De klok luidt, de rechter luistert: Suriname’s wake-up call voor klokkenluiders

Suriname beschikt niet over een volledige nationale wet die klokkenluiders beschermt tegen ontslag, intimidatie of reputatieschade. Hoewel het land in 1996 het Inter-Amerikaans Verdrag tegen Corruptie van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS)  heeft geratificeerd, loopt de institutionalisering van duurzame bescherming achter. 

De bestaande Anti-Corruptiewet biedt wel enige basis, maar die geldt hoofdzakelijk voor meldingen binnen de publieke sector. De private sector valt grotendeels buiten deze reikwijdte. Daarnaast ontbreekt een onafhankelijke instantie die meldingen vertrouwelijk kan afhandelen en klokkenluiders kan begeleiden.

Dit maakt rechtspraak extra belangrijk. 

In dit verband kan worden verwezen naar de rechtszaak van juni 2025 waarin het ontslagverzoek van de directeur van een bankinstelling tegen een medewerkster door Kantonrechter C. Wallerlei is afgewezen. Die medewerkster had de klok geluid over misstanden van onzedelijke aard van die bewuste directeur. Met de uitspraak in deze zaak is een belangrijk juridisch precedent ontstaan: klokkenluiders kunnen bescherming vinden via de rechter, ook als wetgeving nog ontbreekt.

Toch is rechtspraak geen structurele oplossing. Jurisprudentie biedt slechts bescherming achteraf en per geval. Zonder een volledige nationale wet blijft de rechtszekerheid van klokkenluiders afhankelijk van individueel rechterlijk optreden, de bereidheid van advocaten én de veerkracht van de melder. Dat maakt wettelijke verankering des te urgenter.

Oproep tot actie: 

Assembleeleden en beleidsmakers!: een volledige nationale wet voor bescherming van klokkenluiders – ook die in de particuliere sector – is geen noodzakelijk kwaad, maar een “must”. Alleen met wetgeving én een onafhankelijk meldpunt kan Suriname misstanden duurzaam aanpakken en melders onbevreesd laten praten.

error: Kopiëren mag niet!