In de huidige minder gunstige economische omstandigheden is export super belangrijk geworden voor niet alleen exporteurs, maar ook voor de hele economie van het land. Investering, productie en export zijn momenteel de belangrijkste woorden, die aandacht genieten. Geld/deviezen verdienen is het hoofddoel. Echter heeft de exporteur toegang nodig tot de externe markten om haar producten kwijt te kunnen. Geen toegang tot een beoogde markt, betekent uiteindelijk geen deviezen verdienen. Een van de bedrijven die daartoe problemen ondervindt, is Doksenclub, die al ruim 3 jaren tracht op de markt van Trinidad & Tobago te komen. Gisteren bleek dat de minister van Handel, Industrie en Toerisme met zijn collega in Trinidad wel tot een vergelijk is gekomen met betrekking tot het verlenen van toestemming aan Doksenclub om haar producten op de Trinidadiaanse markt af te zetten.
Echter dient nog te blijken als de collega van minister Ferdinand Welzijn zich deze keer wel aan het gegeven woord houdt. De Suriname Business Forum (SBF) kijkt met volle aandacht naar deze ontwikkelingen. Gilbert van Dijk, directeur Suriname Business Development Center (werk-arm van SFB), noemt het geval van Doksenclub een testcase. “Toevallig is Doksenclub nu de testcase. Er zijn veel meer Surinaamse bedrijven en meer exporteurs, die bezig zijn op buitenlandse markten te komen. Deze case zal ons leren hoe om te gaan met Trinidad. Minister Welzijn doet een goede job. Hij overlegt. Het leert ons hoe goed om te gaan met Trinidad en Trinidad met ons”, stelt van Dijk. Hij haalt dit aan, omdat soortgelijke gevallen zich ook kunnen voordoen bij andere exportbedrijven of bij export naar andere landen. De geleerde lessen kunnen exporteurs helpen om zich beter voor te bereiden. “Je moet voldoen aan de markteisen van dat land en niet alleen aan de eisen van hier”, stelt de SBC-directeur.
Er is in de afgelopen periode met veel gemak door critici binnen de samenleving geuit dat indien zaken binnen de Caricom niet lukken naar Surinaamse zin, Suriname een andere weg zou kunnen bewandelen. Suriname zou bijvoorbeeld uit de Caricom kunnen stappen. Van Dijk wijst erop dat zulke situaties met deskundigheid, wijsheid en voorzichtigheid moeten worden bekeken. “Het is een zwakte bot. Laten wij alle mogelijkheden die ons ten dienste zijn uitputtend gebruiken, voordat wij gaan nadenken over die stap. Ook ik word soms boos en emotioneel. Wij als verantwoordelijken echter moeten dit voorgaand standpunt huldigen”, meent Van Dijk.
Bai-seri economie
Van Dijk heeft al eerder vastgesteld dat Suriname een bai-seri economie heeft. De huidige minister van Handel, Industrie en Toerisme wenst de economie te ombuigen naar een investment-productie-export economie. Volgens Van Dijk vergt dit een complete attitudeverandering. “Misschien hadden wij eerder veel meer van de mogelijkheden gebruik moeten maken, maar er is nu ook geen tijd meer om een schuldvraag te stellen”, stelt de SBF-voorman.
Kavish Ganesh
