Advocaat Vishal Rambharos pleitte vrijspraak voor zijn cliënt in de 12 kilo drugszaak. In deze strafzaak worden de verdachten Raoul D., Andro M. en Duncan D. ervan verdacht zich schuldig te hebben gemaakt aan overtreding van de Wet op Verdovende Middelen. Op 21 februari 2017 werd op de luchthaven te Zanderij en wel in de machinekamer van een beltwagen 12.277 gram cocaïne aangetroffen. Deze wagen werd met de drugs gereden naar het vliegtuig, dat geland was op de luchthaven. In verband met het onderzoek zijn supervisor Raoul en zijn 2 teamleden aangehouden. In deze zaak heeft het Openbaar Ministerie tegen het trio een strafvoorstel van 5 jaar en een geldboete van SRD 5.000, subsidiair 5 maanden hechtenis, gevorderd.
Rambharos betoogde in zijn pleidooi dat de verdachte Raoul vanaf het eerste moment van zijn aanhouding ten stelligste heeft ontkend iets af te weten van de drugs. De verdachte was op die bewuste dag de dienstdoende supervisor voor het beladingsbedrijf Procons NV, dat belast is met het laden en lossen van cargo op de luchthaven. De beltwagen werd op die dag bestuurd door de verdachte Andro. Hij was die dag vrij van dienst en werd ingezet voor overwerk. In het kader van het onderzoek is de getuige Raghoe gehoord. Zij heeft nadrukkelijk verklaard dat de verdachte Andro niet voor het eerst was ingedeeld voor overwerk. Hij is loyaal als het om overwerk gaat. Raoul had Andro vanwege onderbezetting ingedeeld. Volgens de verdediging kan het nimmer zo zijn dat Raoul zijn medeverdachte Andro heeft ingezet met de intentie om de drugs te smokkelen. Het bewijs voor dit feit is volgens de advocaat nimmer geleverd. “Het gegeven dat de presentie niet is in- en uitgetekend door Andro en dat Raoul zijn medeverdachte heeft ingedeeld zonder toestemming van de directrice, terwijl hij daartoe als supervisor bevoegd was, kan slechts als plichtverzuim worden aangemerkt en niet als bewijs”, benadrukte de advocaat. Bovendien is de werkplek van Raoul de kelder en de cargoruimte van een vliegtuig, ook wel bulk genoemd, en niet de machinekamer van een beltwagen. Over de beltwagen moet de ITM van de luchthaven de verantwoordelijkheid dragen.
Bij elke vlucht wordt de beltwagen door de medewerkers van Procons NV opgehaald voor werkzaamheden. Daarbij wordt toestemming gevraagd aan de afdeling ITM en wordt deze na werkzaamheden weer in de garageruimte van de ITM geplaatst. De machinekamer blijft op slot en hebben de medewerkers van ITM alleen toegang tot die ruimte. De verdediging vroeg zich in alle gemoede af hoe het mogelijk zou zijn voor de verdachte Raoul en Andro om de drugs te plaatsen. “Het is niet anders dan nalatigheid, nonchalant gedrag van diverse actoren belast met de beveiliging en controlewerkzaamheden op de luchthaven, terwijl er ook geen beleid is op dat gebied. Als zaken mislopen, zijn deze arme beladers die voor de rechter moeten verantwoorden en degenen die kennelijk opzettelijk verzuimden om goed beleid te voeren op dit gebied blijven buiten schot”, aldus de advocaat. Volgens Rambharos moeten de medewerkers van ITM voor de rechter verantwoorden over deze zaak. Het belverkeer tussen de verdachte kan volgens de advocaat niet als bewijs worden gehanteerd. Uit de gesprekken kan niet worden uitgemaakt dat zij over de drugs hebben gesproken. De advocaat verzocht de rechter om niet tot de overtuiging te komen in deze zaak. Hij verzocht de magistraat om Raoul van de gehele tenlastelegging vrij te willen spreken. Op 12 november komt het OM aan de beurt. De verdachten in deze zaak zijn reeds eerder op vrije voeten gesteld. Alleen Raoul was aanwezig bij de behandeling van zijn strafzaak.
Saskia Bandhan
