen. Na ruim een jaar is het centrum nog steeds niet gebruikt om leraren bij te scholen zoals gepland. Er was gezegd dat leraren zouden worden bijgeschoold, zodat de kwaliteit van het onderwijs hoger zou komen, maar niets is gebeurd”, meent Valies.
Valies vindt het jammer dat het centrum is geopend, maar niet word benut. Volgens Sapoen was de opening van het instituut een grote stap vooruit in het realiseren van kwaliteitsonderwijs. “Kwalitatief onderwijs wordt immers geleverd door competente en gekwalificeerde leerkrachten. Daarbij zijn goed functionerende ondersteunende diensten onontbeerlijk”, had hij toen gezegd. De realisatie van het Cenasu was een van de prioriteiten van de Ronde Tafel Conferentie, die in februari 2010 door de onderwijsvakbonden is gehouden. Daar is onder andere gezegd dat permanente nascholing van leerkrachten nodig is om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Valies zegt dat er inmiddels jaren zijn voorbij gegaan, waarbij er alleen is gesproken. “Daden blijven uit, tijd dus nu voor acties.”
Seshma Bissesar

error: Kopiëren mag niet!