Asha Mungra: “Alcoa heeft de bauxietindustrie gekannibaliseerd”

1Asha Mungra “Alcoa heeft de bauxietindustrie gekannibaliseerd”Het Actiecomité Alcoa noemt 9 schendingen als grondslag voor een case tegen de multinational Alcoa. De eerste is de sluiting van de aluminiumsmelter te Paranam (eind jaren ‘90). De tweede, de sluiting van de thermische centrale voor de productie van aluminium (jaren ‘90). Het comité acht de ontmanteling van de smelter in 1999 als de derde schending. Sinds 1999 verkoopt Alcoa de stroom die werd opgewekt om aluminium te smelten aan Suriname. Dit was de vierde schending. Door de energie niet te gebruiken voor het oorspronkelijke doel, het smelten van aluinaarde tot aluminium, zoals dat staat in de Brokopondo Overeenkomst, zorgt Alcoa er voor dat Suriname verliest lijdt, omdat Suriname geen inkomsten meer krijgt uit die activiteit. Suriname lijdt nogmaals verlies doordat zij moet betalen voor dezelfde energie, die Alcoa nu aan haar verkoopt. Dit beschouwt men als de zesde schending. Vanaf 1995 pleegt Alcoa geen onderhoudswerkzaamheden meer aan de aluinaarde-plant en legt steeds delen van de plant buiten functie (schending nummer 7). Er worden door Alcoa ook geen handelingen gepleegd in haar bauxietconcessies die de aanvoer van bauxiet moeten garanderen, terwijl er voorraden liggen voor tenminste 18 jaren (schending nummer 8). De aluinaardeplant te Paranam was tot het vertrek van voormalig directeur Henk Ramdin nog ‘s werelds meest efficiënte aluinaardeplant. Dat betekent dat Alcoa in staat was aluinaarde tegen ‘s werelds laagste prijs te produceren. Dus bij eventuele stagnatie van eigen aanvoer kon Alcoa zoals in het verleden, ook bauxiet importeren om aan haar verplichtingen, namelijk productie van aluinaarde en aluminium, te voldoen. Echter heeft ze daarvoor ook niet gekozen en zet men het bedrijf abrupt stil in 2014 (schending nummer 9).
Schadevergoeding
Het comité meent dat Suriname reeds in 1958 bij de ondertekening van de Brokopondo Overeenkomst Suriname al zijn verplichtingen jegens Suralco/Alcoa had voldaan. Alcoa zou alle ruimte hebben gehad om de bauxietindustrie in Suriname voort te zetten. Die heeft er echter van afgezien. Voor de activisten reden om Alcoa wanprestatie toe te rekenen. Wat het comité erger vindt, is dat Alcoa niet alleen haar operaties beëindigt, maar ook de mogelijkheden voor voortzetting van de industrie wegneemt. Het comité vindt dat Alcoa Suriname moet vergoeden voor de schade. Schade die Suriname op financieel, milieu en sociaal gebied heeft moeten incasseren.
Commissie Dilip Sardjoe
Mungra roept de regering op om onmiddellijk de commissie onder Dilip Sardjoe (de onderhandelingscommissie namens de overheid) te ontbinden. De regering moet tevens een commissie benoemen die de schade met de Alcoa afhandelt. “Wij praten niet meer over onderhandeling. Waarover zal je onderhandelen? Er valt niks meer te onderhandelen. Je moet afhandelen. Alcoa heeft contractbreuk gepleegd en de bauxietindustrie gekannibaliseerd. Zij moet voor de consequenties instaan. Het is nu pay back time. Er valt ook niets meer te wijzigen in de Brokopondo Overeenkomst”, stelt comitélid Asha Mungra.
Pleitbezorger
Ex-Suralconier Parimin Singotiko heeft eerder zijn bezorgdheid geuit tegenover Dagblad Suriname rond deze ontwikkeling. Hij vroeg zich af waar de bezorgde instituten waren toen de aluminiumsmelter gesloten werd. Door een journalist werd op de persconferentie (op 18 september) gevraagd waarom het Actiecomité zich als pleitbezorger voordoet. Wil zij een stok zoeken om de regering te slaan?
Mungra stelt dat dit niet het geval is. Zij vraagt vicepresident Ashwin Adhin om zijn roze bril af te zetten en voor Suriname op te komen. Het comité roept ook het parlement op om hierop aan te dringen. “Het Actiecomité is niet opgericht op de politiek. Het gaat ook niet om welke politieke partij aan de macht is. Het gaat om een issue (een maatschappelijk probleem). Dit is een nationale zaak”, stelt Mungra. “Wij zoeken geen enkele stok. Wij vragen alleen: doe wat gedaan moet worden”, aldus Mungra.
Wanprestatie
Delen van het parlement stellen dat Alcoa door het vroegtijdig beëindigen van de Brokopondo Overeenkomst wanprestatie heeft gepleegd. Daarop zou de regering moeten inspelen. Anderen binnen het parlement stellen dat de Brokopondo Overeenkomst precies dit deel mist. “De overeenkomst voorziet niet in een vroegtijdige beëindiging, dan pas wanneer partijen weer aan tafel gaan. Dat de operaties stoppen, geeft niet aan dat men wanprestatie pleegt. Dit is de beperking waar de vicepresident het over had”, stelt parlementariër Raymond Sapoen tegenover Dagblad Suriname. De regering stuurde in juli 2018 een brief naar het parlement in reactie op vragen uit het parlement, waarin zij duidelijk opnam “dat de Alcoa geen wanprestatie kan worden verweten”. In reactie hierop stelde VHP-fractievoorzitter Chandrikapersad Santokhi dat de regering hierdoor haar toekomstige positie heeft verzwakt, vooral gezien de stelling nu zwart op wit staat. Uit de woorden in de brief van de president blijkt volgens de Palu dat in de onderhandelingen het Surinaamse belang door niemand wordt bewaakt. Erger nog, met dit soort stellingen wordt alleen maar het belang van Alcoa behartigd. Het comité stelt de juridische weg te zullen bewandelen als daartoe de mogelijkheden bestaan. Dat wordt de volgende stap in de acties.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!