Het Internationaal Monetair Fonds

Gulle gever of kwade genius?

Kort voor de feestdagen in december vorig jaar, stemde het bestuur van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in met financiële ondersteuning van Suriname. Het proces van aanvraag tot goedkeuring nam geruime tijd in beslag omdat Suriname aan een flink aantal eisen van het IMF moest voldoen. De pennenstrijd tussen voor- en tegenstanders van inzet van het IMF woedt al lang en de verschillen van inzicht zijn groot. Is het IMF een gulle gever of een kwade genius? Laten we dat aan de hand van een aantal vragen bezien.

Wat is het IMF?

Het IMF is een VN-organisatie van 190 landen, waaronder Suriname, die zich inzet voor het bevorderen van mondiale monetaire samenwerking, het veiligstellen van financiële stabiliteit, het vergemakkelijken van internationale handel, het bevorderen van hoge werkgelegenheid en duurzame economische groei, en het terugdringen van armoede. Het IMF verstrekt onder meer leningen, waaronder noodleningen, aan lidstaten die betalingsbalansproblemen hebben. Het doel is hen te helpen hun internationale reserves weer op te bouwen, hun valuta te stabiliseren, te kunnen blijven betalen voor import en de voorwaarden te herstellen voor een sterke economische groei, terwijl de onderliggende problemen worden verholpen.

Moest Suriname de hulp van het IMF inroepen?

De problemen die de vorige regering heeft veroorzaakt – het moet nog eens herhaald worden – zijn enorm. De uitgaven waren jarenlang exorbitant hoog en de inkomsten waren volstrekt ontoereikend. Alle mogelijkheden om geld te lenen waren benut en uitgeput, en overheidsinstellingen, parastatale bedrijven en de Centrale Bank van Suriname waren leeggeroofd. De vorige regering had geen cent meer in kas, kon de salarissen niet meer betalen, en wist niet hoe snel zij de macht moest overdragen aan de regering-Santokhi. Suriname kreeg een junk-status van kredietbeoordelaars en kon op de kapitaalmarkt geen geld meer lenen. Hoewel sommigen anders beweren, was er geen andere reële mogelijkheid dan om aan te kloppen bij het IMF, dat – weliswaar tegen strenge voorwaarden – bereid is om tegen lage rente geld te lenen. De verwachting is dat de steun van het IMF een belangrijke katalyserende rol zal spelen bij het aantrekken van andere externe financiering.

Is het IMF onomstreden?

Nee, het IMF is zeker niet omstreden. Het IMF biedt weliswaar de helpende hand met goedkope leningen, maar kan geen wonderen verrichten. Het IMF adviseert de Surinaamse regering over randvoorwaarden om de boel weer op de rails te krijgen, maar het is aan de Surinaamse regering om de economie weer op gang te brengen. Het IMF wordt bekritiseerd omdat alleen monetaire en financieel-economische voorwaarden worden gesteld aan leningen, zonder dat het IMF zich lijkt te bekommeren om bijvoorbeeld mensenrechten. Het IMF lijkt soms onvoldoende begrip te hebben van lokale omstandigheden, is rigide in de toepassing van haar uitgangspunten voor de vrije markt, en doet daarmee onvoldoende recht aan deze omstandigheden. Het vrijlaten van de koers van de lokale valuta of het reduceren van de overheidsuitgaven, zullen zonder de goede randvoorwaarden tot nadelige neveneffecten leiden, die kunnen uitstralen op andere landen in de regio, waardoor problemen worden vergroot. Omdat de Surinaamse economie klein en geïsoleerd is, is de kans hierop nihil. Ontwikkelingslanden waaraan het IMF strenge eisen stelt, roepen al snel dat het IMF wordt gedomineerd door rijke westerse landen die hen uitbuiten. Of deze landen hun economieën onder IMF-steun zelfstandig kunnen ontwikkelen en kunnen richten op export is niet altijd zeker.

Wat mag Suriname van het IMF verwachten?

Het IMF stelt over een periode van drie jaar een bedrag van circa US$ 688 miljoen beschikbaar. Daarvan zou onmiddellijk circa US$ 55 miljoen zijn betaald. Hiermee wordt de realisatie van het herstelplan van de Surinaamse regering – dat is gefinaliseerd na beoordeling door het IMF – ondersteund. Dit plan moet leiden tot een realistische begroting waarbij de kwetsbaren in de samenleving worden beschermd door het uitbreiden van ‘sociale vangnetprogramma’s’. Voorts wordt beoogd om de overheidsschuld terug te brengen tot een houdbaar niveau, het raamwerk voor het monetaire en wisselkoersbeleid te verbeteren en het financiële systeem te stabiliseren. Tenslotte is de bedoeling de institutionele capaciteit te versterken om corruptie en witwassen van geld tegen te gaan en het landsbestuur te verbeteren.

Welke voorwaarden stelt het IMF aan Suriname?

Voorafgaande aan het beschikbaar stellen van de faciliteit moest Suriname al aan een aantal voorwaarden voldoen, zoals instemming van de Nationale Assemblée met de begroting voor 2021, verhoging van de omzetbelasting, invoering van btw per 1 juli 2022, en verhoging van de royalty’s voor alle goudconcessies naar 7,5%. Voorts moet Suriname loonsverhogingen beperken om de kosten van het ambtenarenapparaat te reduceren, de wisselkoers vrijgeven, monetaire financiering verbieden en onafhankelijk de kredieten die de algemene banken hebben verschaft laten beoordelen. Begrotingsdiscipline is een belangrijk doel van het IMF. De Surinaamse overheid mag in beginsel niet meer geld uitgeven dan er binnenkomt. Het is daarom noodzakelijk dat de subsidies op elektriciteit en brandstof geleidelijk worden afgeschaft en dat ook stabiele inkomsten worden gegenereerd uit andere bronnen dan delfstoffen. De staatsschulden moeten worden afgebouwd door gedeeltelijke kwijtschelding. De Centrale Bank van Suriname moet de inflatie beteugelen door met open-markttransacties overtollige liquiditeit in Surinaamse dollar af te romen.

Staat de Surinaamse regering nu onder curatele van het IMF?

Curatele is een verplicht opgelegde maatregel ter bescherming van een partij die als gevolg van omstandigheden niet in staat is om de eigen belangen waar te nemen. In de letterlijke betekenis is hiervan geen sprake, omdat de Surinaamse regering er vrijwillig voor kiest om de hulp van het IMF in te roepen. Maar had Suriname een andere keus? Naar mijn mening niet. Na langdurige en intensieve onderhandelingen zijn de Surinaamse regering en het IMF de voorwaarden overeengekomen waaronder het IMF financiële hulp beschikbaar stelt. Het is nu aan de Surinaamse regering om deze hulp zo goed mogelijk te gebruiken om de monetaire en financieel-economische omstandigheden in Suriname te verbeteren. Het is belangrijk om aan de voorwaarden van het IMF te blijven voldoen, omdat het IMF anders, zoals in 2016 gebeurde, de faciliteit zal beëindigen.

Wat gaat de Surinaamse burger ervan merken?

De prijzen voor elektriciteit en brandstof stijgen door afschaffing van de bijdragen van de overheid. Ook andere subsidies worden afgebouwd, wat Surinamers op korte termijn in de portemonnee kan raken. Door de invoering van btw gaan de prijzen voor goederen en diensten omhoog. De koopkracht zal hierdoor achteruitgaan. Door het genereren van andere inkomsten en het verbeteren van de belastinginning – bijvoorbeeld door het aanpakken van de informele economie en illegale activiteiten – kan de belastingdruk voor burgers en bedrijven worden verlicht. Pas op langere termijn zal de bevolking de vruchten plukken van het beleid. Bijna een kwart van de Surinaamse bevolking leeft onder de armoedegrens, in het binnenland zelfs bijna de helft. Hoewel de uitgaven aan gezondheid en onderwijs op niveau zijn, blijft de kwaliteit achter bij andere landen. Voor de meest kwetsbare groepen worden de sociale vangnetprogramma’s uitgebreid. De overheid gaat de informatievoorziening verbeteren om vast te kunnen stellen wie in aanmerking komt voor een uitkering. De inkomensdrempels voor inkomensafhankelijke bijstand zullen worden herzien.

Gulle gever of kwade genius?

Zoals zo vaak, ligt de waarheid in het midden. De intenties van het IMF-programma zijn goed. Het IMF leent geld tegen lage rente aan Suriname, zodat het land de kans krijgt op monetair en financieel-economisch herstel. De regering-Santokhi moet hier optimaal gebruik van maken. De voorwaarden die het IMF stelt zijn streng en soms rigide. Wanneer hieraan niet wordt voldaan, stopt het IMF haar ondersteuning, zoals de vorige regering in 2016 tot haar schande heeft gemerkt. Het IMF is geen gulle gever, noch een kwade genius, maar een strenge uitlener van geld. Suriname is door het beleid van de vorige regering genoodzaakt om gebruik te maken van het IMF, dat moet worden gezien als reddingsboei voor de drenkeling, om te voorkomen dat deze kopje-onder gaat.

Hans Moison

error: Kopiëren mag niet!