“Het Functie-informatiesysteem van de Overheid (Fiso) is gemaakt voor de politiek en niet voor de totale werknemers van het land. Men geeft functies aan hen die het niet verdienen. Het is namelijk zo dat je op basis van een functie beoordeeld wordt.” Dit zegt Soenderpersad Hanoeman, voorzitter en secretaris van het stichtingsbestuur van Scholengemeenschap Arya Dewaker tevens pedagoog-onderwijskundige, in gesprek met Dagblad Suriname. “Nu heeft men specifiek de leerkrachten, vanaf de kleuter tot de Anton De Kom Universiteit van Suriname (Adekus), uit de Fiso-regeling gehaald.” De onderwijskundige vindt dat de gehele Fiso-regeling doorbroken dient te worden. “Iedereen moet in zo een circuit terechtkomen. Ook de parlementsleden. Sommige assembleeleden hebben een master graad, anderen hebben een mulodiploma enz. Je kunt om die reden niet een ieder over één kam scheren. Dat onderscheid moet ook gemaakt worden binnen de overige overheidsfuncties.” Hanoeman is de mening toegedaan dat het diploma de basis moet vormen om een hoger niveau te kunnen bereiken binnen het beroepsleven. “Op deze manier stimuleer je de Surinaamse gemeenschap om te studeren.” Om in het onderwijsveld terecht te komen, dient een persoon in het bezit te zijn van een diploma. Er geldt namelijk een bepaalde kwalificatie. “In het binnenland bijvoorbeeld heb je de binnenlandakte. De leerkrachten worden reeds bezoldigd op basis van hun diploma. Dus dat zij uit de Fiso-regeling zijn gehaald, is niet eens aan te merken als iets nieuws. Fiso is een vorm van discriminatie.”
Vanwege de koersontwikkeling is de verhoging nog steeds niet wat het wezen moet, beklemtoont Hanoeman. “Het is slechts een minimale aanpassing van die koers. Alles is in Suriname op basis van de USD-koers geprijsd. Hierdoor is de koopkracht aanzienlijk gedaald. Als een leerkracht bijvoorbeeld voorheen bruto SRD 3000 verdiende op een koers van SRD 3.6 en nu bruto SRD 6100 zal verdienen op een koers van SRD 8. Dan kan je zelf inschatten wat de verhoging inhoudt.” Een ander barrière is namelijk hoe meer een persoon verdient, des te meer belasting zo iemand zal moeten afdragen. Wat nog meer verbazingwekkend is, is dat een hogere graad na de Master of Education (MO-B diploma) geen erkenning krijgt binnen het herwaarderingsprogramma. Dit betekent dat iemand met een PhD graad dus geen onderscheid krijgt in salariëring. Deze krijgt dezelfde bezoldiging als die van een Master of Education. Het is dus onterecht om het nieuwe programma van de overheid te betitelen als een herwaardering, vindt Hanoeman.
KSR
