Meer aandacht voor oproep Koendjbiharie, Plein en Chitani

De Internationale Dag voor Mensen met een Beperking, 03 december, is herdacht onder niet ideale omstandigheden voor deze groep in de samenleving. Alhoewel, het moet wel gesteld worden dat door de nieuwe regering de uitkering aan deze groep wel binnen enkele maanden al is verhoogd. Het beleid van de regering richting deze groep, moet gecoördineerd worden door het ministerie van Sozavo, maar er zijn meerdere ministeries die delen van het beleid op hun bord hebben. De coaching en het aansporen van de ministeries om behalve ‘lip service’ nu ook over te gaan tot maatregelen, die niet altijd geld hoeven te kosten, is een aangelegenheid van Sozavo. Het is over het algemeen zo dat voor projecten gericht op deze groep het relatief gemakkelijker is om aan fondsen en internationale donormiddelen te komen. Ook zijn er veel ngo’s die vanuit de meer ontwikkelde landen bereid zijn om projecten in Suriname te ondersteunen. Deze ngo’s werken liever samen met kredietwaardige ngo’s hier in Suriname, er is namelijk iets minder vertrouwen in de Surinaamse regeringen, Dit komt omdat in projecten wel eens de corruptie en de verlammende bureaucratie insluipen en dan zorgen voor verspilling en verstoorde relaties. Nu is het zo dat er weinig sterke ngo’s zijn die geloofwaardig als partner kunnen dienen voor buitenlandse ondersteuning. Er ngo’s die gefocust zijn op de mens met een beperking, maar deze hebben nu een zware tijd. Het subsidiebeleid is in de laatste jaren van de vorige regering zwaar onder druk komen te staan. Deze ngo’s hebben zwaar gerekend op de overheidssteun, maar de eerlijkheid gebiedt ook om te zeggen dat deze organisaties niet altijd hebben uitgeblonken in het openen van de boeken voor de donoren, dus te zorgen voor financiële transparantie. Wanneer daarvan sprake is, dan is er altijd het gevaar van verspilling en onverantwoorde bestedingen. Wat zeker rondom deze dag gezegd moet worden, is dat er onomstotelijk sprake is van een stuk overheidszorg (staatszorg).

Wanneer de private initiatieven falen, dan dient de staat voor deze groep stevig in te komen. De werkgevers, de werknemers in de publieke en de private sector en de staat moeten samen inkomen om te zorgen voor een goede verzorging en facilitering van deze sociale sector. De groep bestaat uit verschillende categorieën, van totaal behoeftig tot  in staat om via arbeid of ondernemerschap productief te zijn. Dat onderscheid wordt over het algemeen niet altijd gemaakt, waardoor het vermogen om productief te zijn niet genoeg wordt gestimuleerd. Er zijn enkele jaren terug pogingen ondernomen door de overheid en het bedrijfsleven om te benadrukken dat deze groep productief kan zijn en om dat te bevorderen. Hoeveel burgers daadwerkelijk van de gezamenlijke inspanningen hebben geprofiteerd is niet duidelijk. Op deze dag complimenteren we wel de ngo’s waarin de mensen met een beperking zelf participeren en de leiding hebben. We denken dan aan de Stichting Wan Okasi onder leiding van Aniel Koendjbiharie die zelfs gedurfd heeft om aan de verkiezingen van mei 2020 mee te doen (no. 3 politieke partij PRO in Wanica). We memoreren op deze dag ook intellectuelen uit de groep die door de wijze waarop ze zich in de samenleving profiteren, zich als een rolmodel hebben gepresenteerd. We denken dan aan de voormalige onderdirecteur Categoriaal Maatschappelijk Zorg op Sozavo, de academicus Ashwin Chitani. Maar we memoreren rond deze dag ook de zanger en mediawerker Plein. Ode aan deze sterke en dappere Surinamers die hun stem hebben laten horen en een rolmodel zijn geweest niet alleen voor de groep, maar ook voor jongeren in het algemeen.       

De vorige regeringspartij had in haar programma beloofd dat er een instituut en een handvest zou komen voor de mensen met een beperking. Dat is niet gebeurd in 10 jaar regeren. Een aanbeveling die we aan de Surinaamse regering op deze dag doen is om het voorbeeld van Jamaica op te volgen: het ratificeren van het VN Verdrag voor de Mensen met een Beperking. Jamaica heeft dit verdrag meteen geratificeerd toen het in 2007 door de VN werd aangenomen. Sterker nog, het verdrag werd direct op het eiland verheven tot wet. Suriname moet niet dralen om zijn standpunt en houding naar de groep mensen met een beperking duidelijk kenbaar te maken door het verdrag onmiddellijk te ratificeren. Van daaruit kan men dan iets gemakkelijker via het VN-systeem om aanmerking komen voor technische assistentie, begeleiding en ondersteuning voor programma’s. De wetgeving in Suriname moet verder worden aangescherpt, maar er moet gewoon meer tegemoetgekomen worden aan de behoeften van deze groep wanneer het aankomt op zeker het gebied van onderwijs, arbeid, sociale voorzieningen en de bereikbaarheid van overheidsdiensten. De groep is niet zo groot, maar zeker moet de vervuiling in het bestand grondig te worden opgeruimd, voor het geval dat nog niet is gebeurd. Want, er was ooit een gerucht dat een politieke partij, die nu weer in de regering zit, als tegenprestatie voor werkzaamheden van partijsympathisanten tijdens de verkiezingen, goede, gezonde en sterke mannen, als mens met een beperking had ingeschreven zodat ze maandelijks gratis in aanmerking kwamen voor een uitkering. Zodoende was de ruimte moeilijk om de voorzieningen te verbeteren. De huidige regering moet hier voor het geval zulks niet is gebeurd, alsnog schoon schip maken en zorgfraudeurs een taakstraf opleggen zodat ze gratis diensten leveren aan de ngo’s die zich toeleggen op de zorg van deze groep.       

error: Kopiëren mag niet!