Diaspora Instituut Nederland is klaar voor een jaar van actie

Op 11 september vorig jaar werd in Ons Suriname te Amsterdam het Diaspora Instituut Nederland gelanceerd door president Chandrikapersad Santokhi, tijdens zijn werkbezoek aan Nederland. Hiermee gaf hij vorm aan een belangrijke verkiezingsbelofte: we gaan Suriname opbouwen met 1 miljoen Surinamers! 

Maar, inmiddels gaan we al richting februari 2022 en vindt Dagblad Suriname het tijd om eens te vernemen wat de stand van zaken is rond het Diaspora Instituut Nederland, DIN. Immers, het feit dat we niets horen, wil niet zeggen dat er niets gebeurt. De redactie heeft daartoe de voorzitster van het DIN benaderd, Kathleen Ferrier, met de vraag om in te gaan op wat het DIN zoal heeft gedaan en op haar agenda heeft staan.

“Een stichting op afstand van de politiek”

Ze stelt, dat de lancering van het DIN het sluitstuk was van een proces dat al eerder begon. “De minister van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking, Albert Ramdin, had eerder Ram Ramlal, Hugo Fernandes Mendes, Robbie Bhoendie en Kathleen Ferrier gevraagd een advies te schrijven, over hoe de kennis en kunde van de Surinaamse diaspora in Nederland met 350.000 mensen, de grootste Surinaamse diaspora groep, het best ingezet kon worden om de vraag vanuit Suriname het meest effectief te kunnen beantwoorden.Een van de adviezen was het oprichten van een stichting, op afstand van de politiek, met een onafhankelijk bestuur en dat werd dus het DIN.”

De onbezoldigde bestuursleden zijn Kathleen Ferrier, voorzitster, John Brewster, vicevoorzitter, Hariëtte Mingoen, secretaris, Jason Watkin, lid, Pranobe Oemrawsing, lid, Roy Ashruf, ambtelijk ondersteuner. De Raad van Advies bestaat uit Ram Ramlal, Hugo Fernandes Mendes en Robbie Bhoendie. 

“We hebben niet stilgezeten”

“Sinds de lancering hebben we niet stilgezeten”, aldus Ferrier. “De afgelopen maanden hebben we besteed aan het organiseren en structureren van onze werkzaamheden. Het werk is georganiseerd in domeinen zoals onze counterpart in Suriname, DIS, Diaspora Instituut Suriname, ze gedefinieerd had. Dat kan de samenwerking en aansluiting op de vraag vanuit Suriname bevorderen. De domeinen zijn op hun beurt weer gelieerd aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelen, Sustainable Development Goals, SDG’s,  die door de Verenigde Naties zijn bepaald. Deze doelen, die inzetten op duurzame ontwikkeling, zijn leidend voor het Surinaamse beleid  dat is neergelegd  in het Meerjaren Ontwikkelingsplan.”

Sinds de oprichting heeft het DIN bij tal van gelegenheden bekendheid gegeven aan haar werk en doelstellingen, zoals bij de Kenniskring, verschillende bijeenkomsten in het land, en via zoomsessies met Suriname. “We zoeken zoveel mogelijk synergie met andere organisaties. Zo hebben we gesprekken gevoerd met het Diaspora Fonds, de heer Robbie Makka, om duidelijk te definiëren wat onze onderscheidende verantwoordelijkheden zijn en waar we kunnen samenwerken. Het Fonds stelt financiële middelen beschikbaar, wij zetten in op kennis en kunde vanuit de diaspora. Ook hebben we aan tafel gezeten met internationale organisaties, zoals het IOM, de Internationale Organisatie voor Migratie, die veel ervaring heeft met het structureel inzetten van diaspora onder meer voor versterking van capaciteit in landen van herkomst. Ook zijn gesprekken met de VNG gaande, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Het DIN wordt ook benaderd vanuit verschillende kennisinstellingen om mogelijkheden met counterparts in Suriname na te gaan en te bevorderen”, aldus Kathleen Ferrier.

Ze laat ook weten, dat het Diaspora Instituut Nederland van start is gegaan met concrete projectvoorstellen. “Ons doel is uiteindelijk de productiviteit in Suriname te bevorderen zodat er onder andere werkgelegenheid ontstaat. We zijn bezig met het uitwerken van een plan om met name kleine ondernemers in Suriname te steunen door middel van een innovatief plan waarbij vanuit de diaspora Surinaamse producten worden gekocht om een deel van de postpakketten uit Nederland te vervangen, te hernieuwen, innoveren en vooral naar een veel grotere schaal tillen. Tot zover zijn de ontwikkelingen veelbelovend de tijd daarvoor rijp is.”

In nauw overleg met het Diaspora Instituut Suriname, DIS, is het DIN volgens Ferrier op zoek naar mogelijkheden om de capaciteit in Suriname, ook op institutioneel niveau, te versterken. “Ook daarvoor liggen er inmiddels concrete plannen en projectvoorstellen die we hopelijk spoedig met het DIS nader zullen kunnen bespreken en implementeren.”

In december vorig jaar hield het DIN Ronde Tafel Gesprekken. “Langs de lijnen van de domeinen hielden we sessies over technologie, institutionele samenwerking, mijnbouw, agro-industrie, Maatschappijopbouw en medische samenwerking. De uitkomsten van de Ronde Tafel Gesprekken zijn positief. Belangrijk doel was het versterken van de synergie tussen verschillende groepen en personen die zich met bepaalde onderwerpen bezighouden (niet het wiel iedere keer opnieuw uitvinden).  Dat is goed gelukt. Er vond over het algemeen een bruisende uitwisseling van ideeën plaats. Afspraken voor nadere afstemming zijn onderling gemaakt en het DIN werd gevraagd om verdiepingsgesprekken te organiseren, die voor medio januari ingepland zijn”, aldus Ferrier. Het DIN is voornemens om in februari of maart een bijeenkomst te organiseren waarbij in ieder geval alle deelnemers, uiteraard ook anderen vanuit de Diaspora-gemeenschap, van harte welkom zullen zijn.

“Suriname staat voor grote uitdagingen”

Tot slot stelt DIN-voorzitster Ferrier, dat Suriname voor “grote uitdagingen” staat. “Veel is er de afgelopen jaren verloren gegaan, wat niet eenvoudig terug gewonnen kan worden. Dat betreft een lege staatskas, maar ook wat – institutionele – capaciteit betreft, is er veel werk aan de winkel. Zeker nu met de financiële toezeggingen van het IMF, Internationaal Monetair Fonds, er ook van Suriname het nodige geëist zal worden. Bijvoorbeeld, per direct structurele veranderingen, aanpak armoedebestrijding, sanering overheidsapparaat, bevordering productiviteit en het creëren van werkgelegenheid. Er is geen tijd te verliezen.”

“Klaar voor een jaar van actie”

Ferrier vervolgt: “Als DIN staan we klaar om met onze counterpart DIS scherpe vragen te formuleren, zodat we met snel toepasbare antwoorden op de vraag kunnen komen. Het gaat om kennis en kunde en ook om de inzet van mensen. Maar, alles begint met wederzijds vertrouwen en duidelijke, goede afspraken over de samenwerking op verschillende niveaus. De afgelopen maanden is daartoe een stevige basis gelegd.

DIN is klaar voor een jaar van actie.”

PK

error: Kopiëren mag niet!