Wildgroei opvanginstellingen wacht op oplossing Wet ligt nog bij DNA

Het runnen van een opvanginstelling voor kinderen, senioren en mensen met een beperking zonder een vergunning van het ministerie van Sozavo zal verboden zijn. Het verbod treedt in werking wanneer de Wet Opvanginstellingen in DNA wordt aangenomen en daarna afgekondigd. Alhoewel de noodzaak tot regulering van de kinderopvanginstellingen levensgroot is, omdat deze organisaties ‘als paddenstoelen uit de grond zouden verrijzen’ en er geen regels zijn op basis waarvan een orgaan controle kan uitoefenen, blijven wettelijke maatregelen nog uit. De Wet Opvanginstellingen kan de opkomende sector ordenen die belangrijk is voor de vrouwelijke participatie aan het arbeidsproces, en dus essentieel voor de gelijke behandeling van vrouwen en de armoedebestrijding.
Vergunningplicht
Ten eerste verbiedt de Wet Opvanginstellingen (WO) het exploiteren van opvanginstellingen zonder voorafgaande goedkeuring van de Sozavo-minister. De goedkeuring wordt gegeven middels een vergunning die aangevraagd moet worden. Een opvanginstelling is een ‘ruimtelijke voorziening’ waar aan meer dan 5 cliënten gedurende de dag of delen van de dag o.a. opvang en begeleiding wordt gegeven. De diensten kunnen dan tegen vergoeding of graties worden verleend. Op een vergunning wordt binnen 4 maanden  beslist. Belangrijk is dat een aanvraag tot verlening van vergunning zal worden bekendgemaakt en dat de burgerij een maand lang de ruimte zal hebben om bezwaar aan te tekenen. Een vergunning wordt voor 3 jaar verleend en kan telkens voor 3 jaar worden verlengd, uiteraard na advies van de commissie.
Eenmanszaken: niet meer dan 40 of 8
De wet stelt een beperking wanneer de opvang verleend wordt door een natuurlijke persoon, dus iemand die niet als een nv of stichting opereert. Deze privépersonen (eenmanszaken) mogen maximaal 40 cliënten per dag opvangen als het gaat om deeltijdse opvang en maximaal 8 cliënten als het gaat om voltijdse (24-uurs-) opvang.
Standaarden
De wet bepaalt dat standaarden waaraan de instellingen moeten voldoen, bij staatsbesluit zullen worden vastgesteld. De DNA zal over deze bepaling vallen omdat het hoogste college van staat toch wel enige inspraak zal willen hebben in, al zijn het minimale, algemene standaarden.  De wet geeft wel aan dat de standaarden ten minste moeten gaan over een 10-tal onderwerpen. Als eerste wordt genoemd het aantal personeelsleden, de bekwaamheid en de geschiktheid van de exploitant en het overige personeel. Daarnaast worden genoemd de ruimtelijke voorzieningen, dus de plaats waar de mensen zullen worden opgevangen. Een ander maatstaf zijn de programma’s die gehanteerd zullen worden voor stimulatie, verzorging, educatie en het daarbij te gebruiken materiaal. Men zal ook standaarden moeten maken voor de participatie van het eigen milieu van de cliënt (ouders etc..) en de hygiëne en de verzorging van de gezondheid van de cliënten. Wat ook een rol zal spelen zijn de standaarden met betrekking tot de vrijheid van de cliënt, de veiligheid, de bereikbaarheid en de privacy. Bij de aanvraag van een vergunning moeten de opvanginstellingen ook overleggen een visie als uitgangspunt of een pedagogische uitgangspunt alsmede jaar-, maand-, week- en dagprogramma’s, een schema van deskundigheidsbevordering van het personeel en een model voor methodiek-, werk- en deskundigheidsontwikkeling. Ook moeten worden overgelegd een model van medezeggenschap van cliënten, een model voor klachtenbehandeling en een rampenplan. Voorts moet overgelegd worden medische keuring van het personeel.
Administratie
De nieuwe zorginstellingen zullen een adequate registratie eropna moeten houden. Het systeem van registratie is ook een onderwerp waarover standaarden moeten worden vastgesteld bij staatsbesluit. Voor elke type zorginstelling zal Sozavo een register instellen bij beschikking. De types kunnen zijn verdeeld naar opvang van kinderen, seniorenburgers of personen met een fysieke of verstandelijke beperking.
Commissie Opvanginstellingen
Het toezicht, dat er nu niet is, zal na de inwerkingtreding van de wet plaatsvinden middels de Commissie Opvanginstellingen (CO) die door de Sozavo-minister wordt benoemd. In de commissie zitten personen met juridische kennis, personen met kennis over gezondheid, groei en ontwikkeling van kinderen, over zorg van seniorenburgers  en over zorg van mensen met een fysieke of verstandelijke beperking. Voorts zitten ook vertegenwoordigers van de 3 typen opvanginstellingen in de CO. De commissie rapporteert de Sozavo-minister jaarlijks over haar verrichte werkzaamheden. De CO ziet toe op de kwaliteit van de opvanginstellingen. Daartoe brengt de CO elk kwartaal een controlebezoek aan alle opvanginstellingen. De CO adviseert de minister van Sozavo over verzoeken tot verlening of verlenging van de vergunning. Bij niet-nakoming van de standaarden wordt de vergunning ingetrokken. Uit bovenstaande blijkt dat het opvangen van kinderen, senioren en mensen met een beperking geen kattenpis meer zal zijn. Er zullen zware standaarden gelden die gesuperviseerd zullen worden door een commissie die elke instelling minimaal 4 keer per jaar aandoet en jaarlijks rapport uitbrengt. In het belang van het welzijn van kwetsbare burgers en met het oog op de rechten van werknemers met gezinsverantwoordelijkheid is het zaak dat de Wet Opvanginstellingen liever vandaag dan morgen in DNA wordt behandeld en aangenomen. Het wachten is op de politiek.

error: Kopiëren mag niet!