De 19-jarige Lucille Ajerie die door het Openbaar Ministerie (OM) eerder in vrijheid was gesteld, kreeg een straf van een maand opgelegd. Zij heeft zich schuldig gemaakt aan overtreding van de Wet op verdovende middelen. Op 5 juli 2011 postte Ajerie een doos voor een onbekende man. De verdachte was in de stad. Zij werd door iemand benaderd om voor hem een doos ter verzending aan te bieden. Als reden gaf de man aan dat hij laat was voor het werk en verzocht Ajerie om hem te helpen. De man zou de verdachte Euro 100 betalen voor de diensten. Ajerie stemde toe en bracht de doos naar een verzendbedrijf. Tijdens de routinecontrole werden 15 wikkeltjes cocaïne aangetroffen, verborgen in pruimen. Nadat het duidelijk was dat het om verboden spullen ging, werd de verdachte aangehouden.
Het Openbaar Ministerie had de verdachte voorlopig in vrijheid gesteld, omdat de verdachte een jeugdige is. Zij heeft een baby van drie maanden. Het OM hield rekening met de omstandigheden van de verdachte en stelde haar toen in vrijheid, met als voorwaarde dat deze zaak op de zitting zou worden afgehandeld. Officier van justitie Shanta Mahadew achtte uitvoer van 70 gram coke wettig en overtuigend bewezen. Zij eiste een straf van 6 maanden, waarvan 5 voorwaardelijk met aftrek en een geldboete van SRD 1000, te vervangen door een maand hechtenis. Dit strafvoorstel van de officier van justitie nam rechter Albert Ramnewash over en veroordeelde de verdachte conform de eis. Ajerie blijft op vrije voeten. Zij moet de boete betalen, anders moet zij een maand brommen.
Saskia Bandhan    Â
