Heroriëntatie Fort Zeelandia heeft twee kanten

Reeds geruime tijd zijn door de regering projecten geïnitieerd en uitgevoerd die in het kader zijn van de stadsverfraaiing. Het concept van stadsverfraaiing is al geruime tijd deel van het formeel overheidsbeleid, en prominent op de regeringsagenda in de periode van voormalig minister Hassankhan van Biza uit de NF-regering. Grootscheepse projecten zijn door hem niet uitgevoerd en zeker in de binnenstad van Paramaribo zijn er geen noemenswaardige veranderingen aangebracht, los misschien van de trottoirs die onder beheer van de Wegenautoriteit zijn verhoogd en gefatsoeneerd. Het een en het ander was meer in het kader van de ordening van de stad en het tegengaan van wild parkeren, dan verfraaiing. Bij de vorige minister van Biza bleef het meer bij de beplantingen langs de wegen van Paramaribo. Bij het concept van stadsverfraaiing is van belang het feit dat de binnenstad van Paramaribo erkend is als werelderfgoed en een speciale beschermde status heeft omdat het mede door onze lobby, kennelijk vanwege het oogpunt van het toerisme, geplaatst is op de werelderfgoedlijst van de Unesco. De verfraaiingsprojecten van deze regering hebben een andersoortig karakter, omdat ze meer ingrijpend en zichtbaar zijn, maar belangrijker nog, omdat ze zich concentreren in en rondom de monumentale houten stad Paramaribo. Menigmaal is bij grootschalige projecten de afweging gemaakt of de regering moet gaan voor grootschalige projecten die het aangezicht van Paramaribo zullen moderniseren, waarvoor doorgaans ook de financiering in orde is, of dat men de voorkeur geeft aan de terughoudendheid die gepaard gaat met behoud van het karakter van de houten historische stad. Een duidelijk voorbeeld daarvan zijn de detaillistisch uitgewerkte plannen die hebben bestaan, en kennelijk nog steeds voorstanders hebben, met betrekking tot de kade aan de oeverzijde van de Surinamerivier, ook bekend als de Waterkant. Vooralsnog zijn keuzes gemaakt om prioriteit te geven aan de bijzondere status van de binnenstad van Paramaribo. In principe is daarmee ook een keuze gemaakt over de subsectoren van de toerismesector via welke men geld wil genereren voor de nationale economie. Want plannen die bijvoorbeeld hebben bestaan voor het omtoveren van de Waterkant hadden naast een uitgaven-, vooral een inkomstenzijde. Met behoud van de historische binnenstad wordt een cultureel belang gediend. De binnenstad van Paramaribo is een aspect van onze culturele identiteit en verklaart waarom het Surinaamse volk is zoals het nu is. Behoud van het karakter van de binnenstad behoort ook een economische impact te hebben; toerisme moet het geld in het laatje brengen. Nu zijn er geen uitgekristalliseerde berekeningen of schattingen hoeveel geld onze historische binnenstad precies, ook via de multipliereffecten, opbrengt. Daardoor kan je het in principe ook niet afzetten tegen inkomsten die moderniseringsprojecten zouden opbrengen. Maar het cultureel en identiteitsaspect moet niet verwaarloosd worden. Vandaar dat wij onze kanttekeningen plaatsten toen een verfraaiingsproject op het Onafhankelijkheidsplein werd uitgevoerd. Het resultaat is daar en de meningen zijn verdeeld. Nu zijn onder meer door Stichting Gebouwd Erfgoed Suriname  kritische kanttekeningen geplaatst bij de reshuffling die aanstaande is op het Fort Zeelandiacomplex. Opvallend is dat er substantieel veel buitenlanders belangstelling hebben voor het Fort Zeelandia, als toerist maar ook als onderzoekers en zelfstandige uitvoerders van ‘hun’ projecten. Het is voor de doorsnee burger niet duidelijk wat zoveel buitenlanders als niet-toerist doen op Fort Zeelandia. Deze historische plek waarop koloniserende Hollanders een stuk geschiedenis hebben gevestigd, lijkt in zeker opzicht te zijn herwonnen op ons door dezelfde vreemde machten. In het ruime management van het historische Fort Zeelandia zien wij graag overwegend Surinaams element. Hierbij zeggen wij zeker niet dat wetenschappelijke assistentie niet gewenst is, maar wij moeten deze plek wel in ons beheer hebben en geen terrein verliezen. Fort Zeelandia is immers symbool voor handhaving van de soevereiniteit. Opvallend bij de nieuwe plannen bij het Fort is dat ruim van tevoren belanghebbenden zijn aangezegd om uit te wijken. We proeven uit de reshuffling dat men de mooie historische ruimten die beschikbaar zijn met een prachtig uitzicht op de Surinamerivier, productiever wil gaan inzetten. Instituten die plaats moeten maken zijn het Surinaams Museum, de afdeling Cultuurstudies, de Educatieve Dienst Surinaams Museum en de Stichting Gebouwd Erfgoed Suriname. Vormende instituten die gevestigd zullen worden zijn Sranan Tori Academia, het Surinaams Literatuurcentrum en het Oso Dresi/Cultureel Centrum. Het eigenlijke fort, waarin het Surinaams Museum is ondergebracht, wordt het Carifesta Cultural Centrum c.q. Carifesta 2013 Hoofdkwartier. Het Nola Hatterman Instituut  en het pand van de Staatsraad  blijven nog.
Fort Zeelandia valt onder de jurisdictie van degenen die nu daarover beschikken. De instituten die plaats moeten maken, moeten door de regering ergens geaccommodeerd worden, alhoewel van een paar van ze niet veel uitgaat, kennelijk door onderbemanning zoals Cultuurstudies. Deze instituten moeten door een adequaat wervingsbeleid worden versterkt. De reshuffling kan op zich een revival betekenen van bijvoorbeeld noodzakelijk cultuuronderwijs en cultuurbeleving met diepgang. Suriname behoort immers door zijn uniek co-existentieconcept een cultuurwalhalla te zijn op wereldniveau.
 

error: Kopiëren mag niet!