Geslachtskloof mondiale uitdaging

In aanloop naar de dag van de vrouw is het Wereld Economisch Forum  (WEF) weer bezig het bewustzijn over de welvaarts(gap) tussen vrouwen en mannen te benadrukken. De genderkloof is ook in Suriname een realiteit. Er is een groter wordende kloof in het academisch onderwijs met een voorsprong voor de dames. Op het politieke vlak is er een terugval, ook op het leidinggevend vlak in het publieke en private sector. Wat is de oplossing? Wij weten het waarschijnlijk nog niet goed, want duidelijke actiepunten vanuit de overheid of gepushed door de ngo’s en de vakbeweging zien wij niet. Het enige wat echt opviel, waren acties opgestart vanuit de ngo’s inzake seksueel molest, waarvan vrouwelijk het meest slachtoffer worden. De minister van Binnenlandse Zaken verraste ons toen hij recentelijk tijdens een van zijn sessies tijdens een begrotingsbehandeling aangaf dat het speciaal opgezette Nationaal Bureau Genderbeleid vastzat en geen vorderingen kan maken, vanwege een gebrek aan kader. Het bureau is wel bemand, maar zou het werk kwalitatief niet aankunnen. Het leek erop alsof de minister, de vorige, leek te zeggen dat men liever kouseband zit te snijden voor de pot thuis, dan het doen van diepgaand denkwerk. De leemtes door capaciteitsgebrek zouden daartoe de oorzaak te zijn. Ledigheid is des duivels oorkussen immers. Hoe moet NBG worden versterkt? Hoe moeten er overheidsacties worden ondernomen of acties door het bedrijfsleven? Het WEF heeft een virtuele vergaarbak van succesvolle praktijken aangemaakt, waarin landen met gender gap problemen of bezorgdheid hun programma’s als succes story kunnen delen met de gemeenschap: de World Economic Forum’s Repository of Successful Practices. Wereldwijd maken vrouwen de helft uit van de potentiële  human capital in elke economie. In vele ontwikkelings en ontwikkelde landen zijn vrouwen steeds meer geschoolder dan mannen. Toch zijn vrouwen aanhoudend ondergerepresenteerd in de formele economie, in het bijzonder in leiderschapsposities. Het Wereld Economisch Forum stelde in het Global Gender Gap Report 2011 dat wereldwijd de kloof tussen mannen en vrouwen meer is gedicht op het onderwijsgebied (93%), maar minder op het economisch vlak (60%). Het WEF deelt goede voorbeelden met goede uikomsten. Een voorbeeld is het Braziliaanse KPMG Vrouwennetwerk. Het probleem wat door het bedrijf werd aangepakt, is de gap op het middelmanagement niveau. Het bedrijf neemt evenveel mannen en vrouwen. Wanneer de werknemers vorderingen maken naar leiderschapsposities, zijn vrouwen eerder geneigd (dan mannen) om het bedrijf te verlaten omdat zij denken dat zij een professionele carrière niet kunnen combineren met hun persoonlijk leven, met het huwelijk en kinderen. Daardoor achtte het bedrijf het onmogelijk om genoeg vrouwelijke doorstroom te hebben naar leiderschapsposities. Via het netwerk kunnen de potentiële vrouwelijke leiders discussiëren met in functie zijnde vrouwelijke bedrijfsleiders. Het bedrijf stelde een ‘lactatiekamer’ in waar vrouwen borstvoeding kunnen geven. Er is een ‘aanstaande moedersprogramma’ om tegemoet te komen aan vrouwelijke werknemers in verwachting. Resultaten worden verwacht positief te zijn, dus dat vrouwen meer in het bedrijf doorgroeien naar leiderschapsfuncties. Een ander voorbeeld is in het Nederlandse bedrijf Philips, waar het Working Parents Program in uitvoering is. In de leeftijdsgroep 30 – 40 jaar zijn er veel vrouwen op het middle management niveau. In het Working Parents Program wordt de nadruk gelegd op de balans die in de familieverantwoordelijkheden moet zijn tussen de man en de betrokken vrouw. Teneinde dit te bereiken, worden workshops van 1 ½ dag gehouden voor vrouwen en mannen met gezinsverantwoordelijkheid. In deze workshops geven ouders adviezen aan zichzelf, maar ook aan leidinggevenden en HRM-functionarissen,  in verband met de gezinsverantwoordelijkheden. Uiteindelijk wordt ook het HRM-beleid steeds aangescherpt en worden er ook bepalingen opgenomen in de cao. Dit programma is al geëvalueerd, de deelname is enorm en op een schaal van 1 op 5, is en gemiddelde score van 4.0 gehaald. De naam van het programma is recentelijk veranderd in ‘Work-Life Program’.
Over het gebrek van vrouwelijk leiderschap in de politiek wordt veel geklaagd. In de private sector kunnen soortgelijke trends aanwezig zijn. De Surinaamse overheid en met name het ministerie van Binnenlandse Zaken zou binnen het ministerie met een soortgelijk programma kunnen starten en programma’s promoten in de private sector. Relatief staat Suriname in het Global Gender Gap Report 2011 op de 104de plaats uit 135 landen. Het land heeft dus relatief een grote gendergap. Op onderwijs- en gezondheidsgebied scoort Suriname goed (62ste en 70ste plaats). Economische participatie en kansen daartoe is relatief slechter (104de plaats). De vrouwelijke werkloosheid (14%) is groter dan bij de mannen (7%). Deze cijfers uit het WEF-rapport geven aan dat Suriname nog huiswerk te maken heeft. Wie zal het maken met een NBG dat verzwakt is?
 

error: Kopiëren mag niet!